§2.2 Rivieren van ijs (1)

§2.2 Rivieren van ijs (1)
1 / 11
volgende
Slide 1: Tekstslide
AardrijkskundeMiddelbare schoolhavo, vwoLeerjaar 2

In deze les zitten 11 slides, met interactieve quizzen, tekstslides en 2 videos.

Onderdelen in deze les

§2.2 Rivieren van ijs (1)

Slide 1 - Tekstslide

Wat is géén voorbeeld van exogene kracht?
A
Vorstverwering.
B
Erosie.
C
Chemische verwering.
D
Aardbeving.

Slide 2 - Quizvraag

Hoe noem je het neerleggen van verweringsmateriaal?
A
Erosie.
B
Sedimentatie.
C
Depositie.
D
Gesteentekringloop.

Slide 3 - Quizvraag

B118 IJstijden
In een koude periode daalde de gemiddelde temperatuur met zo'n 5oC. en viel er in de winter meer sneeuw dan dat er in de zomer wegsmolt. Door de weerkaatsing van het zonlicht door het sneeuwdek voor een sterkere daling van de temperatuur ---> sneeuwdek groeide ---> gletsjers breidden zich uit over groter oppervlak. Zo'n periode noemen we een ijstijd (of glaciaal).
Een periode tussen de ijstijden noemen we een interglaciaal. We leven nu in zo'n interglaciaal.

Slide 4 - Tekstslide

Antwoord vraag 1
1a: De aanwezigheid van sneeuw (wit) zorgt ervoor dat er veel zonlicht wordt weerkaatst.
1b: het noordelijke deel van Nederland. Het ijs kwam
      ongeveer tot de lijn Haarlem-Utrecht-Nijmegen.
1c: interglaciaal

Slide 5 - Tekstslide

Antwoord vraag 2
2a: tijdens het Saalien/Riss
2b: In de laatste ijstijd lag de kustlijn westelijker dan nu.
2c: Nederland was toen een poolwoestijn.


Slide 6 - Tekstslide

Slide 7 - Video

Antwoord vraag 3
3a: in (het zuiden van) Zwitserland
3b: Ja, de morenen lagen vroeger hoger op de hellingen.
3c: Door het afsmelten van het ijs komen er resten van
      vroeger aan de oppervlakte te liggen. (Denk bijvoorbeeld
      aan de vondst van de ijsmummie Ötzi,  

Slide 8 - Tekstslide

Slide 9 - Video

Antwoord vraag 4
1 gletsjerpoort      4 zijmorene              5 gletsjer

2 eindmorene       3 gletsjerrivier

Slide 10 - Tekstslide

Huiswerk
Voor de volgende keer maak je §2.2 vragen 5 t/m 8.

Slide 11 - Tekstslide