NaSk jaar 2 - Les 48: Energie (4.4)

Welkom bij NaSk
Pak voor je laptop





Startopdracht:


1 / 42
volgende
Slide 1: Tekstslide
Nask / TechniekMiddelbare schoolvmbo tLeerjaar 2

In deze les zitten 42 slides, met interactieve quizzen en tekstslides.

time-iconLesduur is: 60 min

Onderdelen in deze les

Welkom bij NaSk
Pak voor je laptop





Startopdracht:


Slide 1 - Tekstslide

Welkom bij NaSk
Pak voor je laptop





Startopdracht:

Slide 2 - Tekstslide

Planning
  • Lesdoelen
  • H4: Energie en Warmte
  • Verbranden
  • Zelfstandig werken
  • Huiswerk


Slide 3 - Tekstslide

Lesdoelen
Aan het eind van deze paragraaf kan ik:
  1. Aan het eind van deze paragraaf kan ik:
  2. vertellen wat temperatuur is en in welke eenheid je deze meet;
  3. uitleggen hoe de schaalverdeling op een thermometer werkt;
  4. vertellen welke soorten thermometers er bestaan en hoe ze werken;
  5. vertellen wat het absolute nulpunt is;
  6. graden Celsius en graden kelvin in elkaar omrekenen.
















Slide 4 - Tekstslide

Tijdens de les wil ik dat:
1. Je luistert als ik praat en is het stil
2. Je naar elkaar luistert
3. Je de juiste spullen voor je hebt
4. Je je zo gedraagt dat je de lesstof meekrijgt
5. Je respectvol bent naar je klasgenoten en mij

Slide 5 - Tekstslide

4.4 Verbranden

Slide 6 - Tekstslide

Branddriehoek
  • alleen verbranding als voldaan is aan drie voorwaarden 

  • Zonder zuurstof geen verbranding
  • Zonder ontbrandingstemperatuur geen verbranding
  • Zonder brandstof geen verbranding





Slide 7 - Tekstslide

Branddriehoek

Slide 8 - Tekstslide

Branddriehoek

Slide 9 - Tekstslide

Om een brand te blussen haal je dus één van de voorwaarden voor brand weg.

Slide 10 - Tekstslide

Soorten verbranding
Volledige verbranding 
=
BLAUW
Onvolledige verbranding 
=
ORANJE

Slide 11 - Tekstslide

Onvolledige verbranding
- Oranje vlam 
- Tekort aan zuurstof
- Verbruikt meer brandstof
- ontstaat roet en giftig gas koolstofmonooxide 
- Koolstofmonooxide CO
Volledige verbranding: 
- Blauwe vlam 
- voldoende zuurstof
- ontstaat waterdamp en koolstofdioxide 
- Koolstofdioxide CO2
Volledige verbranding / onvolledige verbranding. 

Slide 12 - Tekstslide

Slide 13 - Tekstslide

Slide 14 - Tekstslide

Broeikaseffect
Versterkt broeikaseffect 
door:
- Meer CO2 in de lucht 
- Minder bomen
Gevolg: 
- Opwarming van de aarde
- ijs smelt: zeespiegel stijgt







Slide 15 - Tekstslide

Versterkt broeikaseffect

Slide 16 - Tekstslide

Practicum
in groepjes van twee

Slide 17 - Tekstslide

Geef de betekenis van het broeikaseffect?
A
Het verbouwen van planten in kassen.
B
Gaslaag in de atmosfeer die ons beschermt tegen zonnestraling.
C
Het vasthouden van koude lucht door koolzuurgas.
D
Het vasthouden van warme lucht door gassen in de dampkring

Slide 18 - Quizvraag

Wat kan deze fabriek doen om het versterkt broeikaseffect tegen te gaan
A
Meer fijnstof uitstoten
B
Geen fossiele brandstoffen meer gebruiken.
C
De fabrieken laten stoppen.
D
In warmere gebieden vestigen.

Slide 19 - Quizvraag

Hoe warm zou het zijn als er geen broeikaseffect was?
A
-8 C
B
-18 C
C
2 C
D
-12 C

Slide 20 - Quizvraag

het broeikaseffect wordt veroorzaakt door
A
koolstofdioxide
B
zwaveldioxide
C
stikstofoxiden
D
drijfgassen/raketbrandstof

Slide 21 - Quizvraag

Waar
Niet Waar
Door het broeikaseffect blijft de aarde warm
Hout is een fossiele brandstof
Koolstofdioxide is een broeikasgas
Als het ijs op de polen smelt, stijgt de zeespiegel
In Nederland hebben we helemaal geen last van klimaatverandering

Slide 22 - Sleepvraag

Hoe kun je ervoor zorgen dat je het broeikaseffect minder sterk maakt?
A
Fietsen, in plaats van de auto pakken.
B
Windturbines gebruiken.
C
Meer gebruik maken van zonnepanelen.
D
Zuiniger omgaan met energie.

Slide 23 - Quizvraag

Zonder het broeikaseffect zou er geen leven
op aarde mogelijk zijn.
A
Waar
B
Niet waar

Slide 24 - Quizvraag

Wat ontstaat er als je een fossiele brandstof (volledig) verbrand?
A
zuurstof
B
koolstofdioxide
C
water
D
biogassen

Slide 25 - Quizvraag

Bij welke vlam wordt koolstofmonoxide en roet gevormd?
A
blauwe vlam
B
blauw ruisende vlam
C
gele vlam
D
alle 3 genoemde vlammen

Slide 26 - Quizvraag

Wat is het gevaar van koolstofmonoxide
A
giftig
B
het is niet gevaarlijk
C
je ziet het niet
D
je ruikt het niet

Slide 27 - Quizvraag

Wat is een andere manier om jouw huis van duurzame energie
te voorzien ?
A
Korter douchen
B
Zonnepanelen op het dak
C
De ramen sluiten
D
Het dak isoleren

Slide 28 - Quizvraag

Slide 29 - Tekstslide

Huiswerk nakijken

4.4D nakijkcarousel






timer
5:00

Slide 30 - Tekstslide

4.5 Temperatuur

Slide 31 - Tekstslide

Wat is temperatuur?

 'Temperatuur' is een woord dat aangeeft 
hoe warm of hoe koud iets is. 

Slide 32 - Tekstslide

Temperatuur meten

Temperatuur wordt gemeten met een thermometer

Wat is de eenheid voor temperatuur ? 

  • graden Celcius  (oC )






Slide 33 - Tekstslide

Celcius
Anders Celcius (1701-1744)

0 graden Celcius is de temperatuur 
waarbij water bevriest

100 graden Celcius is de temperatuur 
waarbij water kookt

Slide 34 - Tekstslide

Soorten thermometers
Temperatuur kun je meten met een thermometer:
  • vloeistofthermometer
  • digitale thermometer
  • infraroodthermometer
  • bimetaalthermometer

Slide 35 - Tekstslide

Hoe werkt een vloeistofthermometer?
De vloeistof is alcohol (vroeger kwik)

De vloeistof in het reservoir zet uit en stijgt in de stijgbuis

Met de schaalverdeling kan je de waarde van de temperatuur aflezen

Slide 36 - Tekstslide

Digitale thermometers
Heeft een warmtesensor en een afleesvenster

Een elektrische stroom door de sensor bepaalt de temperatuur

Slide 37 - Tekstslide

Slide 38 - Tekstslide

Vloeistofthermometer
Het meetbereik is het totale bereik dat een thermometer kan meten.

Het meetbereik hangt af van:
- de soort vloeistof in het reservoir en stijgbuis
- de grootte van het reservoir
- de diameter van de stijgbuis

Hoe kleiner het meetbereik, hoe nauwkeuriger de thermometer.
--->

--->

M
E
E
T
B
E
R
E
I
K

Slide 39 - Tekstslide

Meetbereik
vergroten:

  • Vloeistof die minder uitzet
  • Kleiner reservoir
  • Bredere glazen stijgbuis

Slide 40 - Tekstslide

Nauwkeurigheid
vergroten:

  • Vloeistof die meer uitzet
  • Groter reservoir
  • Dunnere glazen stijgbuis

Slide 41 - Tekstslide

Zelfstandig werken ZS

Maak de opdrachten van 4.5C (Begrijpen)
- Niet klaar? Huiswerk






timer
5:00

Slide 42 - Tekstslide