Op de basisschool hebben we geleerd dat zelfstandige naamwoorden betrekking hebben op
mensen, dingen, dieren, planten en
bomen.
We herkennen zelfstandige naamwoorden aan het feit dat:
- we er meestal een lidwoord voor kunnen zetten;
- we er meestal een verkleinwoord van kunnen maken;
- we er meestal een meervoud van kunnen maken.