Voor muziek toon je het volgende aan:
1. Je ontwikkelt het zingen van een passend en gevarieerd liedrepertoire (het liedrepertoire om-vat materiaal voor verschillende basisschoolgroepen) en weet je keuzes hiervoor te onder-bouwen. Ook zijn er anderstalige (’niet westerse’) liedjes opgenomen.
2. Je demonstreert het leerproces en het spelen van een begeleidingsinstrument ten behoeve van het zingen en spelen in de basisschool. Je toont aan dat je schoolinstrumenten kunt bespelen.
3. Je beheerst het lezen van muziek (traditionele notatie) ten behoeve van het zingen, spelen.
4. Je benoemt vanuit (bij voorkeur) uit de onderwijspraktijk welke muzikale vaardigheden er om verdere ontwikkeling vragen.