§2.1 De late industrialisatie van Nederland

Daens
1992

Industriële Revolutie en
Sociale kwestie in België

1 / 26
volgende
Slide 1: Tekstslide
GeschiedenisMiddelbare schoolmavoLeerjaar 3

In deze les zitten 26 slides, met interactieve quizzen, tekstslides en 2 videos.

Onderdelen in deze les

Daens
1992

Industriële Revolutie en
Sociale kwestie in België

Slide 1 - Tekstslide

https://vimeo.com/412496549

vts_04_2.VOB
7:55

Slide 2 - Tekstslide

Welkom in de geschiedenisles!

Slide 3 - Tekstslide

Wat gaan we doen vandaag?
-Planning voor de periode
-Lesdoelen
-Herhaling
-Industriële revolutie
-Opdrachten
-Afsluiting  

Slide 4 - Tekstslide

Planning
  • Hoofdstuk 2 + 3

  • Overlap in hoofdstukken

  • 5 weken (erg korte periode)

Slide 5 - Tekstslide

Lesdoelen
Aan het eind van deze les kun je: 

  • Hoe kwam het dat Nederland later industrialiseerde dan België?
  •  Hoe belangrijk waren de infrastructuur en techniek bij de industrialisatie?
  • Wat veranderde er door de industrialisatie aan de arbeidsomstandigheden?



Slide 6 - Tekstslide

Slide 7 - Video

Wie wordt koning van het Verenigd Koninkrijk der Nederlanden
A
Frederik Willem III
B
George III
C
Napoleon
D
Willem I

Slide 8 - Quizvraag

Een modern land
  • 1815: Nederland wordt een koninkrijk o.l.v. Koning Willem I: het Verenigd Koninkrijk der Nederlanden
  • - bestaat uit: Nederland, België en Luxemburg

Slide 9 - Tekstslide

Een modern land
  • Industrie in België sinds 1799

  • Door steenkool rijk

  • Willem 1 wil België "vernederlandsen"
  • Vernederlandsen = Het verspreiden van de Nederlandse taal en cultuur in België

Slide 10 - Tekstslide

Nederland

Handel
Ouderwets
Protestants
Nederlands
België

Industrie
Modern
Katholiek
Frans

Slide 11 - Tekstslide

Slide 12 - Video

België onafhankelijk
  • 1830: België roept onafhankelijkheid uit

  • Nederlands leger wint veel

  • Willem 1 word gedwongen zijn leger terug te trekken
  • 1839 België onafhankelijk

Slide 13 - Tekstslide

Waarom waren de Belgen on tevreden met koning Willem I
(geef 3 redenen)

Slide 14 - Open vraag

Vervoer en techniek
  • Voor industrialisatie  heb je infrastructuur nodig
  • Infrastructuur = verbindingen binnen een gebied

  • ==> voor vervoer van grondstoffen en eindproducten


  • 1839: eerste trein tussen Amsterdam en Haarlem

==> vanaf 1860 komt industrialisatie van Nederland op gang

Slide 15 - Tekstslide

Het leven verandert
  • Voor de industrialisatie

  • Ambachtelijk = Handwerk

  • Zelf indelen van tijd

Slide 16 - Tekstslide

Het leven verandert
  • In de fabriek
  • Zo veel mogelijk winst
  • Ongezond en gevaarlijk
  •  Weinig kansen vanwege groot aanbod
  • Te lange dagen (16 uur voor zes dagen!)

Slide 17 - Tekstslide

Wat vind jij de Grootste verandering?

Slide 18 - Open vraag

Mensen in de problemen
  • Buiten werk ook problemen

  • Donkere huizen
  • Grote gezinnen in een kamer
  • Geen wc
  • Slecht te eten

Slide 19 - Tekstslide

Slide 20 - Tekstslide

Hulp?
  • Familie
  • Kerk
  • Liefdadigheid


  • Geen wetten 

Slide 21 - Tekstslide

Hulp
1873 wereldwijde crisis
1874:
  • Kinderwetje van Van Houten
1901:
  • Leerplichtwet
  • Ongevallenwet
  • Woningwet

Slide 22 - Tekstslide

Hulp?
Naast wetten ook het volgende
  • Gemeentes werken aan riolering
  • Vakbonden worden opgericht

Slide 23 - Tekstslide

Vakbonden
Vereniging van arbeiders

Samen sta je sterk

Betaalden tijdelijk loon voor stakende mensen

Slide 24 - Tekstslide

Afsluiting

  • Hoe kwam het dat Nederland later industrialiseerde dan België?
  •  Hoe belangrijk waren de infrastructuur en techniek bij de industrialisatie?
  • Wat veranderde er door de industrialisatie aan de arbeidsomstandigheden?

Slide 25 - Tekstslide

Slide 26 - Tekstslide