1MREc Commercieel 1 P2 Les 4 Marktonderzoek: H1.3 tm 1.6 Onderzoeksgroep & Methoden van onderzoek

• Retail
• MBO
• Studiejaar 1,4

1MREc Commercieel 1B

Terugblik

• Winkelformule → doelgroepen.
  
• Winkelexterieur.
  
• Winkelinterieur.
  
• Routing & verwantschappen. 
• Taken Manager/Ondernemer: Inkoop, verkoop, onderzoek, identiteit, etc.
• Structuren: Grootte, branche, type bedrijf, verkoopkanalen, etc.
• Gedrag van consumenten heeft een voorspelbaar patroon.
  

Gedrag verschilt op basis van: type product, type consument.

• Bedrijven kunnen communicatie richten op koopfase.
• Gedrag van consumenten heeft een voorspelbaar patroon.
  

Gedrag verschilt op basis van: type product, type consument. Maar per persoon verschillen op basis van vele

invloedsfactoren.

• 
  

Opdracht vorige keer

• Marketingprobleem voor je leerbedrijf, kies één van onderstaande:

1. Ik verlies marktaandeel aan een nieuwe concurrent. Hoe kan ik hiermee omgaan?
2. Het bedrijf is stabiel, ik wil gaan groeien. Hoe kan ik dit het best aanpakken?

• Stel een basis onderzoeksopzet op en bepaal je bronnen van informatie.
  
  

Tot welke functie van marktonderzoek behoort het controleren of doelen zijn behaald?

1. Bewakingsfunctie
2. Creatieve functie
3. Informatieve functie

Wat is een ander woord voor probleemstelling van een onderzoek?

1. Analyse
2. Bron
3. Onderzoeksopzet
4. Onderzoeksvraag

Stap 1

Stap 2

Stap 3

Stap 4

Stap 5

Stap 6

bronnen vaststellen

informatie verzamelen

onderzoeksopzet

probleemstelling

rapporteren

verwerken

Wanneer is een onderzoek "wetenschappelijk"?

Fasen

Inhoud

• Eisen aan steekproeven.
• Vormen onderzoek.
• Vormen secundair onderzoek.
• (Eisen aan) secundaire bronnen.
• Vormen primair onderzoek.

Methoden

Desk-research

De bronnen en de informatie die je verzamelt moeten betrouwbaar, relevant en actueel zijn.

Field research

• Nieuwe (primaire) informatie ophalen. 

Kwalitatief ↔ kwantitatief

Kwantitatief onderzoek:
Cijfermatige inzichten over mensen. Het geeft antwoorden op vragen die in hoeveelheden kunnen worden uitgedrukt.

• Wanneer? Hoe vaak? Hoeveel?
• Gesloten vragen, vaak onderzoek naar groepsgedrag.

Type onderzoek: relatief goedkoop en makkelijk. Vereist
beperkte deelname respondenten, maar veel respondenten.

Kwalitatief ↔ kwantitatief

Kwalitatief onderzoek:
Antwoord zoeken op diepgaande vragen.

• Waarom? Hoe? 
• Open vragen, vaak onderzoek naar motivatie, gedachten, verwachtingen en/of iets waarbij creativiteit nodig is.

Type onderzoek: duur en moeilijk. Vereist uitgebreide deelname respondenten.

Methoden

Type onderzoek?

Klanttevredenheid

1. Desk-research
2. Field-research

Type onderzoek?

Ideeën voor nieuwe producten

1. Kwalitatief onderzoek
2. Kwantitatief onderzoek

Type onderzoek?

Behoefte duurzame producten

1. Desk-research
2. Field-research

Type onderzoek?

Imago van onze winkel

1. Kwalitatief onderzoek
2. Kwantitatief onderzoek

Type onderzoek?

Niveau scholing van personeel

1. Kwalitatief onderzoek
2. Kwantitatief onderzoek

Type onderzoek?

Succes van onze reclame

1. Kwalitatief onderzoek
2. Kwantitatief onderzoek

Field research

• Nieuwe (primaire) informatie ophalen. 

Observatie

• Waarneming doen ("kijken").
• Kwantitatief.
• Duidelijk te meten gedrag vooraf omschrijven.

• Voordeel: respondenten reageren natuurlijk.
• Nadeel: motivatie is niet waar te nemen.

Interview

• Gesprek met een enkele respondent.
• Gestructureerd: rigide vraagstructuur.
• Ongestructureerd: vrije vraagstructuur.
• Kwalitatief.

• Voordeel: veel diepgaande informatie.
• Nadeel: tijdrovend en dus duur. Diepgaande informatie, maar geen brede informatie. 

Panelgesprek

• Groepsgesprek met vaste groep respondenten, regelmatige herhaling.
• Belangrijk goede groep mensen te selecteren.
• Kwalitatief.

• Voordeel: gestage stroom van diepgaande informatie.
• Nadeel: moeilijk om representatieve groep respondenten te krijgen en vast te houden.

Enquête

• Vragenlijst met vooral gesloten vragen.
• Kan telefonisch, schriftelijk, online of persoonlijk. Ieder met hun eigen voor- en nadelen (zelf lezen).
• Kwantitatief.

• Voordeel: Geeft brede informatie.
• Nadeel: vragenlijst ontwikkelen is moeilijk, non-respons is hoog, diepgang beperkt.

Onderzoeksgroep

• Onderzoek naar alle consumenten (de volledige populatie) is onmogelijk .
• Dus doe je een steekproef.

Een betrouwbaar onderzoek moet aan de volgende eisen voldoen: 

• De steekproef moet groot genoeg zijn.
  
• De steekproef moet aselect zijn samengesteld.
  
• De steekproef moet representatief zijn.
  
• De steekproef moet nauwkeurig zijn.

Opdracht

P2 Les 4: Samenvatting

• Desk-research gebruiken wanneer de informatie al bestaat.
• Field-research gebruiken wanneer je een specifieke informatiebehoefte hebt.
• Kwalitatief onderzoek voor inzicht vragen.
• Kwantitatief onderzoek voor cijfermatig inzicht.
• Steekproef is nodig, maar moet aan een aantal eisen voldoen.

Opdracht

• Lees paragraaf 1.3 en 1.6 van commercieel deel 1b.
• Maak opgaven 8 t/m 24. In deze opgaven staat informatie die niet voorkomt in de lessen!