Cursus Lezen

• Nederlands
• Middelbare school
• vmbo k
• Leerjaar 2

Cursus Lezen

Doel: herhalen lesstof 

Bij het vinden van de betekenis van een moeilijk woord kijk je naar:

1. je buurman
2. de docent
3. gedeelte van het woord
4. de titel

Welk signaalwoord geeft een tegenstelling aan

1. Daarom
2. Maar
3. Want
4. Vervolgens

noem zoveel mogelijk signaalwoorden bij tekstverband opsomming

noem zoveel mogelijk signaalwoorden bij tekstverband Tijd

Waar staat een kernzin in de alinea?

1. In het midden
2. Aan het einde
3. Midden en begin
4. Begin of einde van de alinea

Kernzin is de belangrijkste zin van een alinea

1. Niet waar
2. Waar

In een kernzin staat geen voorbeelden en uitleg

1. waar
2. niet waar

Wat is een deelonderwerp?

1. het onderwerp van de tekst
2. gedeelte van het onderwerp
3. voorbeeld
4. belangrijkste zin

Aan een signaalwoord kun je zien met welk tekstverband je te maken hebt

1. Niet waar
2. Waar

Bij het tekstverband opsomming worden dingen achter elkaar opgesomd

1. waar
2. niet waar

Mijn moeder koopt elke zaterdag vers fruit, brood en lekkers voor het weekend.

1. Waar
2. Niet waar

Wat kun je zien bij teksverband tijdsvolgorde ?

1. Het verleden
2. De toekomst
3. volgorde van tijd
4. niks

Haar vader staat elke zondag vroeg op om te hardlopen, in de middag luiert en in de avond werkt hij.

1. waar
2. niet waar