Werkwoordspelling - Brugklas g, bij 3.5

• Nederlands
• Middelbare school
• vwo
• Leerjaar 1

Werkwoordspelling - Brugklas g

In deze les leer je

de persoonsvorm in de verleden tijd te spellen;

met ’t ex-kofschip te spellen.

Ook worden een aantal belangrijke 'weetjes' over werkwoordspelling herhaald.

Wat is de eerste 'vraag' die je stelt
bij werkwoordspelling?

Werkwoordspelling

Wat zijn zwakke werkwoorden?

1. Watjes
2. Ze hebben de kracht om te veranderen
3. Klankvaste werkwoorden
4. Je spelt ze zoals ze klinken

Welke van deze werkwoorden zijn zwakke werkwoorden?

1. fietsen
2. lopen
3. bijten
4. ruziën

Wat betekent 'infinitief'?
Antwoord met drie woorden.

Bij sommige werkwoorden wordt in de verleden tijd de -d verdubbeld.
Bij welke?

1. worden
2. beantwoorden
3. landen
4. vinden

Een vraagje tussendoor:
Ik 'gebruik' 't ex-kofschip wel eens.
(of een variant)

JA

NEE

Welke letters moet je eigenlijk op letten, bij 't ex-kofschip'?

Bij welke werkwoordsvorm(en) kun je 't ex-kofschip' gebruiken?

1. de verleden tijd van zwakke werkwoorden
2. het infinitief
3. de persoonsvorm
4. het bijvoeglijk naamwoord

Wat kun je óók doen om uit te zoeken of je een -t of een -d moet schrijven?

1. een gokje wagen
2. het woord korter maken
3. het woord langer maken

De overige letters?

De medeklinkers die níet in 't ex-kofschip zitten, 

krijgen een -d.

Ik heb er een werkelijk schitterende tekening van gemaakt. 

't ex-kofschip

de bromvliegzwaan

Je schrijft ‘wachtten’ want de t zit in ’t ex kofschip.

1. JA
2. NEE

Je schrijft ‘leeften’ want de f zit in ’t ex kofschip.

1. JA
2. NEE

Vul in deze zin de persoonsvorm in.
Noteer de pv in de verleden tijd.

Hij (antwoorden) gisteren snel op de vraag.

Vul in deze zin de persoonsvorm in.
Noteer de pv in de verleden tijd.

Wij (luisteren) net aandachtig naar de leraar.

Vul in deze zin de persoonsvorm in.
Noteer de pv in de verleden tijd.

Hij (vrezen) voor haar leven.

Vul in deze zin het voltooid deelwoord in.

Wij zijn vorig jaar naar een nieuw huis (verhuizen)

Vul in deze zin het voltooid deelwoord in.

Hij heeft de hele dag hard (werken).