Woche 24

H2e Duits, Woche 24
1 / 18
volgende
Slide 1: Tekstslide
DuitsMiddelbare schoolhavoLeerjaar 2

In deze les zitten 18 slides, met tekstslides.

Onderdelen in deze les

H2e Duits, Woche 24

Slide 1 - Tekstslide

Slide 2 - Tekstslide

Beginopdracht

Wörterliste G
S. 111

Slide 3 - Tekstslide

Diese Woche:
Donnerstag (40 Min.)

Beginopdracht
Hören: Aufgabe 30
Lesen: Aufgabe 26
Hausaufgaben
Freitag (80 Min.)

Beginopdracht
Wörter: 
Aufgabe 35
Schreibecke: Aufgabe 36
Toetsvoorbereiding Kapitel 7
Dienstag (40 Min.)

Beginopdracht
Extra Arbeitsblatt naamvallen
Lesen: Aufgabe 25
Hausaufgaben

Slide 4 - Tekstslide

Lesen
Aufgabe 25
S. 100

Slide 5 - Tekstslide

Slide 6 - Tekstslide

Beginopdracht

Maak Aufgabe 28 op blz. 102.

Zet in de puzzel passende woorden uit woordenlijst G.

Slide 7 - Tekstslide

Diese Woche:
Donnerstag (40 Min.)

Beginopdracht
Hören: Aufgabe 30
Lesen: Aufgabe 26
Hausaufgaben
Freitag (80 Min.)

Beginopdracht
Wörter: 
Aufgabe 35
Schreibecke: Aufgabe 36
Toetsvoorbereiding Kapitel 7
Dienstag (40 Min.)

Beginopdracht
Extra Arbeitsblatt naamvallen
Lesen: Aufgabe 25
Hausaufgaben

Slide 8 - Tekstslide

Hören
Aufgabe 30
S. 103

Slide 9 - Tekstslide

Lesen
Aufgabe 26
S. 101

Slide 10 - Tekstslide

Slide 11 - Tekstslide

Beginopdracht
Vertaal:
Versie A
Versie B
de bescherming
de buit
het zoogdier
het pluimvee
uitlaten
observeren
toelaten, toestaan
nodig hebben
verplegen
knuffelen

Slide 12 - Tekstslide

Diese Woche:
Donnerstag (40 Min.)

Beginopdracht
Hören: Aufgabe 30
Lesen: Aufgabe 26
Hausaufgaben
Freitag (80 Min.)

Beginopdracht
Lesen: 
Aufgabe 26
Wörter: Aufgabe 35
Schreibecke: Aufgabe 36
Toetsvoorbereiding Kapitel 7 (stencil)
Dienstag (40 Min.)

Beginopdracht
Extra Arbeitsblatt naamvallen
Lesen: Aufgabe 25
Hausaufgaben

Slide 13 - Tekstslide

Lesen
Aufgabe 26
S. 101

Slide 14 - Tekstslide

An die Arbeit (S. 106)
Aufgabe 35
De onderstreepte woorden uit de zinnen zijn door elkaar gehusseld. Zet ze op de goede plek.

Aufgabe 36
Vul de zinsdelen uit het kader op de goede plekken in.
Gebruik eventueel Schreibecke I op blz. 113 als hulpmiddel.

Slide 15 - Tekstslide

Toetsvoorbereiding
Wat moet je kennen/kunnen van de grammatica van Kapitel 8?
(S. 114-115)
(0. ontleden 1e en 4e naamval)
1. De voorzetsels met de 3e naamval
2. De persoonlijke voornaamwoorden in de 3e naamval
3. De der- en ein-Gruppe in de 3e naamval
4. Het stappenplan

Slide 16 - Tekstslide

Stencil bespreken

Slide 17 - Tekstslide

An die Arbeit
Training (S. 178)
Challenge (S. 179)
Aufgabe 1:
Zet de juiste uitgangen op de lege plekken. 
Aufgabe 1: 
Kies per zin het passende voorzetsel & vertaal de zin.
Aufgabe 2:
Vertaal de voorzetsels & zet de lidwoorden in de juiste naamval.
Aufgabe 2:
Vervang de onderstreepte zinsdelen door persoonlijke voornaamwoorden. Let op de naamval!

Slide 18 - Tekstslide