Ma 3 okt Homoniemen en Homofonen

- Uitleg homoniem / homofoon
- mk opdr 3,4,6 en 8  (nakijken)

1 / 21
volgende
Slide 1: Tekstslide
NederlandsMiddelbare schoolvmbo tLeerjaar 4

In deze les zitten 21 slides, met interactieve quizzen, tekstslides en 1 video.

time-iconLesduur is: 30 min

Onderdelen in deze les

- Uitleg homoniem / homofoon
- mk opdr 3,4,6 en 8  (nakijken)

Slide 1 - Tekstslide

Homoniem, homofoon en synoniem 
Wat betekenen ze? Waarom moet je het weten?

Slide 2 - Tekstslide

Lesdoelen
Je weet wat homoniemen, homofonen, synoniemen en tegenovergestelden zijn.

Je kunt zelf voorbeelden van homoniemen, homofonen, synoniemen en tegenovergestelden bedenken.

Slide 3 - Tekstslide

Slide 4 - Video

timer
0:30
homoniem
homofoon
De woorden klinken hetzelfde, maar je schrijft ze anders.
De woorden zijn hetzelfde, maar betekenen iets anders.

Slide 5 - Sleepvraag

Synoniem
Homoniem
Homofoon
Rauw / Rouw
Knop (boom) /
Knop (toetsenbord)
doelman / keeper
wei / wij
Bok (turnen) / Bok (mannetjesgeit)

Slide 6 - Sleepvraag

Sleep het juiste woord naar de juiste betekenis
Antoniem
Homoniem
Synoniem
Homofoon
Een woord wat ongeveer hetzelfde betekent
Een woord met meerdere betekenissen
Een woord wat hetzelfde klinkt, maar een andere betekenis heeft
Een woord wat het tegengestelde betekent

Slide 7 - Sleepvraag

Als het goed is, ken je nu het verschil tussen een homoniem en homofoon.

Even testen:

Ik zat op de bank tv te kijken, toen ik zag dat er een bank werd overvallen. Bank is een
A
homoniem
B
homofoon

Slide 8 - Quizvraag

Wat maak jij een hard geluid, dat is niet goed voor mijn hart.
A
homoniem
B
homofoon

Slide 9 - Quizvraag

Als het goed is, ken je nu het verschil tussen een homoniem en homofoon.

Even testen:

Wij staarden naar de koe in de wei. Wij en wei is een
A
homoniem
B
homofoon

Slide 10 - Quizvraag

Als het goed is, ken je nu het verschil tussen een homoniem en homofoon.

Even testen:

In het slot van de film kwamen de prins en prinses weer samen in hun slot.
A
homoniem
B
homofoon

Slide 11 - Quizvraag

Eén woord met meerdere betekenissen is een ...
timer
0:30
A
synoniem
B
homoniem
C
homofoon

Slide 12 - Quizvraag

Ik las in de boeken dat we geen reisje meer konden boeken.
A
homoniem
B
homofoon

Slide 13 - Quizvraag

Klieren =
- Vervelend zijn
- onderdeel van het menselijk lichaam
A
homoniem
B
homofoon

Slide 14 - Quizvraag

"licht-ligt" is een ....
A
Homofoon
B
Homoniem

Slide 15 - Quizvraag

"schop" is een ....
A
Homofoon
B
Homoniem

Slide 16 - Quizvraag

rat - rad
A
homofoon
B
homoniem
C

Slide 17 - Quizvraag

Eén woord met meerdere betekenissen is een..
A
synoniem
B
homoniem
C
homofoon

Slide 18 - Quizvraag

Homofoon of homoniem?
kussen
A
homofoon
B
homoniem

Slide 19 - Quizvraag

Op welk taalfenomeen is deze grap gebaseerd?
A
homofoon
B
homoniem

Slide 20 - Quizvraag

Huiswerk voor di 4 okt
Maken opdr. 13 t/m 17

Je weet wat homoniemen, homofonen en synoniemen zijn.
bladzijde 178/179

Slide 21 - Tekstslide