2h1 Les 37 formeel & informeel taalgebruik en brief

Het programma 
terugblik
de lesdoelen 
uitleg les 24  formeel en informeel taalgebruik
aantekeningen maken 
klassikale oefening 
Zelfstandig werken
terugkoppeling lesdoelen + vooruitblik volgende les 

1 / 29
volgende
Slide 1: Tekstslide
NederlandsMiddelbare schoolvmbo bLeerjaar 2

In deze les zitten 29 slides, met interactieve quizzen en tekstslides.

time-iconLesduur is: 45 min

Onderdelen in deze les

Het programma 
terugblik
de lesdoelen 
uitleg les 24  formeel en informeel taalgebruik
aantekeningen maken 
klassikale oefening 
Zelfstandig werken
terugkoppeling lesdoelen + vooruitblik volgende les 

Slide 1 - Tekstslide

Het lesdoel 
Aan het einde van de les kan ik een voorbeeld geven van informeel en formeel taalgebruik. 

Slide 2 - Tekstslide

Hoe begroet je iemand
in een mail?

Slide 3 - Woordweb

Slide 4 - Tekstslide

Slide 5 - Tekstslide

Slide 6 - Tekstslide

Slide 7 - Tekstslide

Slide 8 - Tekstslide

Slide 9 - Tekstslide

Slide 10 - Tekstslide

Slide 11 - Tekstslide

Slide 12 - Tekstslide

Aantekeningen
Formeel taalgebruik = zakelijk taalgebruik 
- je spreekt vooral met 'u' 
- geen straattaal 
- nette zinnen 

informeel taalgebruik = persoonlijk taalgebruik 
- je spreekt vooral met 'je' 
- je spreekt zo tegen mensen die je kent 

Slide 13 - Tekstslide

formeel of informeel?

Met mij is alles prima!
A
Formeel
B
Informeel

Slide 14 - Quizvraag

formeel of informeel?

Met vriendelijke groet,
A
Formeel
B
Informeel

Slide 15 - Quizvraag

Als je informele taal gebruikt ken je de persoon?
A
niet
B
een beetje
C
wel
D
helemaal niet

Slide 16 - Quizvraag

formeel of informeel?

Sorry voor het storen.
A
Formeel
B
Informeel

Slide 17 - Quizvraag

Wat is een juiste aanhef bij een informele mail?
A
Hallo Marit,
B
Geachte mevrouw Zijlstra,
C
Groetjes, Marit
D
Met vriendelijke groet, Marit Zijlstra

Slide 18 - Quizvraag

formeel of informeel?
Kijk uit joh!

A
formeel
B
informeel

Slide 19 - Quizvraag

Gebruik je bij 'ouderen'
informele of formele taal?
A
informeel
B
formeel

Slide 20 - Quizvraag

Gebruik je bij 'kinderen'
informele of formele taal?
A
informeel
B
formeel

Slide 21 - Quizvraag

Hopelijk heb ik u voldoende geïnformeerd.
Formeel of informeel?
A
formeel
B
informeel

Slide 22 - Quizvraag

Welke aanhef gebruik je bij een informele tekst?
A
Geachte
B
Beste
C
Hai
D
Hoi

Slide 23 - Quizvraag

Een voorbeeld van een informele tekst is een?
A
sollicitatiebrief
B
uitnodiging
C
klachtenbrief
D
berichtje van jouw broer

Slide 24 - Quizvraag

Een informele tekst lijkt meer op spreektaal
A
Juist
B
Onjuist

Slide 25 - Quizvraag

hoe schrijf je de brief

Slide 26 - Tekstslide

Opdracht
Schrijf een korte email naar Media Markt.
Je hebt vorige week een bluetoothspeaker gekocht die niet goed blijkt te werken. Naar je vriendin heb je al het volgende berichtje geappt: Heb een bluetoothspeaker gekocht bij Media Markt. Het ding doet het voor geen meter en het geluid is echt bagger dus ik wil mijn geld terug
Opdracht: Schrijf een korte email naar Media Markt waarin je je ontevredenheid omschrijft.

Slide 27 - Tekstslide

Wat is een juiste afsluiting bij een informele mail?
A
Hallo Marit,
B
Geachte mevrouw Zijlstra,
C
Groetjes, Marit
D
Met vriendelijke groet, Marit Zijlstra

Slide 28 - Quizvraag

Het lesdoel 
Aan het einde van de les kan ik een voorbeeld geven van informeel en formeel taalgebruik. 


Vooruitblik volgende les --> e-mail schrijven 

Slide 29 - Tekstslide