Spelling H5 + Formuleren 6

Programma
  • Quiz: Vanavond vanaf 20.00 uur via dit kanaal in Teams
  • Huiswerkcontrole
  • Bespreken huiswerk: opdracht 7 en 8 H5, blz. 209-211 en opdracht 3 Formuleren H6, blz. 261
  • Vragen?
  • Voorproefje toets
  • Huiswerk
1 / 19
volgende
Slide 1: Tekstslide
NederlandsMiddelbare schoolhavoLeerjaar 3

In deze les zitten 19 slides, met interactieve quizzen en tekstslides.

Onderdelen in deze les

Programma
  • Quiz: Vanavond vanaf 20.00 uur via dit kanaal in Teams
  • Huiswerkcontrole
  • Bespreken huiswerk: opdracht 7 en 8 H5, blz. 209-211 en opdracht 3 Formuleren H6, blz. 261
  • Vragen?
  • Voorproefje toets
  • Huiswerk

Slide 1 - Tekstslide

Lesdoelen

Je weet waar en wanneer je leestekens (komma, aanhalingstekens, puntkomma en dubbele punt) plaatst en je weet hoe je zinnen correct begrenst.
Je weet wat je moet leren voor de toets op 12 mei a.s.

Slide 2 - Tekstslide

Huiswerkcontrole
Bespreken opdracht 7, blz. 212

Slide 3 - Tekstslide

Opdracht 8 

  • 1 pvvt: was
  • 2 vd: gehuisvest
  • 3 bn: opgerichte
  • 4 pvvt: werd
  • 5 vd: gevormd
  • 6 pvvt: werd
  • 7 vd: gegokt
  • 8 vd: gehandeld
  • 9 vd: geboden
  • 10 pvvt: confronteerde
  • 11 pvvt: leerden
  • 12 od: lezend
  • 13 od: gamend
  • 14 inf: afwegen
  • 15 pvvt: was



  • 16 vd: genoodzaakt
  • 17 bn: bezuinigende
  • 18 pvvt: halveerde
  • 19 pvvt: stopzette
  • 20 pvtt: zijn
  • 21 pvtt: richten
  • 22 pvtt: blijkt
  • 23 vd: verleid
  • 24 pvtt: belanden
  • 25 pvtt: biedt aan
  • 26 pvtt: wordt
  • 27 vd: genoemd
  • 28 gw: word

Slide 4 - Tekstslide

Opdracht 3, Formuleren H6, blz. 261
Opdracht 3
De tekst met leestekens:
John Devaney uit Narragansett, Rhode Island, stapt naar de rechter. Hij wil de kerkklokken van de kerk naast zijn huis het zwijgen opleggen, omdat die zijn leven grondig verstoren. Ook zouden ze ertoe hebben geleid dat zijn huwelijk op de klippen is gelopen.
Toen Devaney het huis 18 jaar geleden kocht, was er helemaal geen sprake van klokgelui. Zes jaar later werd de klokkentoren echter uitgerust met een elektronisch systeem en daarmee begon voor de Amerikaan de ellende.
Volgens Devaney luiden de klokken minstens 700 keer per week. Dat is meer dan 36.000 maal per jaar. Dit bracht de man aan de rand van een depressie, waardoor zijn humeur ernstig verslechterde en hij steeds ruzie kreeg met zijn vrouw. Een echtscheiding was het trieste gevolg.
De man wil nu via de rechtbank een eind maken aan het irritante klokgelui. Het kerkbestuur vindt dat meneer Devaney overdrijft.



Slide 5 - Tekstslide

Vervang de woorden tussen aanhalingstekens door een uitdrukking met een woordpaar:
Ik dacht dat zij het wel wist, maar ze wist 'helemaal niets'.

Slide 6 - Open vraag

Geef aan waar het woordpaar uit bestaat:

Toen zij moesten vluchten, zijn zij have en goed verloren.
A
uit een tegenstelling
B
uit synoniemen
C
uit woorden die qua betekenis dicht bij elkaar liggen

Slide 7 - Quizvraag

In welke zin wordt 'multifunctioneel' correct gebruikt?
A
De mascara is multifunctioneel: hij is er namelijk in blauw, zwart, bruin en groen.
B
De wekker is multifunctioneel, want deze is tevens een radio en een oplader.
C
Mijn moeder is multifunctioneel in het gebruik.
D
Dit nummer heeft een multifunctioneel geluid en daardoor vinden verschillende generaties het mooi.

Slide 8 - Quizvraag

Noteer de woord(groep)en die een retorisch middel bevatten EN noteer om welk middel het gaat. Kies uit: paradox, antithese, repetitio, enumeratio, opsomming in drieën, climax.

Met Facebook, twitter, snapchat, Skype, Whatsapp en Familienet heb je geen reden meer om geen contact met elkaar op te nemen.

Slide 9 - Open vraag


Noteer de woord(groep)en die een retorisch middel bevatten EN noteer om welk middel het gaat. Kies uit: paradox, antithese, repetitio, enumeratio, opsomming in drieën, climax.


Bij deze veldslag was het alles of niets voor de verliezende partij.

Slide 10 - Open vraag

We moesten niet twee dagen, niet twee weken, maar twee maanden binnen blijven.
paradox
antithese
repetitio
enumeratio
opsomming in drieën
climax

Slide 11 - Sleepvraag

Benelux
o.v.v.
havo
kg
OM
afkorting
letterwoord
initiaalwoord
verkorting 
symbool 

Slide 12 - Sleepvraag

Kies het juist gespelde woord
A
garages
B
garage's

Slide 13 - Quizvraag

Het werkwoord tussen haakjes eindigt op -de(n) of -dde(n), -te(n)of -tte(n). Noteer de juiste vorm.

Het zojuist ... (landen) vliegtuig vertrekt weer binnen een uur.

Slide 14 - Open vraag

Neem de zin over en plaats zo nodig komma’s, dubbele punten en puntkomma’s.

Mijn moeder zei altijd na regen komt zonneschijn.

Slide 15 - Open vraag

Staan alle leestekens op de juiste plaats in de onderstaande zin(-nen)?

'Wij gaan vanavond niet' , zei Jasper. 'Wij gaan morgen.'
A
ja
B
nee

Slide 16 - Quizvraag

Noteer van de werkwoorden tussen haakjes de werkwoordsvorm die in de zin past (inf, pvtt, pvvt, gw, vd, od, bn) EN noteer het woord in de juiste spelling.

Het gebouw … (worden) binnenkort ... (slopen) en daarna zal er een nieuw pand worden ... (bouwen).

Slide 17 - Open vraag

Is duidelijk wat je moet leren voor de toets en begrijp je de stof?
A
Ja!!!!
B
Ik heb nog vraagje.
C
Nee, ik kom vanmiddag naar vakhulp om 13.30 uur
D
Nee, maar ik zoek het zelf wel uit.

Slide 18 - Quizvraag

Huiswerk
Leren Woordenschat H4 en H6 + Spelling H4 en H5 + Formuleren H6
Herhalen lesstof en vragen stellen op maandag 11/5, toets op dinsdag 12/5

Tot vanavond bij de QUIZ!!!!!

Slide 19 - Tekstslide