Karel ende Elegast

KAREL ENDE ELEGAST
1 / 27
volgende
Slide 1: Tekstslide
NederlandsMiddelbare schoolhavo, vwoLeerjaar 4

In deze les zitten 27 slides, met interactieve quizzen, tekstslides en 2 videos.

time-iconLesduur is: 60 min

Onderdelen in deze les

KAREL ENDE ELEGAST

Slide 1 - Tekstslide

Leerdoelen
  1.  Je leert over het wereld- en mensbeeld in de Middeleeuwen
  2. Je kunt dit beeld herkennen in een tekst
  3. Je kunt verbanden leggen tussen literaire tekst en het (historische) wereldbeeld


*Leerdoelen zijn RTTI geformuleerd (in leerlingentaal).

Slide 2 - Tekstslide

Vandaag
1. Kennismaken met de Middeleeuwen
2. Lezen fragmenten uit Karel en de Elegast
3. Opdrachten over de thema's trouw, eer, helden en riddercodes



Slide 3 - Tekstslide

Waar ben jij trouw aan en wat is je eer te na (bespreek dit eerst in duo's)?

Slide 4 - Open vraag

Nu naar de Middeleeuwen. Wanneer waren die en waar liggen de Middeleeuwen tussenin?
Sleep het rode vierkantje naar de juiste plek op de tijdbalk

Slide 5 - Sleepvraag

Welk geloof hadden de inwoners van (het latere) Nederland in de middeleeuwen?
A
Protestantisme
B
rooms-katholicisme
C
Islamitisch
D
Hindoeïsme

Slide 6 - Quizvraag

De uitspraak 'monnikenwerk' stamt uit de Middeleeuwen
A
Juist
B
Onjuist

Slide 7 - Quizvraag

Boeken werden in de middeleeuwen met de hand geschreven.
A
waar
B
niet waar

Slide 8 - Quizvraag

In de middeleeuwen :

  • Er was maar één geloof: Het rooms-katholicisme.
  • God stond in het dagelijks leven centraal (theocentrisme).
  • Het leven hier op aarde was slechts een voorportaal van het eeuwige leven na de dood

Slide 9 - Tekstslide

  • 'Gedenk te sterven' oftwel 
  • 'Alles is de wil van God, dus als je je schikt in je lot, kom je na je dood in de hemel.' 

Slide 10 - Tekstslide

Wie is Karel?

Slide 11 - Tekstslide

Karel en de Elegast
  • verscheen 400 jaar na de dood van Karel de Grote
  • managementboek voor ridders, heldenverhaal 
  • Karel hoorde tot De negen Besten (net als Alexander de Grote en de joodse Koning David)
  • Karel gold als de vorst van recht en vrede, verdediger van de kerk en beschermer van wetenschap en cultuur
  • Mondelinge verhaalcultuur, verteld door minstrelen
  • Verwant aan de Franse Chansons de geste (liederen over heldendaden)





Slide 12 - Tekstslide

Karel en de Elegast


  • Genre: ridderroman
  • Subgenre: Karelroman
  • Karelroman: Karel de Grote is een van de personages
  • Belangrijk thema: trouw
  • Veel gevechtscenes (het duel)
  • Een ridder was dapper, sterk en dienstbaar
  • Vrouwen spelen een ondergeschikte rol

Slide 13 - Tekstslide

Slide 14 - Video

Maatschappij: feodaal stelsel 

Slide 15 - Tekstslide

Aan het werk:
We lezen een fragment uit Karel en de Elegast (zie de volgende slide)

Waar is Karel trouw aan en wat is zijn eer te na?



Slide 16 - Tekstslide

Slide 17 - Link

Lees het fragment over dit duel

Stel in een paar zinnen de riddercode op ten tijde van Karel

Slide 18 - Tekstslide

Leesvraag
Op de volgende slide maken we kennis met de schurk in het verhaal, Eggeric is niet ridderlijk. Waar blijkt dit uit? 


Wat zegt deze passage over de rol van de vrouw in de riddercultuur in de tijd van Karel?

Slide 19 - Tekstslide

Slide 20 - Link

De riddercode veranderde met de latere Arthurromans
Voor de heren: in hoeverre komt deze riddercode overeen met jouw erecode?

Voor de dames: zouden jullie Walewijn een feminist noemen?

Slide 21 - Tekstslide


Noem een zaak die je
interessant lijkt om te gebruiken in je betoog

Slide 22 - Open vraag

Kenmerken middeleeuwen 
500-1500
Theocentrisch: God staat centraal (theos = Grieks = God) 
Koning / keizer 
Riddercultuur 
Agrarisch 
Verstedelijking vanaf de 10de eeuw 

Slide 23 - Tekstslide

Riddercultuur 
- Eer, moed en trouw aan de koning zijn belangrijke deugden 
- Vechten belangrijk om gebied te beschermen 

Hoofsheid: 
Omgangsvormen aan het hof 
Hoofse liefde: 
De man ten dienste van de vrouw 

Slide 24 - Tekstslide

Slide 25 - Video

Opdracht
Meer hoofse liefde in de Trojeroman.

Welke kenmerken van de hoofse liefde kun je onderscheiden?

Slide 26 - Tekstslide

Slide 27 - Link