Woche 22

H2 Duits, Woche 22
1 / 24
volgende
Slide 1: Tekstslide
DuitsMiddelbare schoolhavoLeerjaar 2

In deze les zitten 24 slides, met tekstslides.

Onderdelen in deze les

H2 Duits, Woche 22

Slide 1 - Tekstslide

Slide 2 - Tekstslide

Beginopdracht
Kurzlernliste B. Vertaal:


Versie A
Versie B
de dierenarts
het dierenasiel
bijten
blaffen
hard
zacht
bezighouden
zorgen voor
licht
wakker

Slide 3 - Tekstslide

Diese Woche (H2c):
Donnerstag (40 Min.)

Herhaling grammatica E: 
Kapitel 7
An die Arbeit: Training Kapitel 7
Quizlet / Slim stampen
Freitag (80 Min.)

Herhaling grammatica C + E: Kapitel 8
An die Arbeit: Training Kapitel 8
Quizlet / Slim stampen
Montag (40 Min.)

Herhaling grammatica C: Kapitel 7
An die Arbeit: Training Kapitel 7
Quizlet / Slim stampen

Slide 4 - Tekstslide

Diese Woche (H2d):
Dienstag (80 Min.)

Herhaling grammatica E: 
Kapitel 7
An die Arbeit: Training Kapitel 7
Quizlet / Slim stampen
Donnerstag (40 Min.)

Herhaling grammatica C + E:
Kapitel 8
An die Arbeit: Training Kapitel 8
Quizlet / Slim stampen
Montag (40 Min.)

Herhaling grammatica C:
Kapitel 7
An die Arbeit: Training Kapitel 7
Quizlet / Slim stampen

Slide 5 - Tekstslide

Herhaling grammatica C (Kap. 7)
Staat er géén voorzetsel in de zin, dan moet je de zin ___________.
Welke regel kun je hierbij gebruiken? 
1. Dies___ Mann baut ein___ Wohnung.
2. Ich kaufe jed___ Buch beim Buchladen.
3. Welch___ Kinder hat mein____ Bruder in der Stadt gesehen?
4. All___ Menschen sind gleich.

Slide 6 - Tekstslide

Herhaling grammatica C (Kap. 7)
Let op! 

De schema's van blz. 53 & 59 (der- en ein-Gruppe) staan op de toets. Die hoef je niet uit je hoofd te leren. 

Je moet de regels van ontleden (bijv. de hij/hem-regel) kunnen TOEPASSEN.

Slide 7 - Tekstslide

Herhaling grammatica C (Kap. 7)
An die Arbeit: 

Training Kapitel 7: 
- Aufgabe 1, blz. 176: 
Vul de ontbrekende uitgangen in. Ontleed de zinnen en bepaal of je de 1e of 4e naamval moet invullen.

Slide 8 - Tekstslide

Beginopdracht
Vertaal. Klaar? Ga naar blz. 114-115.


Versie A
Versie B
de leeuw
de tijger
de neus
de veer
het oog
de bek
de tand
het oor
het been
de zebra

Slide 9 - Tekstslide

Diese Woche (H2c):
Donnerstag (40 Min.)

Herhaling grammatica E: 
Kapitel 7
An die Arbeit: Training Kapitel 7
Quizlet / Slim stampen
Freitag (80 Min.)

Herhaling grammatica C + E: Kapitel 8
An die Arbeit: Training Kapitel 8
Quizlet / Slim stampen
Montag (40 Min.)

Herhaling grammatica C: Kapitel 7
An die Arbeit: Training Kapitel 7
Quizlet / Slim stampen

Slide 10 - Tekstslide

Diese Woche (H2d):
Dienstag (80 Min.)

Herhaling grammatica E
Kapitel 7
+ grammatica C Kapitel 8
An die Arbeit: Training Kapitel 7
Quizlet / Slim stampen
Donnerstag (40 Min.)

Herhaling grammatica C + E:
Kapitel 8
An die Arbeit: Training Kapitel 8
Quizlet / Slim stampen
Montag (40 Min.)

Herhaling grammatica C:
Kapitel 7
An die Arbeit: Training Kapitel 7
Quizlet / Slim stampen

Slide 11 - Tekstslide

Herhaling grammatica E (Kap. 7)
Sommige voorzetsels gaan altijd 
met de 4e naamval:

Zie je in een zin één van deze
voorzetsels staan, dan schrijf je
erna sowieso een 4e naamval!
durch
door
ohne
zonder
für
voor
entlang
langs
gegen
tegen
um
om
bis
tot

Slide 12 - Tekstslide

Herhaling grammatica E (Kap. 7)
1. Der Mann (m) läuft durch die Straße (v).
2. Welches Buch (o) hast du für deine Freundin (v) gekauft? 
3. Ohne einen Stift (m) kann ich nicht schreiben. 
4. Was haben alle Schüler (mv) gegen die Lehrerin (v) gesagt?
5. Entlang das Haus parke ich mein___ Auto (o).
6. Dieses Kind (o) fährt um das Gebäude (o).

Slide 13 - Tekstslide

Herhaling grammatica E (Kap. 7)
An die Arbeit: 

Training Kapitel 7: 
- Aufgabe 2, blz. 176: 
Vertaal de voorzetsels en de lidwoorden die tussen haakjes staan naar het Duits. Let erop dat je de goede naamval gebruikt bij de lidwoorden!

Slide 14 - Tekstslide

Beginopdracht
Vertaal. Klaar? Blz. 115.

Versie A
Versie B
de voeding
de krant
het roofdier
het zoogdier
uitlaten
toelaten, toestaan
knuffelen
verplegen, verzorgen
deelnemen
nodig hebben

Slide 15 - Tekstslide

Diese Woche (H2c):
Donnerstag (40 Min.)

Herhaling grammatica E: 
Kapitel 7
An die Arbeit: Training Kapitel 7
Quizlet / Slim stampen
Freitag (80 Min.)

Herhaling grammatica C + E: Kapitel 8
An die Arbeit: Training Kapitel 8
Quizlet / Slim stampen
Montag (40 Min.)

Herhaling grammatica C: Kapitel 7
An die Arbeit: Training Kapitel 7
Quizlet / Slim stampen

Slide 16 - Tekstslide

Diese Woche (H2d):
Dienstag (80 Min.)

Herhaling grammatica E: 
Kapitel 7
An die Arbeit: Training Kapitel 7
Quizlet / Slim stampen
Donnerstag (40 Min.)

Herhaling grammatica E:
Kapitel 8
An die Arbeit: Training Kapitel 8
Quizlet / Slim stampen
Montag (40 Min.)

Herhaling grammatica C:
Kapitel 7
An die Arbeit: Training Kapitel 7
Quizlet / Slim stampen

Slide 17 - Tekstslide

Herhaling grammatica C (Kap. 8)
Sommige voorzetsels gaan altijd met de 3e naamval

Zie je in een zin één van deze voorzetsels staan, dan schrijf je
erna sowieso een 3e naamval!


Slide 18 - Tekstslide

Voorzetsels met de 3e naamval






ZAAGSMEN BV
mit
met
nach
na, naar
bei
bij
seit
sinds
von
van
zu
naar, bij
aus
uit
außer
behalve
entgegen
tegemoet
gegenüber
tegenover

Slide 19 - Tekstslide

Pers. vnw. in de 3e naamval
mir
mij
dir
jou
ihm
hem
ihr
haar
ihm
het
uns
ons
euch
jullie
ihnen
hen
Ihnen
U

Slide 20 - Tekstslide

Voorzetsels met de 3e naamval
Je kunt deze voorzetsels ook onthouden d.m.v. het ezelsbruggetje

ZAAGSMEN BV

Slide 21 - Tekstslide

Herhaling grammatica C (Kap. 8)
Let op! 

Het schema's van blz. 89 moet je WEL UIT JE HOOFD LEREN.
Deze komt niet op de toets te staan!


Slide 22 - Tekstslide

Herhaling grammatica E (Kap. 7)
Let op! 

De schema's van blz. 94-95 (der- en ein-Gruppe) staan op de toets. Die hoef je niet uit je hoofd te leren. 




Slide 23 - Tekstslide

Herhaling grammatica C (Kap. 8)
An die Arbeit: 

Training Kapitel 8: 
- Aufgabe 1, blz. 178:
Zet de goede uitgangen achter de voorzetsels.
- Aufgabe 2, blz. 178:
Vertaal de woorden tussen haakjes. Let op de juiste naamval!

Slide 24 - Tekstslide