In deze les zitten 13 slides, met interactieve quizzen en tekstslides.
Onderdelen in deze les
Slide 1 - Tekstslide
Planning van de les
Terugblik naar de leerdoelen van de vorige les
Uitleg leerdoelen deze les
Werken aan je huiswerk en eventuele vragen stellen
Slide 2 - Tekstslide
Leerdoel van de vorige les
Paragraaf 2.5: Conclusies trekken
Ik kan verschillen bepalen bij kwantitatieve variabelen.
Slide 3 - Tekstslide
Doe je laptop open
Slide 4 - Tekstslide
Aan de kinderen van groep 1 is gevraagd een puzzel in elkaar te zetten. Er is gemeten hoelang de kinderen daar over deden en de resultaten zijn verwerkt in de boxplots hiernaast
Is het verschil tussen deze twee klassen gering, middelmatig of groot? Licht je antwoord toe.
Slide 5 - Open vraag
Appels van bomen in de zon wegen gemiddeld 121 gram met een standaardafwijking van 24 gram, appels van bomen in de schaduw wegen gemiddeld 129 gram met een standaardafwijking van 21 gram.
Bepaal de effectgrootte van zon of schaduw op het gewicht van appels en geef aan of dit verschil, groot, middelmatig of gering is.
Slide 6 - Open vraag
Leerdoelen van deze les
Voorkennis: Steekproeven, centrummaten en spreidingsmaten
Ik weet wat proporties zijn en wat het verschil is tussen populatie- en steekproefporties.
Ik kan centrummaten (gemiddelde, modus en mediaan) en spreidingsmaten (spreidingsbreedte, interkwartielafstand en standaardafwijking) berekenen.
Slide 7 - Tekstslide
Wie woont er in de Reeshof?
A
Ik!
B
Gelukkig niet zeg!
Slide 8 - Quizvraag
Onderzoek naar woonplaats van leerlingen UC
Is deze steekproef representatief?
Is deze steekproef aselect?
Wat is de steekproefomvang?
Is deze steekproef voldoende groot?
Is dit dus een goede steekproef?
Slide 9 - Tekstslide
Hoeveel % van de leerlingen uit de klas woont in de Reeshof?
Slide 10 - Open vraag
Populatie
Steekproef
Representatief
Proportie
Proportie = gedeelte : totaal aantal
(de factor van het percentage)
Slide 11 - Tekstslide
Laptops dicht
Slide 12 - Tekstslide
Huiswerk voor de volgende les:
Zorg dat je de volgende leerdoelen beheerst:
Ik weet wat proporties zijn en wat het verschil is tussen populatie- en steekproefporties.
Ik kan centrummaten (gemiddelde, modus en mediaan) en spreidingsmaten (spreidingsbreedte, interkwartielafstand en standaardafwijking) berekenen.
Maak hiervoor de opgaven 1 t/m 4 van de voorkennis van hoofdstuk 7.