Welvaart en groei H1 paragraaf 4

Leerdoelen § 4: het buitenland zorgt ook voor welvaart
  1. Je kunt uitleggen wat een betalingsbalans is.
  2. Je weet wat op de verschillende onderdelen van de lopende rekening van de betalingsbalans staat en je kunt aangeven dat er ook een kapitaalrekening bestaat die onderdeel is van de betalingsbalans.
  3. Je kunt uitleggen wat een een tekort of overschot op de lopende rekening van de betalingsbalans voor effect heeft op de productie en de werkgelegenheid van een land.

1 / 11
volgende
Slide 1: Tekstslide
EconomieMiddelbare schoolhavoLeerjaar 5

In deze les zitten 11 slides, met tekstslides.

time-iconLesduur is: 70 min

Onderdelen in deze les

Leerdoelen § 4: het buitenland zorgt ook voor welvaart
  1. Je kunt uitleggen wat een betalingsbalans is.
  2. Je weet wat op de verschillende onderdelen van de lopende rekening van de betalingsbalans staat en je kunt aangeven dat er ook een kapitaalrekening bestaat die onderdeel is van de betalingsbalans.
  3. Je kunt uitleggen wat een een tekort of overschot op de lopende rekening van de betalingsbalans voor effect heeft op de productie en de werkgelegenheid van een land.

Slide 1 - Tekstslide

3. Leerdoelgericht werken
De docent geeft het onderwerp, RTTI geformuleerde leerdoelen en de lesopbouw aan. De docent weet de leerdoelen goed te laten aansluiten bij de voorkennis en het (taal)niveau van de leerlingen. Gedurende de les wordt continu een terugkoppeling naar de leerdoelen gemaakt om de mate van beheersing te controleren.

1.4       Het buitenland zorgt ook voor welvaart
Doordat Nederland een open economie heeft, zijn er veel
geldstromen van en naar het buitenland.

Deze geldstromen worden samengevat op de betalingsbalans.

Open economie:
Een economie waarin in verhouding veel handel met het buitenland plaatsvindt.

Betalingsbalans:
Een overzicht van alle geldstromen met het buitenland in een bepaalde periode.

Slide 2 - Tekstslide

4. Inclusieve didactiek
De docent past een inclusieve didactiek toe door de interactie, eventueel in de thuistalen, in de klas te stimuleren om tot beter begrip van de lesstof te komen. De docent creëert een contextrijke leeromgeving door actief de culturele achtergronden van leerlingen bij de lesinhoud te betrekken. Hierin is de docent zich bewust van de verschillen in de klas. Door flexibel of heterogeen te differentiëren blijft iedereen bij de les betrokken. Gedurende de les reageert de docent positief en proactief op gedrag en maakt het daarmee makkelijker voor leerlingen om gewenst gedrag te laten zien.

1.4       Het buitenland zorgt ook voor welvaart
Lopende rekening:
Alle geldstromen die te maken hebben met export en import van goederen, diensten, productiefactoren en inkomensoverdrachten.


Betalingsbalans

Lopende rekening

Slide 3 - Tekstslide

4. Inclusieve didactiek
De docent past een inclusieve didactiek toe door de interactie, eventueel in de thuistalen, in de klas te stimuleren om tot beter begrip van de lesstof te komen. De docent creëert een contextrijke leeromgeving door actief de culturele achtergronden van leerlingen bij de lesinhoud te betrekken. Hierin is de docent zich bewust van de verschillen in de klas. Door flexibel of heterogeen te differentiëren blijft iedereen bij de les betrokken. Gedurende de les reageert de docent positief en proactief op gedrag en maakt het daarmee makkelijker voor leerlingen om gewenst gedrag te laten zien.

1.4       Het buitenland zorgt ook voor welvaart
Lopende rekening:
Alle geldstromen die te maken hebben met export en import van goederen, diensten, productiefactoren en inkomensoverdrachten.


Betalingsbalans

Lopende rekening
Im-/export van goederen
Im-/export van diensten

Handels-balans
Im-/export productiefactoren

Inkomens-overdrachten


Slide 4 - Tekstslide

4. Inclusieve didactiek
De docent past een inclusieve didactiek toe door de interactie, eventueel in de thuistalen, in de klas te stimuleren om tot beter begrip van de lesstof te komen. De docent creëert een contextrijke leeromgeving door actief de culturele achtergronden van leerlingen bij de lesinhoud te betrekken. Hierin is de docent zich bewust van de verschillen in de klas. Door flexibel of heterogeen te differentiëren blijft iedereen bij de les betrokken. Gedurende de les reageert de docent positief en proactief op gedrag en maakt het daarmee makkelijker voor leerlingen om gewenst gedrag te laten zien.

1.4       Het buitenland zorgt ook voor welvaart
Lopende rekening:
Alle geldstromen die te maken hebben met export en import van goederen, diensten, productiefactoren en inkomensoverdrachten.


Betalingsbalans

Lopende rekening
Im-/export van goederen
Im-/export van diensten

Kapitaalrekening
Handels-balans
Im-/export productiefactoren

Kapitaalrekening:
Alle geldstromen die te maken hebben met export en import van (geld)kapitaal.


Inkomens-overdrachten


Slide 5 - Tekstslide

4. Inclusieve didactiek
De docent past een inclusieve didactiek toe door de interactie, eventueel in de thuistalen, in de klas te stimuleren om tot beter begrip van de lesstof te komen. De docent creëert een contextrijke leeromgeving door actief de culturele achtergronden van leerlingen bij de lesinhoud te betrekken. Hierin is de docent zich bewust van de verschillen in de klas. Door flexibel of heterogeen te differentiëren blijft iedereen bij de les betrokken. Gedurende de les reageert de docent positief en proactief op gedrag en maakt het daarmee makkelijker voor leerlingen om gewenst gedrag te laten zien.

Aan de slag
Maak opgave 43 en 44 op pagina 41.

Slide 6 - Tekstslide

6. Actieve verwerking
De docent maakt expliciet over hoe de leerstof actief verwerkt dient te worden. Hierbij modelleert de docent eerst en laat daarna de leerlingen actief inoefenen. De ondersteuning wordt geleidelijk afgebouwd. De docent zorgt voor afwisseling in oefentypes en maakt gedurende de les het leren zichtbaar. De docent zet bijvoorbeeld in op hardop denken opdrachten en koppelt daar een geïnformeerde vervolgstap aan.

1.4       Het buitenland zorgt ook voor welvaart
Een land kan een goede concurrentiepositie realiseren door:
- Lage kosten voor bedrijven. Lage belastingen en lage lonen
  kunnen hier aan bijdragen.

Concurrentiepositie:
De positie van het Nederlandse bedrijfsleven ten opzichte van het buitenland.  

Slide 7 - Tekstslide

4. Inclusieve didactiek
De docent past een inclusieve didactiek toe door de interactie, eventueel in de thuistalen, in de klas te stimuleren om tot beter begrip van de lesstof te komen. De docent creëert een contextrijke leeromgeving door actief de culturele achtergronden van leerlingen bij de lesinhoud te betrekken. Hierin is de docent zich bewust van de verschillen in de klas. Door flexibel of heterogeen te differentiëren blijft iedereen bij de les betrokken. Gedurende de les reageert de docent positief en proactief op gedrag en maakt het daarmee makkelijker voor leerlingen om gewenst gedrag te laten zien.

1.4       Het buitenland zorgt ook voor welvaart
Een land kan een goede concurrentiepositie realiseren door:
- Lage kosten voor bedrijven. Lage belastingen en lage lonen
  kunnen hier aan bijdragen.
- Lage inflatie. Prijzen van producten stijgen weinig, hierdoor
  blijven de producten voor het buitenland ook betaalbaar.

Concurrentiepositie:
De positie van het Nederlandse bedrijfsleven ten opzichte van het buitenland.  

Slide 8 - Tekstslide

4. Inclusieve didactiek
De docent past een inclusieve didactiek toe door de interactie, eventueel in de thuistalen, in de klas te stimuleren om tot beter begrip van de lesstof te komen. De docent creëert een contextrijke leeromgeving door actief de culturele achtergronden van leerlingen bij de lesinhoud te betrekken. Hierin is de docent zich bewust van de verschillen in de klas. Door flexibel of heterogeen te differentiëren blijft iedereen bij de les betrokken. Gedurende de les reageert de docent positief en proactief op gedrag en maakt het daarmee makkelijker voor leerlingen om gewenst gedrag te laten zien.

1.4       Het buitenland zorgt ook voor welvaart
Een land kan een goede concurrentiepositie realiseren door:
- Lage kosten voor bedrijven. Lage belastingen en lage lonen
  kunnen hier aan bijdragen.
- Lage inflatie. Prijzen van producten stijgen weinig, hierdoor
  blijven de producten voor het buitenland ook betaalbaar.
- Een goed investeringsklimaat. Als er voldoende kennis en 
  infrastructuur aanwezig is dan zijn de omstandigheden voor 
  bedrijven om te investeren en innoveren gunstig.

Concurrentiepositie:
De positie van het Nederlandse bedrijfsleven ten opzichte van het buitenland.  

Slide 9 - Tekstslide

4. Inclusieve didactiek
De docent past een inclusieve didactiek toe door de interactie, eventueel in de thuistalen, in de klas te stimuleren om tot beter begrip van de lesstof te komen. De docent creëert een contextrijke leeromgeving door actief de culturele achtergronden van leerlingen bij de lesinhoud te betrekken. Hierin is de docent zich bewust van de verschillen in de klas. Door flexibel of heterogeen te differentiëren blijft iedereen bij de les betrokken. Gedurende de les reageert de docent positief en proactief op gedrag en maakt het daarmee makkelijker voor leerlingen om gewenst gedrag te laten zien.

1.4       Het buitenland zorgt ook voor welvaart
Een land kan een goede concurrentiepositie realiseren door:
- Lage kosten voor bedrijven. Lage belastingen en lage lonen
  kunnen hier aan bijdragen.
- Lage inflatie. Prijzen van producten stijgen weinig, hierdoor
  blijven de producten voor het buitenland ook betaalbaar.
- Een goed investeringsklimaat. Als er voldoende kennis en 
  infrastructuur aanwezig is dan zijn de omstandigheden voor 
  bedrijven om te investeren en innoveren gunstig.
- Een stabiel beleid van de overheid. Een overheid moet 
  betrouwbaar zijn.
Concurrentiepositie:
De positie van het Nederlandse bedrijfsleven ten opzichte van het buitenland.  

Slide 10 - Tekstslide

4. Inclusieve didactiek
De docent past een inclusieve didactiek toe door de interactie, eventueel in de thuistalen, in de klas te stimuleren om tot beter begrip van de lesstof te komen. De docent creëert een contextrijke leeromgeving door actief de culturele achtergronden van leerlingen bij de lesinhoud te betrekken. Hierin is de docent zich bewust van de verschillen in de klas. Door flexibel of heterogeen te differentiëren blijft iedereen bij de les betrokken. Gedurende de les reageert de docent positief en proactief op gedrag en maakt het daarmee makkelijker voor leerlingen om gewenst gedrag te laten zien.

Aan de slag
Maak opgave 46 en 47 op pagina 43.

Slide 11 - Tekstslide

6. Actieve verwerking
De docent maakt expliciet over hoe de leerstof actief verwerkt dient te worden. Hierbij modelleert de docent eerst en laat daarna de leerlingen actief inoefenen. De ondersteuning wordt geleidelijk afgebouwd. De docent zorgt voor afwisseling in oefentypes en maakt gedurende de les het leren zichtbaar. De docent zet bijvoorbeeld in op hardop denken opdrachten en koppelt daar een geïnformeerde vervolgstap aan.