In deze les zitten 47 slides, met interactieve quizzen en tekstslides.
Onderdelen in deze les
Stevigheid en Beweging ONWK4
Slide 1 - Tekstslide
Slide 2 - Tekstslide
Slide 3 - Tekstslide
Slide 4 - Tekstslide
Slide 5 - Tekstslide
Slide 6 - Tekstslide
Slide 7 - Tekstslide
Slide 8 - Tekstslide
Slide 9 - Tekstslide
Het skelet!
opperarmbeen
teenkootje
dijbeen
sleutelbeen
schedel
heupbeen
kuitbeen
Slide 10 - Sleepvraag
Slide 11 - Tekstslide
Slide 12 - Tekstslide
Slide 13 - Tekstslide
Slide 14 - Tekstslide
Slide 15 - Tekstslide
Slide 16 - Tekstslide
Slide 17 - Tekstslide
Slide 18 - Tekstslide
Botten bestaan uit been (bot) en kraakbeen.
Wat zijn kenmerken van kraakbeen? Meerdere antwoorden aanklikken
A
bestaat uit beencellen
B
bevat een zachte tussencelstof
C
bevat weinig kalk
D
bevat weinig lijmstof
Slide 19 - Quizvraag
Slide 20 - Tekstslide
Slide 21 - Tekstslide
Slide 22 - Tekstslide
Slide 23 - Tekstslide
Slide 24 - Tekstslide
Slide 25 - Tekstslide
Slide 26 - Tekstslide
Slide 27 - Tekstslide
Slide 28 - Tekstslide
Gewricht
Kraakbeen
Naad-verbinding
Vergroeid
Slide 29 - Sleepvraag
Terugblik Gewrichten
Kraakbeenlaagje
Gewrichtskapsel
Gewrichtskolom
Gewrichtskogel
Slide 30 - Sleepvraag
Kogel-
gewricht
scharnier-
gewricht
rol-
gewricht
Slide 31 - Sleepvraag
Toetsing
Slide 32 - Tekstslide
Als je lijmstof uit een bot haalt, wordt het bot zacht en buigzaam.
A
juist
B
onjuist
Slide 33 - Quizvraag
In welke afbeelding is het weefsel getekend dat de verbinding tussen de ribben en het borstbeen vormt: in afbeelding 2.1 of in afbeelding 2.2?
Slide 34 - Open vraag
De heupbeenderen vormen samen met de lendewervels de bekkengorden.
A
juist
B
onjuist
Slide 35 - Quizvraag
Bij een kogelgewricht is beweging mogelijk in verschillende richtingen
A
juist
B
onjuist
Slide 36 - Quizvraag
De vingerkootjes zijn met elkaar verbonden door gewrichten
A
juist
B
onjuist
Slide 37 - Quizvraag
Welk nummer geeft de handwortelbeendjes aan?
Slide 38 - Open vraag
In welke foto of foto’s is een kogelgewricht weergegeven
Slide 39 - Open vraag
Een functie van het skelet van de mens is het beschermen van tere organen in het lichaam. Wat zijn de drie andere functies van het skelet van de mens?
Slide 40 - Open vraag
Gewrichtskom
Gewrichtssmeer
Kraakbeenlaagje
Gewrichtskapsel
Kapselbanden
Gewrichtskogel
Slide 41 - Sleepvraag
Dijbeen
Borstbeen
Heupbeen
Onderkaak
Scheenbeen
Sleutelbeen
Spaakbeen
Staartbeen
Slide 42 - Sleepvraag
Waaruit bestaan botten van baby's vooral?
A
kalk
B
kraakbeen
C
lijmstof
D
pezen
Slide 43 - Quizvraag
Welke uitspraak over botten is juist?
A
Als botten ouder worden neemt de hoeveelheid kalk af
B
Als botten ouder worden neemt de hoeveelheid lijmstof af
C
Oudere botten breken minder snel
Slide 44 - Quizvraag
Het komt weleens voor dat een baby van grote hoogte valt, bijvoorbeeld tijdens het verschonen. Toch breken baby’s vrijwel nooit armen of benen, terwijl een kleuter aan een val van dezelfde hoogte vaker een botbreuk overhoudt.
Het komt weleens voor dat een baby van grote hoogte valt, bijvoorbeeld tijdens het verschonen. Toch breken baby’s vrijwel nooit armen of benen, Het komt weleens voor dat een baby van grote hoogte valt, bijv. tijdens het verschonen. Toch breken baby's vrijwel nooit armen of benen, terwijl een kleuter aan een val van dezelfde hoogte vaker een botbreuk overhoudt. Waardoor breken baby’s minder snel hun armen en benen dan kleuters?
Slide 45 - Open vraag
Pjotr werkt in een museum. Hij moet de skeletten van een mens en van een koe in elkaar zetten. Het valt hem op dat de koe veel meer wervels heeft dan de mens. Geef hiervoor een verklaring.