u1k Formuleren §1: Volledige zinnen

Welkom
  • Ga rustig zitten
  • Pak je Ipad en oortjes
  • Leg je leesboek op tafel

Vraag van de dag:
Heeft iedereen cursus Spelling tot en met paragraaf 5 klaar?
1 / 14
volgende
Slide 1: Tekstslide
NederlandsMiddelbare schoolvmbo kLeerjaar 1

In deze les zitten 14 slides, met interactieve quizzen en tekstslides.

time-iconLesduur is: 45 min

Onderdelen in deze les

Welkom
  • Ga rustig zitten
  • Pak je Ipad en oortjes
  • Leg je leesboek op tafel

Vraag van de dag:
Heeft iedereen cursus Spelling tot en met paragraaf 5 klaar?

Slide 1 - Tekstslide

1. Zorgen dat iedereen de planning weer volgt.
2. Beginnen met
Cursus 6: Formuleren.
3. Stapsgewijs door de opdrachten van §1 heen.

In deze les gaan we

Slide 2 - Tekstslide

De lesdoelen
  • Je weet hoe je een zin begint en eindigt.
  • Je weet wanneer je een punt, vraagteken of uitroepteken gebruikt.

Slide 3 - Tekstslide

Formuleren 
=

'Iets onder woorden brengen'
'Iets uitdrukken in woorden'

En daar komen in het Nederlands een aantal regeltjes en schrijftrucjes bij kijken. Daar gaat formuleren over.

Slide 4 - Tekstslide


Formuleren?


6.1 Volledige zinnen
6.2 De en het woorden
6.3 Verwijswoorden
Waaruit bestaat de cursus

Slide 5 - Tekstslide

Wat klopt er niet aan deze zin?
'nieuwslezer in tranen na laatste werkdag.'

Slide 6 - Open vraag

Wat klopt er niet aan deze zin?
'dit weekend ging de wintertijd in'

Slide 7 - Open vraag

Slide 8 - Tekstslide

Punt, vraagteken of uitroepteken

Mag ik die pen even van je lenen


A
punt.
B
uitroepteken!
C
vraagteken?

Slide 9 - Quizvraag

Punt, vraagteken of uitroepteken

Ik heb gister met 3-0 gewonnen


A
punt.
B
uitroepteken!
C
vraagteken?

Slide 10 - Quizvraag

Oefenen
H6 Formuleren
§1: Volledige zinnen
Kijk ook nog naar uitlegfilm

Alle opdrachten maken

Leesboek Alaska lezen
of zorgen dat je werk afmaakt. 
timer
5:00
waar?
wat?
klaar?

Slide 11 - Tekstslide

Einde van deze les!
Als het goed is weet je nu:

  • Hoe je een zin begint.
  • Hoe je een zin eindigt.
  • Wanneer je een punt, vraagteken of uitroepteken gebruikt.

Slide 12 - Tekstslide

Waarmee eindig je een zin?
Je mag niet weg voor er drie juiste antwoorden staan!

Slide 13 - Open vraag

De lesdoelen
  • Je weet hoe je een zin begint en eindigt.
  • Je weet wanneer je een punt, vraagteken of uitroepteken gebruikt.

Slide 14 - Tekstslide