Klimaatvraagstukken - Hoofdstuk 1

Introductie klimaatvraagstukken
1 / 40
volgende
Slide 1: Tekstslide
AardrijkskundeMiddelbare schoolvwoLeerjaar 5

In deze les zitten 40 slides, met interactieve quizzen, tekstslides en 6 videos.

time-iconLesduur is: 5 min

Onderdelen in deze les

Introductie klimaatvraagstukken

Slide 1 - Tekstslide

Slide 2 - Tekstslide

Slide 3 - Tekstslide

Wat veroorzaakt klimaat verandering?
Mens of Natuur?

Slide 4 - Open vraag

Weer of klimaat?
Hoe hebben mondiale veranderingen lokaal/regionaal invloed?
Klimaatverandering
Gevolgen voor diverse geofactoren

Slide 5 - Tekstslide

Waarom zijn er verschillende klimaten?

Slide 6 - Woordweb

Geofactoren (fig 1.1)

Slide 7 - Tekstslide

Slide 8 - Video

Leerdoelen:
- Je kunt de stralingsbalans in eigen woorden beschrijven en verklaren waarom er variatie is in de energiebalans
- Je kunt in eigen woorden beschrijven en verklaren hoe de atmosfeer is gevormd.
- Je kunt aan de hand van geofactoren uitleggen dat er voortdurend interactie plaatsvind tussen de diverse factoren op aarde. 

Slide 9 - Tekstslide

Slide 10 - Tekstslide

Slide 11 - Tekstslide

Slide 12 - Tekstslide

Slide 13 - Tekstslide

Slide 14 - Tekstslide

Slide 15 - Tekstslide

Slide 16 - Link

Slide 17 - Video

Slide 18 - Tekstslide

Leerdoelen par 1.2
- Je kunt de algehele luchtcirculatie toepassen en de wet van Buys Ballot in eigen woorden uitleggen en toepassen op vraagstukken
- Je kunt de ligging van het ITCZ verklaren en toepassen op vraagstukken.
- Je kunt het voorkomen en de werking van moessons en passaten verklaren en toepassen op vraagstukken.

Slide 19 - Tekstslide

Welke van de onderstaande zinnen is geen wet van Buys Ballot?
A
Warme lucht stijgt op
B
Lucht stroomt van gebieden met een hoge druk naar gebieden met een lage druk
C
De wind krijgt op het NH een afwijking naar rechts en op het ZH naar links

Slide 20 - Quizvraag

Hoe noemen we de regens in de buurt van de evenaar?
A
Stuwingsneerslag
B
Stijgingsneerslag
C
Frontale neerslag

Slide 21 - Quizvraag

In de atmosfeer zitten meerdere gassen. Welk gas vertegenwoordigt het grootste deel?
A
Zuurstof (O2)
B
Stikstof (N2)
C
Waterdamp
D
Koolstofdioxide (CO-2)

Slide 22 - Quizvraag

In een zomerse hittegolf (in NL) overheerst er vaak een .... en een .... drukgebied
A
Westenwind + lage
B
Westenwind + hoge
C
Oostenwind + lage
D
Oostenwind + hoge

Slide 23 - Quizvraag

Beschrijf het verschl tussen gebieden met een hoge- en een lage luchtdruk

Slide 24 - Open vraag

Algemene luchtcirculatie
- Wet van Buys Ballot
1. Vaste patronen in de circulatie (Hadleycellen)
2. Vaste afwijkingen in de  ciruclatie (Corioliseffect)

H -> mee
L -> tegen

Slide 25 - Tekstslide

Verklaar de ligging van de Sahara woestijn door de windpatronen.
(Geef je antwoord in oorzaak/gevolg)

Slide 26 - Open vraag

Slide 27 - Video

Slide 28 - Tekstslide

Leerdoelen paragraaf 1.3
- Je kunt de koppeling leggen tussen de thermohaline circulatie en het klimaat.

- Je kunt een El Niño herkennen en de kenmerken beschrijven/verklaren voor Zuid-Amerika en Oceanië
-  Je kunt La Nina herkennen en de kenmerken beschrijven/verklaren voor Zuid-Amerika en Oceanië

Slide 29 - Tekstslide

Slide 30 - Tekstslide

Slide 31 - Video

Slide 32 - Tekstslide

Slide 33 - Tekstslide

Slide 34 - Video

Slide 35 - Tekstslide

Slide 36 - Tekstslide

Slide 37 - Video

Slide 38 - Tekstslide

Gevolgen El Nino
  • Warmer zeewater -> meer verdamping -> overvloedige regens -> overstroming, vernielde oogsten, aardverschuivingen etc.
  • Andere kant van de oceaan: kouder dan normaal. Zuidoost-Azië: droogte

Slide 39 - Tekstslide

Slide 40 - Link