Diëten

Voedingsleer en diëten 2
1 / 25
volgende
Slide 1: Tekstslide
Verpleging en verzorgingMBOStudiejaar 1

In deze les zitten 25 slides, met interactieve quizzen, tekstslides en 3 videos.

Onderdelen in deze les

Voedingsleer en diëten 2

Slide 1 - Tekstslide

Leerdoelen
  • Je kunt de relatie tussen voeding en gezondheid benoemen.
  • Je weet wat er wordt bedoeld met diëten. 
  • Je kunt de verschillende diëten benoemen.

Slide 2 - Tekstslide

Planning
  • Terugblik
  • Bespreken opdracht Eetmeter 
  • Soorten diëten 
  • Voedingsgewoonte
  • Vragen
  • Werken aan opdracht

Slide 3 - Tekstslide

Wat is de basis van een gezonde voeding ?
A
Veel koolhydraten
B
Variatie
C
Geen vlees eten
D
Veel groente eten

Slide 4 - Quizvraag

Hoeveel calorieën worden per dag geadviseerd voor een gezonde man en een vrouw .
A
Man: 2000 cal Vrouw: 2000 cal
B
Man: 2000 cal Vrouw: 2500 cal
C
Man: 2500 cal Vrouw: 2000 cal
D
Man: 3000 cal Vrouw: 2500 cal

Slide 5 - Quizvraag

Vet bevat geen vitamines
A
Waar
B
Niet waar

Slide 6 - Quizvraag

Dieet
Het woord dieet is afgeleid van het 
Griekse woord diaita:

Het betekent zoiets als: 
"leefregel"

Op voorschrift arts of diëtist

Slide 7 - Tekstslide

Voedingsgewoonte vs. dieet
Een bepaalde manier van eten óf het klaarmaken van eten. Vanwege cultuur, geloofsovertuiging of omdat het gezond is.

Aangepaste voeding in specifieke situaties, zoals bijvoorbeeld
   voeding bij zwangerschap, kinderen of vegetarisch.


 

Slide 8 - Tekstslide

Welke diëten ken jij?

Slide 9 - Woordweb

Soorten diëten
  • Voedings beperkend dieet

  • Voedings verrijkend dieet

Slide 10 - Tekstslide

Soorten diëten
Cholesterol beperkt
Energie beperkt
Energie verrijkt
Eiwit verrijkt
Eiwit beperkt
Voedingsvezel verrijkt
Diabetes mellitus
Natrium beperkt
Gluten vrij 

Slide 11 - Tekstslide

Zoek per dieet een product dat wel geschikt is binnen het dieet en een product dat niet geschikt is binnen het dieet



 1. Cholesterolbeperkt dieet
2. Natriumbeperkt dieet
3. Energieverrijkt dieet
4. Glutenvrij dieet
timer
4:00

Slide 12 - Tekstslide

Waar denk je aan bij een diabeet?

Slide 13 - Woordweb

Slide 14 - Video

Slide 15 - Video

Diabetes 
Wat zijn de symptomen bij een te lage bloedsuikerspiegel of Hypo?
Zweten, beven, misselijkheid, hongergevoel, verstoord zicht, duizeligheid hoofdpijn, snelle hartslag, verwardheid en verlies van bewustzijn.

Wat zijn de symptomen bij een te hoge bloedsuikerspiegel of Hyper?
Vaak dorst, veel plassen, droge mond, jeuk, zwaar ademen, zwakte, sufheid, uitdroging aceton geur en uiteindelijk coma. T

Slide 16 - Tekstslide

Waar zit de meeste suiker in?
A
Een glas sinaasappelsap
B
Een appel
C
Een stukje melkchocolade

Slide 17 - Quizvraag

Zelfstandig werken
*Integrale opdracht wonen (casus ziekenkamer) af
*Maken e-learnings (zie studiewijzer)
*Starten integrale opdracht koken

Slide 18 - Tekstslide

Gluten vrij 
'Coeliakie is een darmziekte. Het betekent dat je niet tegen gluten kan. Ik kan ziek worden, erge buikpijn krijgen of stoppen met groeien als ik gluten eet’,

En nog meer uitdagingen in voeding 

Slide 19 - Tekstslide

Slide 20 - Video

Welk dieet wordt vaak voorgeschreven aan iemand die net een zware operatie heeft gehad?
A
Energiebeperkt
B
Eiwitverrijkt
C
Eiwitbeperkt
D
Voedingsvezelverrijkt

Slide 21 - Quizvraag

EIWIT
Eiwit is een bestanddeel in voeding, dat nodig is voor de opbouw en in-
standhouding van de spieren en bloed en voor herstel bij wonden. Bij ziekte
is eiwit de belangrijkste voedingsstof voor herstel.

Eiwit komt vooral voor in:
• vlees, vis en kip 
• ei 
• kaas, melk en melkproducten 

Slide 22 - Tekstslide

Hoe zorg je voor een gezond dieet volgens de schijf van vijf?
A
Eet elke dag uit elk vak evenveel
B
Eet elke dag uit alle vakken iets, in de juiste verhouding
C
Eet vooral groente en fruit
D
Eet weinig ongezonde dingen

Slide 23 - Quizvraag

VET
Via het vet in onze voeding krijgen we de belangrijke (in vet oplosbare) vitmines A, D, E en K binnen.

Vetten zijn nodig voor het transport van deze vitamines in ons lichaam.

Ons lichaam heeft tenminste 25 gram vet per dag nodig.

Slide 24 - Tekstslide

Wist je dat...

Vitamines heel gevoelig zijn voor licht, water, temperatuur en lucht?

Er veel meer suiker zit in een rijpe banaan dan in een onrijpe banaan?

Paprika de meeste vitamine C bevat van alle groente- en fruitsoorten?




Slide 25 - Tekstslide