2. Schrijf boven de ene kolom Athene en boven de andere Sparta
3. Zet de goede sociale groepen en kenmerken bij de goede stadstaat
Let op! Zet de sociale groepen van belangrijk naar onbelangrijk.
Slide 2 - Tekstslide
Plaats in de goede kolom
Vreemdelingen (metoiken) Vrouwen
Overwonnenen (heloten) Sterk leger
Omwonenden (perioiken) Vrije, volwassen mannen
Slaven Spartanen (homoioi)
Slide 3 - Tekstslide
Kenmerken Atheense samenleving
Vrije volwassen mannen die in Athene geboren zijn (burgers)
Migranten (of kinderen van migranten)
Vrouwen
Slaven
Hadden invloed (1 meer dan de ander, ligt aan bezit etc.)
Mogen geen grond bezitten/ geen invloed op bestuur / meestal in handel en nijverheid
Mogen geen grond of huis bezitten / zorgen voor kinderen en huishouden
Geen rechten / wel van groot belang >> deden groot deel van het werk
Slide 4 - Tekstslide
Kenmerken Spartaanse samenleving
Spartanen (Mannen en vrouwen)
Overwonnenen &
Omwonenden
Mannen: militaire zaken (vanaf 7 jr. opgeleid)
Vrouwen: geschoold in muziek en poëzie.
Overwonnenen = nakomelingen van de mensen die in het gebied woonden vóór de Spartanen kwamen >> zij onderwierpen dit gebied.
>> onderworpen boeren = soort slaven die voedsel produceren.
Omwonenden = bewoners van onderworpen stadstaten die verder van Sparta aflagen >> leefden van nijverheid en handel
>> eigen bestuur, maar Sparta heeft macht >> betalen belasting + leveren soldaten
Slide 5 - Tekstslide
Slide 6 - Tekstslide
Lesdoel
Aan het eind van deze les kun je:
Uitleggen hoe onderdanen werden bestuurd in een monarchie en een aristocratie.
Uitleggen welke kenmerken er bij het bestuur van een tiran horen en waarom de ene tiran als goed werd gezien, terwijl de andere tiran als slecht werd gezien.
Slide 7 - Tekstslide
Bestuurders en onderdanen
De Griekse stadstaten waren onafhankelijk, de Grieken bestuurden en beslisten over zichzelf
De meeste stadstaten waren tot de 8e eeuw v.chr (-800/-700) eenmonarchie:een staat met een vorst (koning) met erfopvolging. De koningen regeerden alleen (de meeste onderdanen vonden dit prima).
Slide 8 - Tekstslide
Bestuurders en onderdanen
Groot grondbezitters (rijke onderdanen) met aanzien namen de macht over in de 8e eeuw v.Chr. Er was verzet tegen de heerschappij -> macht (gezag)
Dit waren edelen die het niet eens waren met de monarchie. Aristocratie: een regering met een groep aanzienlijke mensen.
Slide 9 - Tekstslide
Goede en slechte tirannen
Soms slaagde één van de edelen er in door middel van geweld alle macht naar zich toe te trekken.
Zo iemand, die alleen het gebied bestuurt en vaak door geweld aan de macht gekomen is noemen we een tiran (tirannie). Zowel goede als slechte.
VB:
Pisistratus: greep met soldaten de macht
Nijverheid bevorderen en mooie gebouwen, rechtspraak: rechters aanstellen die beslissen over de toepassing van wetten
Steunde kleine boeren
Slide 10 - Tekstslide
Pisistratus
Door de onrust die er al was door de wetgeving van Draco en daarna die van Solon, kwam Pisistratus.
Hij was voor een hele lange tijd een alleenheerser oftewel een Tiran. Hij maakte een einde aan de politieke ruzies tussen adellijke families.