Theorie: Practicum onderwijs
1. Ondersteuning van theorie d.m.v. verificatie of ‘ontdekkingsproeven’.
2. Het leren onderzoeken met behulp van experimenten (het komen tot een vraagstelling, variabelen vertalen in meetbare grootheden, hypothesen stellen en toetsen, conclusies trekken, experiment relateren aan theorie etc.)
3. Het leren gebruiken van een aantal meetinstrumenten en practicum-technieken (meten van temperatuur, pH, stroomsterkte, titreren, gebruiken van een microscoop etc.)
4. Motiveren van leerlingen.
5. Betekenis laten zien van ‘experimentele’ wetenschap. (van den Berg & Buning, 1994, p. 245)