Les 3 over de schijf van vijf

De schijf van 5
1 / 11
volgende
Slide 1: Tekstslide
BiologieBasisschoolGroep 5

In deze les zitten 11 slides, met interactieve quiz, tekstslides en 1 video.

time-iconLesduur is: 30 min

Onderdelen in deze les

De schijf van 5

Slide 1 - Tekstslide

Waar gaan we het allemaal over hebben?
  • Wat weet je al over de schijf van 5?
  • Filmpje
  • De schijf van 5
  • Brood, granen aardappelen
  • Drinken zonder suiker
  • Vetten en olie
  • Groente en fruit
  • Zuivel, vis of eieren 
  • Werkblad

Slide 2 - Tekstslide

Wat weet je al over de schijf van 5?

Slide 3 - Woordweb

Slide 4 - Video

De schijf van 5
5 vakken met gevarieerd eten:
  1. Brood, granen of aardappels
  2. Drinken zonder suiker
  3. Vetten en olie'
  4. Zuivel, vis of eieren
  5. Groente of fruit

  • Elk vak bevat iets wat we dagelijks nodig hebben
  • Kleinere vakken en grotere vakken

  • Tips:
  • Eet gevarieerd
  • Niet te veel van 1 vak
  • Af en toe sporten 

Slide 5 - Tekstslide

Drinken zonder suiker
  • Dranken: We hebben één tot anderhalve liter vocht per dag nodig.
  • Alle dranken tellen mee. Goede keuzes zijn thee zonder suiker, melk en water.

Slide 6 - Tekstslide

Vak: brood, granen en aardappels
  • Vezels
  • Vitamines
  • Eiwitten

  • Eet vooral donkere producten
  • Volkorenbrood is beter als witbrood 
  • Volkoren macaroni is beter als gewone macaroni

  • Brood, graanproducten en aardappelen
  • Gemiddeld heeft een kind uit groep 5 per dag drie tot vijf sneetjes brood nodig 
  • Drie tot vijf opscheplepels aardappels, volkorenpasta of zilvervliesrijst.

Slide 7 - Tekstslide

Vetten en olie 
  • Smeer- en bereidingsvetten: Je hebt elke dag wat vet nodig. Bijvoorbeeld een eetlepel olie bij het koken en een flinke mespunt halvarine of margarine op je boterham.

  • Teveel olie en vet is niet gezond
  • Kans op hartziekten

Slide 8 - Tekstslide

Groente en fruit
  • Groente en fruit: We hebben per dag twee stuks fruit en drie of vier opscheplepels groente nodig. 

  • Gezond
  • Minder snel kans op ziekten
  • Varieer veel
  • Lekker




Slide 9 - Tekstslide

Zuivel, vis of eieren
  • Zuivel, noten, vis, peulvruchten, vlees en ei: Per dag heb je een plakje kaas en een klein stukje vlees, vis of een ei of wat peulvruchten nodig. Ook heb je drie bekers melk of een melkproduct, zoals yoghurt nodig.

  • Kies voor het product waar het minste vet in zit
  • Kies voor halfvolle melk of magere melk
  • Maar: kies bij vis voor de vette vis
Goede stofjes die jou beschermen tegen ziekten

Slide 10 - Tekstslide

Werkblad
  • Vul je werkblad in
  • Kleur in elk vak iets wat je wel eens eet
  • Je mag producten erbij tekenen.

Slide 11 - Tekstslide