Je kunt:
- uitleggen waarom vorsten hun gebieden wilden centraliseren (één maken);
- drie voorbeelden van centralisatie noemen;
- uitleggen waarom centralisatie vaak moeizaam verliep;
- aangeven waarom koningen liever niet met een parlement overlegden.
Begrippen: staatsvorming, centralisatie, eenwording, privilege, parlement, Staten-Generaal.