23 januari herhalen en hoofd en bijzinnen

Welkom in de les



Jas in kluisje of aan de kapstok boven

(Lees)boek, etui en aantekeningenschrift op tafel
1 / 20
volgende
Slide 1: Tekstslide
NederlandsMiddelbare schoolvwoLeerjaar 2

In deze les zitten 20 slides, met tekstslides en 1 video.

time-iconLesduur is: 75 min

Onderdelen in deze les

Welkom in de les



Jas in kluisje of aan de kapstok boven

(Lees)boek, etui en aantekeningenschrift op tafel

Slide 1 - Tekstslide

Na deze les
-  kun je het gezegde en lijdend voorwerp bij wederkerende werkwoorden herkennen.
- kun je een hoofd- en bijzin herkennen

Slide 2 - Tekstslide

timer
20:00

Slide 3 - Tekstslide

Wederkerende werkwoorden 

Slide 4 - Tekstslide

Wederkerend werkwoord
 Het onderwerp van de zin komt terug in het wederkerend voornaamwoord. Het hangt van het onderwerp af welk wederkerend voornaamwoord je gebruikt.



Slide 5 - Tekstslide

Slide 6 - Tekstslide

Verplicht wederkerend
Het voornaamwoord hoort bij het werkwoordelijk gezegde

Zich vergissen

Ik vergis me
Ik vergis iemand anders kan niet.
WG= vergis me

Slide 7 - Tekstslide

Toevallig wederkerend
Het wederkerend voornaamwoord kan vervangen worden door iets anders. Door een persoon of ding. Voornaamwoord is lijdend voorwerp.

Zich wassen

Ik was me
Ik was mijn auto.

Slide 8 - Tekstslide

Ik bezeerde mij tijdens de wedstrijd. 

Toevallig wederkerend of verplicht wederkerend?


Slide 9 - Tekstslide

Ik bezeerde mij tijdens de wedstrijd. 

Ik bezeerde iemand tijdens de wedstrijd. Toevallig wederkerend dus.

'Mij' is hier dan ook het lijdend voorwerp en is geen onderdeel van het gezegde. 

Slide 10 - Tekstslide

Slide 11 - Video

Slide 12 - Tekstslide

Slide 13 - Tekstslide

Slide 14 - Tekstslide

Slide 15 - Tekstslide

Slide 16 - Tekstslide

Soorten werkwoorden
Binnen het wg kan er sprake zijn van twee soorten werkwoorden: Het zelfstandig werkwoord en het hulpwerkwoord.

Binnen het ng kan er sprake zijn van twee soorten werkwoorden: het koppelwerkwoord en het hulpwerkwoord.


Slide 17 - Tekstslide

Mogelijke zinnen
A. Onze kat is niet alleen vaak hongerig, maar ook nog eens razendsnel en een echte jager, dus nu er veel jonge vogeltjes in onze tuin zijn, moet ze binnenblijven: anders vangt ze veel dieren.


Slide 18 - Tekstslide

Mogelijke zinnen

B. Veel leerlingen vinden hun mobieltje belangrijk, dus ze hebben niet alleen een duur abonnement, maar - omdat ze geld nodig hebben - ook een bijbaantje met als gevolg dat ze school verwaarlozen, waardoor ze vaak gedoe krijgen met hun ouders.

Slide 19 - Tekstslide

Aan het werk
Af voor maandag 5 februari 
Cursus 5 grammatica: paragraaf 9: samengestelde zinnen (hoofd- en bijzinnen).  Je kijkt daarnaast of je paragraaf 3 af hebt (LV en WG bij wed. ww.). 

Klaar? Begin aan paragraaf 12 WS Zelfstandig ww. Kies hier niet route C. Dit hoeft niet voor maandag af te zijn. 



Slide 20 - Tekstslide