Zintuigelijke afwijkingen

Zintuigelijke beperkingen
1 / 29
volgende
Slide 1: Tekstslide

In deze les zitten 29 slides, met interactieve quizzen, tekstslides en 1 video.

Onderdelen in deze les

Zintuigelijke beperkingen

Slide 1 - Tekstslide

Wat is het verschil?
Doofheid en slechthorendheid zijn auditieve stoornissen. 


Blindheid en slechtziendheid zijn visuele stoornissen.

Slide 2 - Tekstslide

Aandoeningen aan zintuigen

Slide 3 - Tekstslide

Lesdoelen

- Je kunt benoemen welke zintuigelijke aandoeningen er zijn.
- Je kunt benoemen welke hulpmiddelen hiervoor zijn.
- Je kunt benoemen waar je aandacht voor hebt in het omgaan van cliënten met een zintuigelijke aandoening. 



Slide 4 - Tekstslide

Wat is geen zintuig.
A
Gehoorzintuig
B
Gezichtszintuig
C
Gevoelszintuig
D
Spraakzintuig

Slide 5 - Quizvraag

Zintuigen reageren op ...
A
informatie
B
een impuls
C
een prikkel
D
dat waar je hersenen op willen reageren

Slide 6 - Quizvraag

Wat is GEEN voorbeeld van een prikkel voor het smaakzintuig?
A
zoet
B
zout
C
zuur
D
pittig

Slide 7 - Quizvraag

Welke zintuigen liggen niet in de huid?
A
tastzintuigen
B
warmtezintuigen
C
evenwichtszintuigen
D
drukzintuigen

Slide 8 - Quizvraag

Wat is geen prikkel voor je huid?
A
pijn
B
kou
C
aanraking
D
geluid

Slide 9 - Quizvraag

Cijfers aandoeningen aan het gehoor en zicht

In Nederland zijn ongeveer 12.000 mensen zwaar slechthorend of doof. 
Zo’n 475.000 Nederlanders hebben in hun dagelijks leven last van hun gehoorverlies. 
Ongeveer 320.000 mensen zijn slechtziend of blind.

Slide 10 - Tekstslide

Hoe ontstaan zintuigelijke beperkingen aan het gehoor en zicht?

Slide 11 - Open vraag

Welke hulpmiddelen voor mensen met een auditieve of visuele beperking heb je in de praktijk gezien of ken je?

Slide 12 - Woordweb

Slide 13 - Video

Hulpmiddelen voor een visuele beperking
Blindengeleidehond. Deze honden zijn speciaal geselecteerd en getraind om blinden en zeer slechtzienden te begeleiden in en om huis en op straat. 
Taststok
Braille
Grootletterboek
Luisterboek
Schermlezer (screenreader)
Filterbril
Loep

Slide 14 - Tekstslide

Tips voor de omgang met iemand met een visuele beperking
  • Zeg bij de begroeting altijd even je naam, ook al kennen jullie elkaar goed
  • Ondersteun je gebaren (een glimlach en knikken) met woorden
  • Raak iemand niet zomaar aan
  • Spreek mensen in gezelschap bij hun naam aan, zodat het duidelijk tegen wie er gepraat wordt
  • Kijk uit met obstakels, zoals een tas, speelgoed en niet aangeschoven stoelen

Slide 15 - Tekstslide

Slide 16 - Tekstslide

Slide 17 - Tekstslide

Slide 18 - Tekstslide

Slide 19 - Tekstslide

Hulpmiddelen bij een
oogaandoening

Slide 20 - Woordweb

Welke aandoening zie je op de foto?

Slide 21 - Open vraag

Hemianopsie is?
A
Gezichtsuitval
B
Slechtziend
C
Blindheid
D
Doofheid

Slide 22 - Quizvraag

Slide 23 - Tekstslide

Slide 24 - Tekstslide

Tips voor de omgang met iemand met een auditieve beperking
  • Spreek rustig, duidelijk en in korte zinnen
  • Articuleer goed en maak oogcontact
  • Houd niks voor je mond
  • Praat niet door elkaar
  • Zorg dat er zo min mogelijk achtergrondgeluiden zijn
  • Check zo nu en dan of de ander je goed verstaan heeft

Slide 25 - Tekstslide

Bij een aangeboren gehoor aandoening kan de oorzaak;
A
Een beschadiging aan het slakkenhuis zijn
B
Een trauma zijn, bv lawaaitrauma
C
een erfelijke aandoening zijn
D
Een Tumor die de gehoorzenuw beschadigt

Slide 26 - Quizvraag

Opdracht
Teams

Slide 27 - Tekstslide

Wat heb je geleerd van tijdens deze les?

Slide 28 - Open vraag

Lesdoelen
- Je kunt benoemen welke zintuigelijke aandoeningen er zijn.
- Je kunt benoemen welke hulpmiddelen hiervoor zijn.
- Je kunt benoemen waar je aandacht voor hebt in het omgaan van cliënten met een zintuigelijke aandoening. 

Slide 29 - Tekstslide