Les 4: betoog

BURGERSCHAP
Periode 5 - technologie



basis/kader 2
1 / 21
volgende
Slide 1: Tekstslide
BurgerschapsonderwijsMiddelbare schoolvmbo b, kLeerjaar 2

In deze les zitten 21 slides, met interactieve quizzen en tekstslides.

time-iconLesduur is: 45 min

Onderdelen in deze les

BURGERSCHAP
Periode 5 - technologie



basis/kader 2

Slide 1 - Tekstslide

Schrijf de planning van deze les op het bord:
1. vragen stellen aan docent
2. de klas leren kennen
3. overeenkomsten zoeken
4. praktische zaken

Leerdoelen
Aan het eind van deze les...

...kan je uitleggen wat een betoog is.
...kan je kenmerken noemen van een goed argument. 
...kan je het verschil uitleggen tussen een speech en een betoog.

Slide 2 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Terugblik PTO 3 vorig schooljaar
Schrijf de volgende antwoorden op je wisbordje.

Slide 3 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Terugblik PTO 3 vorig schooljaar
1. Wat waren de drie onderdelen van een goed argument?

Slide 4 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Terugblik PTO 3 vorig schooljaar
2. Welke structuur heeft een speech?

Slide 5 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Terugblik PTO 3 vorig schooljaar
3. Wat is het doel van een speech?

Slide 6 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

1. Argumenten
Het argument gaat over de stelling en ondersteunt de stelling of het standpunt.

Slide 7 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

2. Argumenten
We werken daarbij volgens het Sexl-model
S(tate): samenvatting argument in enkele woorden/één zin.​
Ex(plain): uitleggen wat je met je argument bedoelt. Waarom klopt jouw argument?​
I(lustrate): toelichten/versterken/verduidelijken argument door een voorbeeld, feit, statistiek, theorie, etc.​


Slide 8 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Opbouw van een speech.
  1. Opening​
    Inleiding: anekdote, aandachtstrekker, actualiteit, mooie zin.​
    Uitleg stelling: herhalen stelling, uitspreken voor of tegen de stelling, eventueel plan.​
  2. Structuur argumenten​
    Geef je argumenten een naam (één of enkele woorden). Bij roken moet verboden worden bijvoorbeeld ‘gezondheid’ en ‘kosten’.​
  3. Uitwerking argumenten​
    Uitwerken argumenten één voor één (noem de namen), SExI-model​
  4. Conclusie​
    Opsomming argumenten.​
    Mooie slotzin.​










Slide 9 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Doel van een speech
Een speech is een toespraak met een bepaald onderwerp.​

Het doel van een speech: iemand te overtuigen van jouw standpunt. Dit is een manier hoe je naar een bepaald onderwerp kijkt.​


Slide 10 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Doel van een speech
In een speech leg je uit wat jouw kijk is op een bepaald onderwerp. Dit doe je door je mening te onderbouwen met argumenten.​

Slide 11 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Slide 12 - Tekstslide

Een bruggetje naar een betoog
Een betoog
Een betoog is een tekst waarin je duidelijk jouw mening geeft. Je schrijfdoel is om de lezer te overtuigen van die mening. Om dit te doen, geef je argumenten die jouw mening ondersteunen. 

Slide 13 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Een betoog
Deze argumenten kunnen weer worden ondersteund door voorbeelden. Een betoog is het sterkst wanneer je veel feitelijke argumenten gebruikt en waarbij je ook duidelijk aangeeft waar je de informatie vandaan hebt gehaald; je noemt de bron. ​

Slide 14 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Eindopdracht
  • Je gaat een betoog schrijven over technologisch burgerschap. 
  • Doel = de lezer duidelijk maken dat of jij technologische ontwikkelingen een goede of slechte zaak vindt voor onze samenleving;​
  • Dit betoog schrijf je aan de hand van de inhoudelijke lessen en aan de hand van de eindopdrachtlessen;​
  • Het betoog is je cijfer voor PTO 1.​



Slide 15 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Stelling
Een argument past nooit bij het standpunt.

Slide 16 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Vraag
  1. Schrijf de vier stappen van een speech op.
  2. Wat is het doel van een speech?

Slide 17 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Vraag
Wat is het verschil tussen een betoog en een speech?

Slide 18 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Stelling
Je betoog wordt ondersteund door meningen. 

Slide 19 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Schrijf 3 dingen op die je deze les hebt geleerd.

Slide 20 - Open vraag

Deze slide heeft geen instructies

Stel 1 vraag over de lesstof die je niet goed hebt begrepen.

Slide 21 - Open vraag

Deze slide heeft geen instructies