Staal B2W2L3
1 / 13
Lesduur is: 30 minOnderdelen in deze les
Slide 1 - Tekstslide
Het water blijft in de emmer zitten.
Welk woordsoort is emmer?
Welk woordsoort is emmer?
Slide 2 - Open vraag
Het water blijft in de emmer zitten.
Welk lidwoord hoort bij emmer?
Welk lidwoord hoort bij emmer?
Slide 3 - Open vraag
Staat hengels in meervoud of enkelvoud?
A
Meervoud
B
Enkelvoud
Slide 4 - Quizvraag
Dit proefje duurt tien minuten.
- Je pakt een lege emmer met een hengel, waarna je hem met een laagje water vult.
- Je pakt de gevulde emmer aan het hengel en zwaait hem over je hoofd.
Noem de bijvoeglijke naamwoorden.
- Je pakt een lege emmer met een hengel, waarna je hem met een laagje water vult.
- Je pakt de gevulde emmer aan het hengel en zwaait hem over je hoofd.
Noem de bijvoeglijke naamwoorden.
Slide 5 - Open vraag
Dit proefje duurt tien minuten.
- Je pakt een lege emmer met een hengel, waarna je hem met een laagje water vult.
- Je pakt de gevulde emmer aan het hengel en zwaait hem over je hoofd.
Noem de voorzetsels
- Je pakt een lege emmer met een hengel, waarna je hem met een laagje water vult.
- Je pakt de gevulde emmer aan het hengel en zwaait hem over je hoofd.
Noem de voorzetsels
Slide 6 - Open vraag
Dit proefje duurt tien minuten.
- Je pakt een lege emmer met een hengel, waarna je hem met een laagje water vult.
- Je pakt de gevulde emmer aan het hengel en zwaait hem over je hoofd.
Noem de voegwoorden
- Je pakt een lege emmer met een hengel, waarna je hem met een laagje water vult.
- Je pakt de gevulde emmer aan het hengel en zwaait hem over je hoofd.
Noem de voegwoorden
Slide 7 - Open vraag
Dit proefje duurt tien minuten.
- Je pakt een lege emmer met een hengel, waarna je hem met een laagje water vult.
- Je pakt de gevulde emmer aan het hengel en zwaait hem over je hoofd.
Noem de persoonlijke voornaamwoorden
- Je pakt een lege emmer met een hengel, waarna je hem met een laagje water vult.
- Je pakt de gevulde emmer aan het hengel en zwaait hem over je hoofd.
Noem de persoonlijke voornaamwoorden
Slide 8 - Open vraag
Dit proefje duurt tien minuten.
- Je pakt een lege emmer met een hengel, waarna je hem met een laagje water vult.
- Je pakt de gevulde emmer aan het hengel en zwaait hem over je hoofd.
Noem het bezittelijke voornaamwoord
- Je pakt een lege emmer met een hengel, waarna je hem met een laagje water vult.
- Je pakt de gevulde emmer aan het hengel en zwaait hem over je hoofd.
Noem het bezittelijke voornaamwoord
Slide 9 - Open vraag
Wat is tien voor een woordsoort?
Slide 10 - Open vraag
De zwaartekracht houdt het water in de emmer.
Wat is de persoonsvorm?
Wat is de persoonsvorm?
Slide 11 - Open vraag
De zwaartekracht houdt het water in de emmer.
Wat is het onderwerp?
Wat is het onderwerp?
Slide 12 - Open vraag
De zwaartekracht houdt het water in de emmer.
Wat is het lijdend voorwerp?
Wat is het lijdend voorwerp?
