1 Zo’n
plattelandssupermarkt accepteert vast geen
tweehonderdeurobiljetten.
2 Die vroeggestorven dichter heeft veel leuke nonsenspoëzie voortgebracht.
3 Het springpaard naderde de dubbele oxer en sprong eroverheen.
4 De kruimeldief werd na diepgravend rechercheonderzoek aangehouden.
5 Toen hij rond theetijd kwam koffiedrinken, wou Jan alleen water drinken.
6 De baas van de woningbouwvereniging leert in zijn vrije tijd pianospelen.