7.
Ga niet “zwammen” als je één antwoord (bijv. één argument) moet geven.
Vaak staat er in de nakijk-instructie voor de docent dat hij/zij alleen het eerstgegeven antwoord-item moet nakijken. Als jij dus met een heel verhaal komt, waarin het goede antwoord ergens in het midden of aan het eind staat heb je pech. Dit is dus duidelijk anders dan vakken als economie, aardrijkskunde of maatschappijleer!
8. Schrijf geen dingen tussen haakjes in of achter je antwoord.
Bijvoorbeeld: “De politici (auteurs) zijn het eens met deze analyse (meestal).” Gaat het nu om politici of auteurs? Zijn ze het nu eens of niet? Vaak spreek je je eigen antwoord tegen door wat je tussen haakjes zegt. Logisch, want je twijfelt vaak. Maar bij het antwoorden moet je een keuze maken en er geen meerkeuze-vraag van maken voor degene die het moet nakijken!