Trede 2 - week 1 - les 1

Trede 2 - Da's pas helder
Leerdoelen

  • Je interpreteert informatie en meningen.
  • Je haalt informatie uit de tekst.
  • Je kan de betekenis van een onbekend woord raden
  • Je kent de betekenis van alle woorden uit de oefeningen. 
  • Je verwoordt de bedoeling van specifieke formuleringen in de tekst.
1 / 10
volgende
Slide 1: Tekstslide
NederlandsMiddelbare schoolvmbo kLeerjaar 1

In deze les zitten 10 slides, met interactieve quiz en tekstslides.

time-iconLesduur is: 30 min

Onderdelen in deze les

Trede 2 - Da's pas helder
Leerdoelen

  • Je interpreteert informatie en meningen.
  • Je haalt informatie uit de tekst.
  • Je kan de betekenis van een onbekend woord raden
  • Je kent de betekenis van alle woorden uit de oefeningen. 
  • Je verwoordt de bedoeling van specifieke formuleringen in de tekst.

Slide 1 - Tekstslide

Betekenis van moeilijke woorden
In elke tekst kom je ze wel tegen: moeilijke woorden. Wat doe je dan? Lees de context.
  • zoek een synoniem
  • zoek een omschrijving
  • zoek een voorbeeld
  • zoek een tegenstelling

Slide 2 - Tekstslide

Synoniem
Het gesprek tussen de twee personen duurde langer dan verwacht. Maar de dialoog leverde wel duidelijkheid op.

Wat betekent 'dialoog'? 

Slide 3 - Tekstslide

Omschrijving
De onderzoekers vonden hun uitvinding geniaal. Het was werkelijk briljant en fantastisch wat ze hadden ontdekt. 

Wat betekent 'geniaal'?

Slide 4 - Tekstslide

Voorbeeld
Scharniergewrichten, zoals je knieën of ellebogen, kunnen net als een scharnier in een deur maar één kant op buigen. 

Wat betekent 'scharniergewrichten'?

Slide 5 - Tekstslide

Tegengestelde
Dit product is kunstmatig, dus niet natuurlijk gemaakt. 

Wat betekent 'kunstmatig'?

Slide 6 - Tekstslide

amicaal
bezoek
bonje
domineren
oprecht
eerlijk
vriendschappelijk
visite
ruzie
overheersen

Slide 7 - Sleepvraag

Tekst lezen en begrijpen
  • onderwerp
  • informatie en de meningen begrijpen

Je kunt jezelf daarvoor vragen stellen over de tekst.

Wat BEDOELT de schrijver?

Slide 8 - Tekstslide

Informatie uit een tekst halen
1. Lees eerst de tekst oriënterend door.  (de titel, de eerste alinea, de tussenkopjes, grafieken, tabellen en opvallende woorden en de afbeelding bij de tekst en de naam van de schrijver)

2. Lees daarna de vraag goed door. (Wat wil je precies weten? Naar welke informatie ben je precies op zoek?)

3. Lees ten slotte de tekst zoekend door naar de informatie die je nodig hebt. (De titel, misschien vind je daar al een antwoord. Daarna lees je de tussenkopjes of opvallende woorden. Je leest alleen die alinea’s waar jij denkt dat geschikte informatie staat.)


Slide 9 - Tekstslide

Aan de slag!
Je kunt nu aan het werk op de learning portal.
Je kunt het beste beginnen met:

Trede 2 > Informatie

Noteer alles in je map!

Slide 10 - Tekstslide