23 lang leven en dood

1 / 50
volgende
Slide 1: Tekstslide
WFT BasisMBOStudiejaar 1

In deze les zitten 50 slides, met interactieve quizzen, tekstslides en 1 video.

time-iconLesduur is: 135 min

Onderdelen in deze les

Slide 1 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Andere volgorde
Ik houd in de LU een andere volgorde aan dan in het boek.
Ik vind deze volgorde logischer 😀

Slide 2 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Driepijlersysteem

Slide 3 - Tekstslide

1. Overheid en volksverzekeringen + werknemersverzekering

2. Pensioen bij de werkgever

3. Pensioen/aanvulling uit spaargeld in privé
Driepijlersysteem

Slide 4 - Tekstslide

1. Overheid en volksverzekeringen

2. Pensioen bij de werkgever

3. Pensioenen in prive
1e pijler
Volks- en werknemersverzekeringen
  • Overheid bepaalt de premie: geen relatie met het risico
  • Overheid bepaalt wie recht heeft op uitkering
  • Premie vaak relatie met inkomen
  • Deelname verplicht voor de groepen

Slide 5 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Slide 6 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Slide 7 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Slide 8 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Slide 9 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Slide 10 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Slide 11 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Juliette, de echtgenote van Harrie, is overleden. Juliette heeft Harrie en haar vijfjarige dochter achtergelaten. Harrie blijft, ondanks het verlies, fulltime doorwerken.

Komt Harrie in aanmerking voor een Anw-uitkering?

Kies het juiste antwoord uit de volgende mogelijkheden:
A
Nee, hij voldoet niet aan de voorwaarden.
B
Ja, hij komt in aanmerking voor een uitkering ter hoogte van 70% minimumloon.
C
Ja, maar alleen als zijn inkomen niet te hoog is.

Slide 12 - Quizvraag

Als een partner overlijdt heeft de achterblijvende partner recht op een Anw-uitkering als de achterblijvende partner een minderjarig kind verzorgt of minstens 45% arbeidsongeschikt is. Dit geldt voor Harrie. Omdat de Anw inkomensafhankelijk is, kan er in dit geval niet met zekerheid gesteld worden of Harrie een uitkering krijgt.
Het juiste antwoord is: Ja, maar alleen als zijn inkomen niet te hoog is.
2e pijler: werkgevers
 Pensioen

Slide 13 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Driepijlersysteem

Slide 14 - Tekstslide

1. Overheid en volksverzekeringen

2. Pensioen bij de werkgever

3. Pensioenen in prive

Slide 15 - Video

Deze slide heeft geen instructies

Slide 16 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Slide 17 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Slide 18 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Er zijn drie pijlers waarin inkomen voor later wordt opgebouwd. Wat zit er in de eerste pijler?
A
AOW
B
Pensioen via werkgever
C
Aanvullend pensioen via lijfrente
D
Zelf vermogen opbouwen

Slide 19 - Quizvraag

Deze slide heeft geen instructies

Verschillende soorten opbouw:
Kapitaaldekkingsstelsel ->

- Eindloon
- Middelloon
- Beschikbare premie

Slide 20 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

3 soorten pensioenovereenkomsten/pensioenregelingen
1. uitkeringsovereenkomst (salaris/diensttijd regeling)
De uitkering ligt vast: eindloon/middelloon
2. kapitaalovereenkomst
Het eindkapitaal is vooraf bekend, de hoogte van de uitkering niet 
3. premieovereenkomst
De hoogte van de premie is bekend, het eindkapitaal en de hoogte van de uitkering nog niet

Pensioenovereenkomsten

Slide 21 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Kapitaaldekkingsstelsel (pensioen)

Slide 22 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Bedrijfstakpensioenfonds
Specifieke branche:

Ambtenaren: ABP
Bouwsector: 
bpfBOUW
 
 

Slide 23 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Ondernemingspensioenfonds
Specifieke onderneming

Shell
Unilever
Ahold
Achmea

Slide 24 - Tekstslide

Het ondernemingspensioen staat helemaal los van het bedrijf. 
Beroepspensioenfonds
Hoort bij bepaalde vrije beroepen 

Notarissen
Advocaten
Huisartsen
Medisch specialisten

Slide 25 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Algemeen pensioenfonds
APF: Voor iedereen behalve voor mensen voor wie al een bedrijfstakpensioenfonds, ondernemingspensioenfonds of beroepspensioenfonds verplicht is
Ondernemingen kunnen een eigen pensioenregeling APF opzetten. Dat kun je als 1 bedrijf doen, maar ook met meerdere bedrijven kun je een APF opzetten. De bedrijven kunnen dan ook (binnen de wet) eigen afspraken maken. De APF voert de pensioenregeling dan uit.

Slide 26 - Tekstslide

Ondernemingen kunnen een eigen pensioenregeling APF opzetten. Dat kun je als 1 bedrijf doen, maar ook met meerdere bedrijven kun je een APF opzetten. De bedrijven kunnen dan ook (binnen de wet) eigen afspraken maken. De APF voert de pensioenregeling dan uit.
Pensioen niet alleen voor oudjes
  • Ouderdomspensioen
  • kapitaalovereenkomst
  • premieovereenkomst
  • Nabestaandenpensioen
  • partnerpensioen
  • wezenpensioen
  • Arbeidsongeschiktheidspensioen
  • aanvullende uitkering bij arbeidsongeschiktheid

Slide 27 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Shell heeft zijn eigen pensioen. Dit is een
A
Bedrijfstakpensioenfonds
B
Ondernemingspensioenfonds
C
Beroepspensioenfonds
D
Algemeen Pensioenfonds

Slide 28 - Quizvraag

Deze slide heeft geen instructies

Voor uitzendkrachten is het pensioen ondergebracht bij STiPP. Dit is een
A
Bedrijfstakpensioenfonds
B
Ondernemingspensioenfonds
C
Beroepspensioenfonds
D
Algemeen Pensioenfonds

Slide 29 - Quizvraag

Deze slide heeft geen instructies

Ons verzekeringsstelsel noemen we het driepijlersysteem. In welke pijler voorziet de overheid?
A
Pijler 1
B
Pijler 2
C
Pijler 3

Slide 30 - Quizvraag

Deze slide heeft geen instructies

Ons verzekeringsstelsel noemen we het driepijlersysteem. In welke pijler voorziet de werkgever?
A
Pijler 1
B
Pijler 2
C
Pijler 3

Slide 31 - Quizvraag

Deze slide heeft geen instructies

Driepijlersysteem

Slide 32 - Tekstslide

1. Overheid en volksverzekeringen

2. Pensioen bij de werkgever

3. Pensioenen in prive
3e pijler: het individu (privé)
Wat in pijler 1 en 2 niet of onvoldoende verzekerd is

Kun je zélf wellicht aanvullen
vaak fiscaal aantrekkelijk

Slide 33 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Levensverzekeringen 

Slide 34 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

De belangrijkste kenmerken van een levensverzekering zijn:
- een levensverzekering is een kansovereenkomst;
- een levensverzekering is een sommenovereenkomst;
- het indemniteitsbeginsel is niet van toepassing (sommenverzekering);
- ‘eigen gebrek’ is niet van toepassing.

Eigen gebrek is schade die wordt veroorzaakt door het product zelf. Dit kan gebeuren door slechte kwaliteit of door slijtage.

Slide 35 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Levensverzekering
Geen plicht tot premiebetaling
Stopt de premiebetaling? Dan stopt de verzekering ook
Waarde blijft in de verzekering zitten

Slide 36 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Indeling levensverzekeringen 
- risicoverzekeringen: uitkering bij overlijden;
- spaarverzekeringen: uitkering bij in leven zijn. Op een bepaalde datum wordt het spaartegoed uitgekeerd;
- gemengde verzekeringen: combinatie van een uitkering bij leven en een uitkering bij overlijden.

Slide 37 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Uitkering bij overlijden
 Uitkering ineens
  • Levenslang: uitvaartverzekering
  • Tijdelijk: overlijdensrisicoverzekering (ORV) -> Je moet wel overlijden voor de datum die in de polis staat, anders geen uitkering

Slide 38 - Tekstslide

Levenslang: de dekking is levenslang. Of je nu overlijdt op je 50e of je 150e, je krijgt een vergoeding.
Tijdelijk: Je moet wel overlijden voor de datum die in de polis staat, anders geen uitkering

Uitkering bij overlijden
 Uitkering periodiek (renteverzekering)
  • Aan partner of andere nabestaanden: erfrenteverzekering
  • Levenslang of een eerder afgesproken moment

Slide 39 - Tekstslide

Levenslang: de dekking is levenslang. Of je nu overlijdt op je 50e of je 150e, je krijgt een vergoeding.
Tijdelijk: Je moet wel overlijden voor de datum die in de polis staat, anders geen uitkering

Uitkering bij leven
 Uitkering ineens
  • Kapitaalverzekering
  • Op een afgesproken moment bij in leven zijn

Slide 40 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Uitkering bij leven
 Uitkering periodiek (renteverzekering) 
  • Lijfrenteverzekering
  • Levenslang of een eerder afgesproken moment

Slide 41 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Lijfrenteverzekering
- levenslange oudedagslijfrente 
- tijdelijke oudedagslijfrente. 
- nabestaandenlijfrente

Slide 42 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Overlijdensrisicoverzekering
(ORV)
Als een lening nodig is voor een woning eist de bank (of willen mensen zelf) vaak dat een levensverzekering.
Uitkering ineens bij overlijden. 
Gelijkblijvend of dalend verzekerd bedrag. 

Slide 43 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Alimentatieverzekering (overlijdensrisicoverzekering)

Echtscheiding: alimentatie betalen
Overlijdt de persoon die moet betalen dan stopt de betaling.


Risico verzekeren -> Uitkering ineens bij overlijden van deze persoon. 
Dalend verzekerd bedrag. 

Slide 44 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Leg uit wat een kapitaalverzekering is

Slide 45 - Open vraag

is een vorm van levensverzekering waarbij de verzekeraar bij het in leven zijn van de verzekerde op de vooraf overeengekomen datum het verzekerde bedrag uitkeert. Meestal wordt hierbij gedurende de hele looptijd of het eerste deel daarvan periodiek premie betaald.
Leg uit wat een lijfrenteverzekering is

Slide 46 - Open vraag

Met een lijfrente zorgt u op een fiscaal voordelige manier voor extra inkomen. Dit krijgt u periodiek uitbetaald vanaf een bepaald moment. Bijvoorbeeld als u AOW krijgt of met pensioen gaat. Het mag ook extra inkomen voor een ander zijn. Bijvoorbeeld voor uw partner als u overlijdt. U kunt hiervoor een lijfrenteverzekering afsluiten of sparen met een lijfrenterekening of lijfrentebeleggingsrecht.
Betaalt u premies voor uw lijfrenteverzekering? Of doet u stortingen op uw lijfrenterekening of beleggingsrecht? Dan mag u de premies en stortingen aftrekken in uw aangifte inkomstenbelasting als u voldoet aan de voorwaarden én u jaar- en/of reserveringsruimte hebt.
Vrijgesteld van WAM-verzekering
De Staat der Nederlanden
Vrijgestelde gemoedsbezwaarden

Slide 47 - Tekstslide

U bent gemoedsbezwaard als u zich vanuit uw levensovertuiging niet wilt verzekeren. U heeft dan ook geen enkele verzekering afgesloten.
Gemoedsbezwaarde
Ong. 300.000 personen=> vanuit geloof geen verzekeringen afsluiten.

Wel extra belasting betalen ter compensatie van de inkomensafhankelijke bijdrage voor de basiszorgverzekering.

Is de gemoedsbezwaarde bezitter of houder van een motorrijtuig, dan moet hij jaarlijks
een bedrag betalen aan het Waarborgfonds Motorverkeer.
In principe schade zelf betalen, niet mogelijk dan Waarborgfonds Motorverkeer

Slide 48 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Zelf aan de slag!
Opdracht 15 Zorgverzekering (CumLaude)

§ 3.6 Leven - vragen 
Slim Leren met oefenvragen Wft Basis hoofdstuk 3


Slide 49 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Slide 50 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies