Sprookje anders 1

Welkom!
Les 1 - Schrijven en spelen
Sprookje anders
Log in: 
1 / 24
volgende
Slide 1: Tekstslide
DramaMiddelbare schoolvmbo g, t, mavo, havo, vwoLeerjaar 1

In deze les zitten 24 slides, met interactieve quizzen, tekstslides en 1 video.

time-iconLesduur is: 60 min

Onderdelen in deze les

Welkom!
Les 1 - Schrijven en spelen
Sprookje anders
Log in: 

Slide 1 - Tekstslide

Sprookje anders
Je krijgt les in het schrijven van een verhaal. 
Dit verhaal schrijf je in scriptvorm dat je zelf uiteindelijk, over een paar weken, ook gaat spelen.

Slide 2 - Tekstslide

Planning van vandaag:
  • Aanwezigheid, inloggen via LessonUp
  • Lesdoelen
  • Theorie afgewisseld met oefeningen/quiz/filmpje
  • Uitleg opdracht volgende week

Slide 3 - Tekstslide

Lesdoelen
Ik kan uitleggen wat een protagonist en een antagonist is. 
Ik kan uitleggen wat een conflict en een plotvraag is.
Ik kan de protagonist, antagonist, het conflict en de plotvraag herkennen in een verhaal en deze benoemen.

Slide 4 - Tekstslide


Wat is een plot?
A
De inhoud van het verhaal
B
De structuur van het verhaal
C
Het einde van het verhaal
D
Het hoofdpersonage van het verhaal

Slide 5 - Quizvraag

Het hebben van een structuur (plot) in een verhaal is belangrijk, omdat:

Omdat het anders voor de lezer/kijker moeilijk te begrijpen is.
Als de lezer/kijker iets niet begrijpt haakt hij of zij sneller af.

Slide 6 - Tekstslide

Slide 7 - Tekstslide

Wat leer je vandaag?

  • Protagonist
  • Antagonist
  • Conflict
  • Plotvraag

Slide 8 - Tekstslide

Protagonist
De protagonist is het personage of datgene waar het verhaal om draait. 

In een goed verhaal wil de protagonist iets bereiken. 
Dat wat diegene wil bereiken heet het streven (doel).

Slide 9 - Tekstslide

Antagonist
De antagonist is de weerstand van de protagonist.

De antagonist werkt de protagonist (bewust of onbewust) tegen in wat het wil bereiken.
Een antagonist hoeft niet altijd een mens te zijn. Het kan ook een dier zijn, een object of een situatie.

Slide 10 - Tekstslide

Oefening 1
Maak de sleepvraag en sleep de juiste afbeeldingen naar de juiste kant.

Slide 11 - Tekstslide

PROTAGONIST
ANTAGONIST

Slide 12 - Sleepvraag

Conflict
Doordat de protagonist en de antagonist beiden iets anders willen of doen ontstaat er: conflict

Zonder conflict is een verhaal niet interessant om te lezen of naar te kijken. 

Slide 13 - Tekstslide

Plotvraag
In een plot zit vaak een plotvraag: wat wil het publiek weten?

Dit is de vraag die de lezer/kijker nieuwsgierig moet houden. Als je nieuwgierig bent naar de afloop van een verhaal, blijf je lezen of kijken. 
Zo niet, dan haak je af. 

Slide 14 - Tekstslide

Plotvraag
Niet-specifiek:
  • Komt het goed? 
  • Eindigen ze samen?
  •  Wie is de dader?

Specifiek:
  • Zal Lisa trouwen met Daan?
  • Wordt het voetbalteam kampioen van de regio?
  • Wie heeft de overval op de plaatselijke supermarkt gepleegd?

Slide 15 - Tekstslide

Oefening 2
Kijk het filmpje en bedenk ondertussen:

-> Wie of wat de protagonist is.
-> Wie of wat de antagonist is.
-> Wat het conflict is.
-> Wat de plotvraag is: waar ben je als publiek benieuwd naar?


Slide 16 - Tekstslide

Slide 17 - Video

Wie of wat is de protagonist?

Slide 18 - Woordweb

Wie of wat is de antagonist?

Slide 19 - Woordweb

Wat is het conflict?

Slide 20 - Woordweb

Wat is de plotvraag uit het filmpje van de archeoloog?

Slide 21 - Open vraag

Random sprookje
Als je de beurt krijgt, noem je: 

Een random sprookje 




De protagonist daarbij 
en diens streven


De antagonist 
en diens streven



Het conflict uit 
het sprookje


OF
de plotvraag van 
het sprookje

Slide 22 - Tekstslide

Volgende week: Sprookje anders 2
Jullie gaan volgende week beginnen met een script schrijven aan de hand van een sprookje. MAAR: jullie gaan er minimaal 3 dingen opvallend in veranderen. Jullie maken het sprookje dus anders. 

De scène moet uiteindelijk met je groepsleden gespeeld kunnen worden. Dus zorg voor evenveel personages als groepsleden!
Maak groepjes van 3 of 4 personen en bedenk alvast welk sprookje jullie gaan veranderen. Eén sprookje mag niet: Roodkapje.

Slide 23 - Tekstslide

Terugblik
Volgende week worden deze begrippen aan de hand van een quiz herhaald, sla ze dus nog één keer goed op! 
- Plot
- Protagonist
- Antagonist
- Conflict
- Plotvraag

Slide 24 - Tekstslide