1hv lezen h6

• Nederlands
• Middelbare school
• havo
• Leerjaar 1

Vraag 1: Het is een vervelende regel die bijna altijd opgaat (alinea 1). Wat is die regel?

Vraag 2. Maar er is hoop (alinea 2). De schrijver vindt dat...

1. omdat cacao-extract nare ziektes kan voorkomen.
2. omdat chocolade kan helpen tegen ernstige ziektes.
3. omdat er steeds meer bewijs is dat chocolade erg gezond is.
4. omdat het toch mogelijk lijkt dat iets lekkers ook gezond is.

3. Welk tekstverband herken je tussen de tweede en derde zin van alinea 2?

1. Toelichtend verband
2. Opsommend verband
3. Chronologisch verband
4. Tegenstellend verband

4. Aan welk signaalwoord herken je dat verband?

1. En
2. Ook
3. Bijvoorbeeld
4. Zo

Wat betekent het als de wetenschap mij goed gezind is? (alinea 3)

1. Wetenschappers zeggen dingen die gezond voor mij zijn.
2. Wetenschappers zeggen dingen die ongezond voor mij zijn.
3. Wetenschappers zeggen dingen die negatief voor mij zijn.
4. Wetenschappers zeggen dingen die positief voor mij zijn.

Ook hier is de wetenschap mij goed gezind (alinea 3). Welk tekstverband geeft 'ook' aan?

1. Toelichtend verband
2. Opsommend verband
3. Tegenstellend verband
4. Chronologisch verband

Zo gaat het eigenlijk altijd met dit soort dingen (alinea 4). Waarnaar verwijst 'Zo'?

1. Iets lijkt eerst geweldig nieuws, maar later blijkt het toch tegen te vallen.
2. Als iets geweldig is, dan wil iedereen het.
3. Ze liegen over de gezondheid van chocolade.
4. In de fabriek worden alle gezonde stofjes van chocolade verwijderd.

Waarom zit de schrijver niet op een pil te wachten (al. 5)?

Wat is het belangrijkste tekstdoel van deze tekst?

1. Informeren
2. Overtuigen
3. Amuseren
4. Activeren

Wat is het doel van de afbeelding bij deze tekst?

1. Verfraaien
2. Aandacht trekken
3. Verduidelijken
4. Aanvullen

Kahoot

Lezen H1 t/m H6