Basis programmeren
1 / 14
Lesduur is: 30 minOnderdelen in deze les
Slide 1 - Tekstslide
lessonup.app
voor de 6 cijferige code in, daarna je naam
Slide 2 - Tekstslide
Deze slide heeft geen instructies
Slide 3 - Tekstslide
Deze slide heeft geen instructies
Slide 4 - Tekstslide
Deze slide heeft geen instructies
Robots kunnen zelf nadenken
A
B
Slide 5 - Quizvraag
Praten met de klas over robots. Kunnen ze nadenken? Nee, dat doen programmeurs. Robots doen precies wat ze gezegd wordt. Je moet je daarom inleven in de robot en alles precies en op de goede volgorde zeggen.
Hebben computers een eigen taal?
A
Ja
B
Nee
Slide 6 - Quizvraag
Deze slide heeft geen instructies
Waar kan je programmeren mee vergelijken?
A
Een televisie
B
Een auto
C
Een bakker
D
Een recept
Slide 7 - Quizvraag
Deze slide heeft geen instructies
In welk apparaat zit geen computer?
A
Auto
B
Tijdschrift
C
Televisie
D
Koffiezet apparaat
Slide 8 - Quizvraag
Deze slide heeft geen instructies
Wat voor taal gebruik je om je computer te vertellen wat hij moet doen?
A
Engels
B
Gebarentaal
C
Programmeertaal
D
Cijfertaal
Slide 9 - Quizvraag
Deze slide heeft geen instructies
Wat betekent een bug?
A
Een linkje van een website
B
Een fout in de programmeer code
C
Een nieuwe versie van een programma
D
Is een programmeer taal
Slide 10 - Quizvraag
Deze slide heeft geen instructies
Juist of onjuist:
Is debuggen een fout oplossen in een programmeer code?
Is debuggen een fout oplossen in een programmeer code?
A
Juist
B
Onjuist
Slide 11 - Quizvraag
Deze slide heeft geen instructies
Slide 12 - Tekstslide
Deze slide heeft geen instructies
Slide 13 - Tekstslide
Zorg dat Ko bij de noot komt.
Slide 14 - Tekstslide
Deze slide heeft geen instructies
