1.4 Steden en staten Egypte

Goeiemiddag!! 
A1E
HOOFDSTUK 1 §4

1 / 37
volgende
Slide 1: Tekstslide
GeschiedenisMiddelbare schoolvwoLeerjaar 1

In deze les zitten 37 slides, met interactieve quiz, tekstslides en 2 videos.

time-iconLesduur is: 50 min

Onderdelen in deze les

Goeiemiddag!! 
A1E
HOOFDSTUK 1 §4

Slide 1 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Slide 2 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Belangrijk:
  •  Als ik praat zijn jullie stil 
  • Heb je een vraag, steek je je vinger op 
  •  Maak geen misbruik van je telefoon 

Slide 3 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Wie zijn jullie? 
Maak een naamkaartje 

Bewaar deze goed voor de volgende les

Slide 4 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Planning van deze les: 
- Herhaling van de vorige les 
- Uitleg Mesopotamië
- Egypte 
-  Filmpje 
- Opdracht 

Slide 5 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Feniks, Geschiedenis Werkplaats, Memo, Saga
Tijd van jagers en verzamelaars
tot  3000 v.Chr

Slide 6 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Dit weet je nu....

Slide 7 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Aantekening ontstaan eerste steden §1.4
  • Klimaat in Noord-Afrika en het nabije Oosten is sinds het einde van de ijstijd droger en warmer geworden.
  •  ligging van de Eufraat en de Tigris

Slide 8 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Slide 9 - Kaart

Deze slide heeft geen instructies

Slide 10 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

 Aantekening Irrigatie §1.4
  •  Door de overstromingen werden er akkers met dijken gebouwd
  • De boeren werkten samen en zorgde dus voor kunstmatige watertoevoer --> irrigatielandbouw 
  •  De succesvolste boer nam de leiding en kreeg steeds meer macht --> nam uiteindelijk de rol van koning op zich. 


Slide 11 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Irrigatielandbouw
  • Om de akkers vochtig te houden, deed men aan irrigatielandbouw
Waarom was die irrigatielandbouw nodig?
Hoe werkte het?

Slide 12 - Tekstslide

Waarom was die irrigatielandbouw nodig?
Hoe werkt het? 

Slide 13 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Slide 14 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Oorzaken voor het ontstaan van de eerste steden
  • Grote opbrengst door irrigatielandbouw.
  • Overschotten --> niet iedereen hoeft meer boer te zijn.
  • er komen andere beroepen --> ambachtslieden.

Welke andere soort beroepen ontstonden er?
Waardoor ontstonden er in Mesopotamië steden?

Slide 15 - Tekstslide

Handelaren, priesters, timmerman, smid, bakker, mensen die stoffen en kleding maakten,  pottenbakker, wever etc. 


Slide 16 - Video

Deze slide heeft geen instructies

Goeiemorgen!! 
G1B 
HOOFDSTUK 1 §4
LES 2

Slide 17 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Planning van deze les: 
- Herhaling Mesopotamië
- Aantekening afmaken
- Egypte
- Bestuur

Slide 18 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Hoe heten de 2 rivieren die door Mesopotamië stroomden?

Slide 19 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Welk begrip hoort hier bij? 

Slide 20 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Overstromingsperiode
  • september-december

  • Tijd van de overstroming van de Nijl

  • Op het land kan niet worden gewerkt

  • Meehelpen aan de bouw van bijvoorbeeld de piramides en de tempels

Slide 21 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Hoe ontstonden er andere beroepen?

Slide 22 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Het oude Egypte
Welke belangrijke rivier heeft Egypte?
De Griekse geschiedschrijver Herodotus noemde Egypte een geschenk van de Nijl. Wat bedoelde hij hiermee?

Slide 23 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Aantekening: De Nijl

Nijl: Van zuid Egypte naar middelandse zee

Zomer: Overstroming -> vruchtbaar slib -> veel oogst


Slide 24 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Slide 25 - Video

Deze slide heeft geen instructies

Beneden-Egypte
Dit gebied ligt laag. Een andere naam voor Boven-Egypte is Neder-Egypte.
Boven-Egypte
Dit gebied ligt hoog. Een andere naam voor Beneden-Egypte is Opper-Egypte.

Slide 26 - Sleepvraag

Deze slide heeft geen instructies

Aantekening §1.4
Egypte als staat
  • Rond 3100 v.Chr. zijn er nog twee grote gebieden over: 
  • Beneden-Egypte (noorden)
  • Boven-Egypte (zuiden)
  • Samenvoeging onder koning Menes (= farao)

  • Staat = Begrensd gebied dat onder één bestuur valt. 

  • Egypte werd bestuurd door de farao en zijn ambtenaren! = bestuursapparaat


De farao had nu de leiding in heel Egypte, maar bestuurde hij het land in zijn eentje?

Slide 27 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Aantekening §1.4
Egypte als staat
  • De Farao kreeg hulp van zijn ambtenaren --> belangrijkste de vizier.  
  •  Ambtenaren haalden belasting op 
  •  De farao betaalde hiermee het loon van de ambtenaren
  • Voerde oorlog 
  •  Bouwden tempels en paleizen 
Taken vizier:
Toezicht op het naleven van de wetten
Leiding aan het irrigatiesysteem

Slide 28 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Systeem van de farao 

Slide 29 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Slide 30 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Slide 31 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Slide 32 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Bestuur
  • De farao is koning, legeraanvoerder én god

  • Meeste taken worden uitgevoerd door:
  1. ambtenaren: bestuur
  2. priesters: godsdienst
  3. officieren: leger

  • Omdat het een groot land is, zijn er geschreven wetten
Een staat kan het best bestuurd worden door regels, afspraken, wetten en berekeningen te maken. Hoe kan je dit bijhouden?

Slide 33 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Bestuur
  • Om belangrijke afspraken, wetten en regels niet te vergeten bedacht men het schrift. 
  • Hiërogliefenschrift
  •  --> een goed georganiseerde staat! 

Slide 34 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Hiërogliefen
  • Egyptische schrift, dat bestaat uit pictogrammen

  • De naam hiërogliefen is Grieks en betekent: 'heilige groeven'. 

  • Hiërogliefen werden gebeiteld in rots of geschreven op papyrus
Met de Steen van Rosetta kon uiteindelijk, na lang puzzelen, het hiërogliefenschrift worden ontcijferd.

Slide 35 - Tekstslide

Er staat driemaal dezelfde tekst op de steen:

in het Egyptisch door middel van Egyptische hiërogliefen
in het Egyptisch door middel van demotisch schrift
en in het Griekse alfabet.
Ten tijde van de ontdekking van de steen konden de Europeanen het Oud-Grieks wel al ontcijferen, maar het Egyptisch niet. Door de Griekse tekst naast de Egyptische tekst te leggen kon het hiërogliefenschrift worden ontcijferd, maar makkelijk was dat alsnog niet: pas in 1822 lukte het Jean-François Champollion de steen te ontcijferen. Op de steen staat een bericht van de priesters van Memphis die farao Ptolemaeus V Epiphanes bedanken. De steen is voor Egyptische begrippen niet heel oud, hij stamt uit 196 voor Christus. Later zijn nog twee van dit soort stenen ontdekt waardoor de betekenis van de hiërogliefen nu echt duidelijk is.

Op dit moment staat hij in het British Museum.
OPDRACHT
- Werkboek bladzijde 21
- Opdracht 1,2,4,6
- In tweetallen 
- Fluisterend 

Slide 36 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Aan de slag:
Lees de tekst van paragraaf 1.4 goed door.
maken uit het werkboek: (vanaf blz. 21) opdr. 1, 2, 3


Slide 37 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies