6.2 - Verteringsstelsel (II)

Hoofdstuk 6 - Voeding, vertering en gezondheid
1 / 34
volgende
Slide 1: Tekstslide
BiologieMiddelbare schoolhavoLeerjaar 4

In deze les zitten 34 slides, met interactieve quizzen en tekstslides.

time-iconLesduur is: 30 min

Onderdelen in deze les

Hoofdstuk 6 - Voeding, vertering en gezondheid

Slide 1 - Tekstslide

Hoofdstuk 6
6.1 - Gezonde voeding
6.2 - Verteringsstelsel
6.3 - Enzymen
6.4 - Transport door de darm, opname van stoffen
6.5 - Opslag en afbraak in de lever

Slide 2 - Tekstslide

Herhaling 6.1

Slide 3 - Tekstslide

Welke kleur heeft moedermelk na de geboorte, en door welke stof komt dit?

Slide 4 - Open vraag

Wat zorgt voor de kleurverandering van moedermelk?
timer
0:10
A
Toename van hoeveelheid eiwitten
B
Toename van hoeveelheid vetten en melksuikers
C
Toename van hoeveelheid water
D
Toename van hoeveelheid koolhydraten

Slide 5 - Quizvraag

Wat is de reden dat een jonge baby sneller afkoelt dan een ouder kind?

Slide 6 - Open vraag

Pasgeboren kinderen moeten geen bacteriën binnen krijgen, omdat hun immuunsysteem nog niet goed is ontwikkeld
A
Waar
B
Niet waar

Slide 7 - Quizvraag

Wat kan een reden zijn dat twee mensen verschillende darmflora hebben?

Slide 8 - Open vraag

Welvaartsziekten komen door een tekort aan gezond voedsel
A
Waar
B
Niet waar

Slide 9 - Quizvraag

6.2 - Verteringsstelsel

bladzijde 203 - 207
BiNaS 67, 71, 82, 95

Slide 10 - Tekstslide

Doelen van deze les
Je kan uitleggen hoe ons voedsel verteerd wordt
Je kan de organen van het verteringsstelsel benoemen met hun functie
Je weet wat er gebeurt met stoffen die te veel in het lichaam komen

Slide 11 - Tekstslide

Heb je de tekst van tevoren gelezen en snap je het?
A
Ja ik heb het gelezen en ik snap het
B
Ja ik heb het gelezen en ik snapte het een beetje
C
Ja ik heb het gelezen en ik snapte het niet
D
Nee ik heb het niet gelezen

Slide 12 - Quizvraag

Je verteringsstelsel is een..
A
orgaan
B
orgaanstelsel

Slide 13 - Quizvraag

Welk type vertering is vertering door middel van speeksel?
A
Mechanische vertering
B
Chemische vertering

Slide 14 - Quizvraag

Vertering met behulp van je tanden is
A
mechanische vertering
B
chemische vertering

Slide 15 - Quizvraag

Te veel stoffen
Veel koolhydraten/suikers -> opgeslagen als vet
Kleurstoffen -> komen in bloed, zorgen voor druk gedrag

Kleur-/Geur-/Smaakstoffen: additieven

ADI -> Aanvaardbare Dagelijkse Inname (Binas 95B)
Hoeveelheid per kg lichaamsgewicht

Slide 16 - Tekstslide

Tanden
Melkgebit - na 4 maanden
Volwassen gebit - vanaf 6 jaar

Verstandskiezen - tussen 18-24 jaar

Functie: mechanische verkleining

Slide 17 - Tekstslide

Polymeren bestaan uit
A
Vrijwel identieke moleculen
B
Glycerol en vetzuren
C
Vitamines en water
D
Vetzuren

Slide 18 - Quizvraag

Verteren
Chemische afbraak - met verteringssappen (verteringsenzymen)
macromoleculen - eiwitten, koolhydraten, vetten -> te groot om op te nemen
polymeren - stoffen opgebouwd uit identieke moleculen (lange suikerketens bijv.)

Slide 19 - Tekstslide

De vertering begint in je maag
A
Waar
B
Niet waar

Slide 20 - Quizvraag

In de cellen van welk orgaan worden verteringsenzymen gemaakt?
A
Maag
B
Twaalfvingerige darm
C
Dikke darm
D
Alle antwoorden zijn goed

Slide 21 - Quizvraag

Waar wordt vet verteerd?
A
Mondholte
B
Maag
C
Twaalfvingerige darm
D
Dikke darm

Slide 22 - Quizvraag

Bacteriën in je darm helpen bij de vertering
A
Waar
B
Niet waar

Slide 23 - Quizvraag

Sommige bacteriën in je dikke darm maken stoffen die we nodig hebben
A
Waar
B
Niet waar

Slide 24 - Quizvraag

Stapsgewijze vertering
Mondholte
Slokdarm
Maag
Twaalfvingerige darm
Dunne darm
Dikke darm
Endeldarm

Slide 25 - Tekstslide

Stapsgewijze vertering
Mondholte:
 - speeksel (speekselklieren)
Afbraak zetmeel

Slide 26 - Tekstslide

Stapsgewijze vertering
Slokdarm:
- spieren duwen voedsel omlaag 
Maag:
- Maagsapklieren - cellen maken maagzuur, pepsinogeen of slijm
Maagzuur - afbraak bacteriën, verlaging pH
Pepsinogeen - enzym dat, geactiveerd, eiwitten splitst
Slijm - bescherming maagwand tegen zuur

Slide 27 - Tekstslide

Stapsgewijze vertering
Twaalfvingerige darm:
Enzymen uit alvleesklier
Vertering DNA, vetten, zetmeel, eiwitten
Gal uit lever
Vertering vetten


Slide 28 - Tekstslide

Stapsgewijze vertering
Dunne darm:
Darmsapklieren - enzymen
Vertering koolhydraten, eiwitten


Slide 29 - Tekstslide

Stapsgewijze vertering
Blinde darm en Dikke darm:
Grote darmflora.
Bij diaree verdwijnen veel bacteriën, hersteld vanuit blinde darm (appendix)
Vitamine K gemaakt door bacteriën
Endeldarm:
tijdelijke opslag ontlasting

Slide 30 - Tekstslide

ADI staat voor
A
Algemene dagelijkse inname
B
Aanvaardbare dagelijkse inname
C
Algemene daadwerkelijke inname
D
Aanvaardbare daadwerkelijke inname

Slide 31 - Quizvraag

Kleur-, geur- en smaakstoffen zijn niet slecht voor je
A
Waar
B
Niet waar

Slide 32 - Quizvraag

Infographic 6.2-6.5
- Duidelijke weergave organen verteringsstelsel (6.2)
- Steekwoorden/tekening werking organen (6.2)
- Duidelijke uitleg (steekwoorden/tekening) werking enzymen (met specifieke voorbeelden) (6.3)
- Duidelijke uitleg opname voedingsstoffen (6.4)
- Duidelijke uitleg werking lever (6.5)

Richtlijn: alle leerdoelen H6 (blz 231)

Slide 33 - Tekstslide

Aan het werk
Deze les maken: 

Volgende les: 6.3


Slide 34 - Tekstslide