Disco les 25 nieuwe druk (Sabijnse maagdenroof)

Romulus, ut audivit, legatos misit.
A
Zodra Romulus dit hoorde, stuurde hij de gezanten.
B
Zodra Romulus dit gehoord heeft, stuurde hij gezanten.
C
Zodra Romulus dit gehoord had , stuurde hij gezanten.
1 / 23
volgende
Slide 1: Quizvraag
LatijnMiddelbare schoolvwoLeerjaar 2

In deze les zitten 23 slides, met interactieve quizzen en tekstslides.

Onderdelen in deze les

Romulus, ut audivit, legatos misit.
A
Zodra Romulus dit hoorde, stuurde hij de gezanten.
B
Zodra Romulus dit gehoord heeft, stuurde hij gezanten.
C
Zodra Romulus dit gehoord had , stuurde hij gezanten.

Slide 1 - Quizvraag

Slide 2 - Tekstslide

Amor pecuniae
(pecunia = geld)
Wat voor genitivus is pecuniae?
A
gen . obj.
B
gen. part.
C
gen. poss.

Slide 3 - Quizvraag

Hoe vertaal je
'amor pecuniae'?

Slide 4 - Open vraag

Slide 5 - Tekstslide

Pecunia mihi non est.
Wat voor nvl. is 'mihi'?
A
dativus , want mw.
B
dativus possessivus.
C
dativus na bep. ww

Slide 6 - Quizvraag

Hoe vertaal je:
'Mihi pecunia non est'?

Slide 7 - Open vraag

Slide 8 - Tekstslide

multum vini
In welke naamval staat 'vini'?
A
gen. objectivus
B
gen. partitivus
C
gen. possessivus

Slide 9 - Quizvraag

Hoe vertaal je
'multum vini'?

Slide 10 - Open vraag

Hoe heten de vrouw met blauw kleed in het midden en de man met rood kleed rechts??
A
Juno en Mercurius
B
Dido en Aeneas
C
Helena en Jupiter
D
Venus en Paris

Slide 11 - Quizvraag

Slide 12 - Tekstslide

Welk woord congrueert met
'pastori'
A
ignoti
B
meis
C
territo
D
anxium

Slide 13 - Quizvraag

bellum
terra
pellere
flumen
interficere
armatus
potestate
montibus
ripas

Slide 14 - Sleepvraag

itaque
post
quomodo
quondam
nondum
tamen
toch
ooit
nog niet
na + acc
hoe
dus

Slide 15 - Sleepvraag

Slide 16 - Tekstslide

Wie is degene die met zijn vinger wijst?
A
Remus
B
Romulus

Slide 17 - Quizvraag

Slide 18 - Tekstslide

Welke Latijnse zin is NIET van toepassing op de afbeelding van de Sabijnse roof
A
Iuvenes Sabini puellas rapiunt.
B
Iuvenes Sabinas virgines rapiunt.
C
Puellas Romani iuvenes rapiunt.
D
Virgines Sabinas Romani rapiunt.

Slide 19 - Quizvraag

Slide 20 - Tekstslide

Hoe heten de man die gedragen wordt en het jongetje onderaan?
A
Aeneas en Ascanius
B
Anchises en Aeneas
C
Anchises en Ascanius
D
Sychaeus en Ascanius

Slide 21 - Quizvraag

Slide 22 - Tekstslide

Hoe heet de man met de kroon op ook al weer?
A
Amulius
B
Solon
C
Herodotus
D
Kroisos

Slide 23 - Quizvraag