MTH, leerjaar 2, blok 1, les 6, rode wond etc

MTH les 6 2A

1 / 45
volgende
Slide 1: Tekstslide
MTHMBOStudiejaar 2

In deze les zitten 45 slides, met interactieve quizzen en tekstslides.

Onderdelen in deze les

MTH les 6 2A

Slide 1 - Tekstslide

Programma
Herhalen vorige les 
  • Rode wond
  • Gele wond
  • Wondspoelen 

Slide 2 - Tekstslide

Wat weten jullie nog over wondverzorging?

Slide 3 - Woordweb

Welke 2 wondclassificatie modellen hebben we besproken?

Slide 4 - Open vraag

TIME
WSC
Is de wond geïnfecteerd?
Zwarte wond
Gele wond
Rode wond
Hoe vochtig is de wond?
Sluiten de wondranden goed op elkaar?
Is er sprake van afstervend weefsel?

Slide 5 - Sleepvraag

Het verzorgen van een rode wond
Bij een normale, ‘gezonde’ wondgenezing is sprake van een rode wond. Een rode wond bestaat uit granulatieweefsel en bevindt zich in de regeneratiefase

In deze fase wordt weefsel dat verloren is gegaan, vervangen door nieuw weefsel
Dit proces noemen we epithelialisatie. 

Granulatieweefsel is vaatrijk en korrelig bindweefsel.
Het vormt zich op de bodem van een ‘gezonde’ wond.  

Slide 6 - Tekstslide

Het verzorgen van een rode wond
Bij het verzorgen van de wond moet je de wondbodem vochtig houden. 

Ook moet je de wondbodem beschermen tegen beschadigingen. Alleen dan kan het granulatieweefsel groeien.

Het verband mag niet verkleven met de wondbodem. Als dit wel gebeurt, kan je namelijk beschadigingen aanbrengen tijdens de verbandwisselingen. 

Slide 7 - Tekstslide

In de regeneratiefase wordt weefsel dat verloren is gegaan, vervangen door nieuw weefsel.

Vraag: Hoe heet dit proces?
A
Exsudatie
B
Epithelialisatie
C
Evaporatie
D
Imperforatie

Slide 8 - Quizvraag

Granulatieweefsel is ..
A
Vaatarm
B
Vetrijk
C
Vetarm
D
Vaatrijk

Slide 9 - Quizvraag

Een gezonde wondbodem met granulatieweefsel moet je ..
A
Vochtig houden
B
Beschermen tegen beschadigingen
C
Beide bovenstaande
D
Geen van bovenstaande

Slide 10 - Quizvraag

Wondmateriaal voor een rode wond 
Welk verband je kiest voor het verzorgen van een wond, hangt af van een aantal dingen:  

• de grootte;
• de diepte;
• de oppervlakte; 
• de hoeveelheid exsudaat van de rode wond.  


Slide 11 - Tekstslide

Wondmateriaal voor een rode wond 
De taak van het verband is om overmatig exsudaat te absorberen, zonder de wond uit te drogen. 

Een vochtige omgeving is nodig om de granulatievorming van de wond te stimuleren. 

Om deze reden moet je bij droge wonden voor vocht inbrengende middelen kiezen. Bij natte wonden moet je juist voor absorberende materialen kiezen.

Slide 12 - Tekstslide

Indeling rode wonden  
Rode wonden kunnen worden ingedeeld in:

  • oppervlakkige rode wonden

  • diepe rode wonden



Slide 13 - Tekstslide

Oppervlakkige rode wonden
Hierbij is de epidermis en eventueel de dermis beschadigd; 
 
  • Bij oppervlakkige rode wonden ontstaan nieuwe huidcellen in de wondranden. 
  • Ook ontstaan ze rond haren en zweetklieren, die op de wondbodem aanwezig zijn. In het wondbed zijn dan roze ‘eilandjes’ zichtbaar.  
  • Deze wonden moet je beschermen met materiaal dat niet aan de wondbodem kleeft. 

Slide 14 - Tekstslide

Oppervlakkige rode wonden
Mogelijkheden om dit te doen:

  •  schuimverband (sterk absorberend wondverband);
  •  hydrogel (steriele gel die ervoor zorgt dat de wond vochtig blijft; dit 
        bevordert het zelfreinigend vermogen van de wond); 
  • alginaten (gemaakt van zeewier, absorberen veel vocht);
  •  transparante folies (deze gebruik je bij een relatief intacte huid).

Slide 15 - Tekstslide

Diepe rode wonden  
Hierbij zijn de epidermis, de dermis, de subcutis en onderliggende weefsels beschadigd.  

  • Bij diepe rond wonden begint de ingroei van nieuwe huid alleen vanuit de wondranden.
  • Rond de wondranden ontstaat hierdoor een roze kleur. 
  • Diepe wonden moet je opvullen met materiaal dat de wondbodem raakt.  

Slide 16 - Tekstslide

Mogelijkheden om dit te doen, zijn:   

hydrogel
hydrofiber: dit moet de wond overlappen, omdat het bij de 
  vochtopname krimpt; 
alginaten
negatieve-druktherapie: hierbij moet je het verband drie keer per 
  week verwisselen. Oefen de zuigkracht alleen in de wond zelf uit. 
   Oefen de zuigkracht niet uit op de wondranden en de gezonde  
   huid om beschadiging van de huid te voorkomen. 

Slide 17 - Tekstslide

Wat voor soort omgeving is nodig om granulatievorming van de wond te stimuleren?
A
Vochtig
B
Open
C
Droog
D
Gesloten

Slide 18 - Quizvraag

Diepe rode wonden moet je opvullen met materiaal dat .....
A
De wondbodem raakt
B
De wondbodem vrij laat
C
De wondranden samentrekt
D
De wond laat uitdrogen

Slide 19 - Quizvraag

Het verzorgen van een gele wond
Een gele wond bevindt zich in de reactiefase. 
Het lichaam reageert op de wond door te starten met de volgende acties:  
• bloedstolling; 
• vaatvernauwing; 
• afsluiting van de wond.  

Fibrine is een eiwit dat zorgt voor een korstje. 
Meestal is het goed als er een korstje op een wond komt. 

Als een korstje ín de wond, in plaats van óp de wond zit, ziet dit eruit als een gelig beslag. Dit noemen we fibrinebeslag. Je moet dit beslag weghalen. 

Slide 20 - Tekstslide

Slide 21 - Tekstslide

Het verzorgen van een gele wond
Vaak wordt ook een beslag gevormd uit celresten en samengeklonterde eiwitten. 

Dit moet worden gereinigd. 

Soms zijn er ontstekingsverschijnselen (roodheid, warmte, zwelling en pijn). 

Dan is behandeling met antibiotica nodig. 


Slide 22 - Tekstslide

Het verzorgen van een gele wond
Het doel van de behandeling van een gele wond is:    

• het reinigen van het wondbed;  
• een vochtig milieu creëren;  
• een overmaat aan exsudaat absorberen.    

Het is belangrijk dat je de wond bij het wisselen van het verband spoelt onder de douche of met kraanwater.

Slide 23 - Tekstslide

Een gele wond bevindt zich in de ...
A
Regeneratiefase
B
Reactiefase
C
Rijpingsfase

Slide 24 - Quizvraag

Een gele wond bevindt zich in de reactiefase.

Stelling: In deze fase treedt ..... op.
A
Vaatverwijding
B
Stolling
C
Beide bovenstaande
D
Geen van bovenstaande

Slide 25 - Quizvraag

Wat moet je doen als ontstekingsverschijnselen zichtbaar zijn bij een gele wond?
A
De wond reinigen
B
Antibiotica geven
C
Beide bovenstaande
D
Geen van bovenstaande

Slide 26 - Quizvraag

Wondmateriaal voor een gele wond  
Net als bij rode wonden hangt het soort verband dat je kiest voor het verzorgen van gele wonden, af van:  
 
• de grootte; 
• de diepte; 
• de oppervlakte; 
• de hoeveelheid exsudaat van de rode wond.

Slide 27 - Tekstslide


Ook hangt het af van het soort beslag op de gele wond. 

Het gele beslag kan vastzittend, droog of nattend zijn.  

Bij droge wonden kies je voor vocht inbrengende middelen. 

Bij natte wonden juist voor absorberende materialen.  


Slide 28 - Tekstslide

Bij oppervlakkige gele wonden is de epidermis en eventueel de dermis beschadigd. Deze wonden moet je beschermen met materiaal dat niet kleeft. Mogelijkheden hiervoor zijn:   
• honingzalfgaas: dit gaas moet drie keer aangebracht worden; • hydrogel; • schuimverband; • hydrocolloïden: om het wondvocht op te nemen.
Bij oppervlakkige gele wonden is de epidermis en eventueel de dermis beschadigd. 
Deze wonden moet je beschermen met materiaal dat niet kleeft. 

Mogelijkheden hiervoor zijn:  
 
honingzalfgaas: dit gaas moet drie keer aangebracht worden; 
hydrogel
schuimverband
hydrocolloïden: om het wondvocht op te nemen.

Slide 29 - Tekstslide

Als een wond geïnfecteerd is, moet je de wond uitspoelen en behandelen met antibiotica. 

Bij sterk geurende wonden kun je speciaal verband gebruiken dat de geur verminderd 
(geur neutraliserende verbanden).  

Bij diepe gele wonden zijn de epidermis, de dermis, de subcutis en de onderliggende weefsels beschadigd. Deze wonden moet je opvullen met materiaal dat de wondbodem raakt. 

Slide 30 - Tekstslide

Mogelijkheden hiervoor zijn:
  • met kraanwater natgemaakt gaas op lichaamstemperatuur, povidonjood of kerlix; 

  • vocht opnemende korrels (dextranomeren); 

  • hydrogel; 

  • honingzalfgaas; • alginaat;
 
  • enzymatische necroseoplossers;

  • geur neutraliserende verbanden, antibacteriële zalven en zalfgaas;

  • Eusol: dit is een oplossing van natriumhypochloriet en vloeibare paraffine. Natriumhypochloriet werkt desinfecterend en paraffine voorkomt uitdroging. 

Slide 31 - Tekstslide

Diepe gele wonden moet je opvullen met materiaal dat .....
A
De wondbodem vrij laat
B
De wondranden samentrekt
C
De wond van binnenuit droog maakt
D
De wondbodem raakt

Slide 32 - Quizvraag

Bij welke soort gele wond zijn schuimverbanden werkzaam?
A
Diepe
B
Oppervlakkige
C
Beide bovenstaande
D
Geen van bovenstaand

Slide 33 - Quizvraag

Wondspoelen
Je moet een wond spoelen in de volgende gevallen:  

• als een wond verontreinigd is, bijvoorbeeld door straatvuil; 

• als wondranden ondermijnd zijn (dit is het geval wanneer weefsel onder de wondranden beschadigd is);

Slide 34 - Tekstslide

Wondspoelen
  • bij fistelvorming (dit is het geval wanneer kanaaltjes vanuit 
      de wond in het onderhuidse weefsel zijn ontstaan);  
  • als tijdens de verbandwissel blijkt dat los debris het    wondbed bedekt;  
  • als tijdens de verbandwissel blijkt dat het verbandmateriaal 
      kleine deeltjes in de wond achterlaat. 

Slide 35 - Tekstslide

Er zijn verschillende vloeistoffen die je kunt gebruiken om de wond mee te spoelen.  

Als een wond verontreinigd is met straatvuil, spoel je meestal eerst met veel stromend (kraan)water.  

Als je kraanwater gebruikt, 
laat dan de kraan eerst 
dertig seconden doorstromen.  


Slide 36 - Tekstslide

Andere spoelvloeistoffen zijn:   

• NaCl 0,9%; 
• antibacteriële vloeistoffen (bij een infectie); 
• ioniserende vloeistoffen (deze vloeistoffen zijn 
  ontstekingsremmend of antibacterieel); 
• steriel water.   

Voordat je de wond gaat spoelen, kun je het beste zorgen dat de spoelvloeistof op lichaamstemperatuur is. Het spoelen is dan minder pijnlijk. Steriele vloeistoffen zijn na het openen niet langer dan 24 uur houdbaar.

Slide 37 - Tekstslide

Methodes van wondspoelen 
De eenvoudigste manier om een wond te spoelen is onder de douche.

Adviseer de zorgvrager de straal niet direct op de wond te richten, want dit kan pijnlijk zijn. 

Het is minder pijnlijk als je de straal iets boven de wond op de gezonde huid richt. 

Je kunt ook een washand over de douchekop doen om de straal te breken. 

Na het spoelen van een wond in de douche moet de douchecel schoongemaakt worden.  

Slide 38 - Tekstslide

Methodes van wondspoelen
Als het spoelen van een wond onder de douche niet mogelijk is, kun je gebruikmaken van een spuit. 

Spuit niet te hard en te snel. 

Als de wond wat dieper is of als er sprake is van een fistel, kun je een eenmalige vrouwenkatheter of een zuurstofkatheter op de spuit aansluiten.  

Gebruik nooit een naald voor het spoelen van een wond. 

In het algemeen spoel je de wond tot de terugvloeiende vloeistof helder is. 

Slide 39 - Tekstslide

Een wond die verontreinigd is met straatvuil, spoel je meestal eerst met .....
A
Ioniserende vloeistof
B
Kraanwater
C
Alcohol
D
Gedestilleerd water

Slide 40 - Quizvraag

Spoel met veel stromend kraanwater. Laat de kraan eerst dertig seconden doorstromen.
Waarom laat je de kraan eerst 30 seconden doorstromen?

Slide 41 - Open vraag

Stelling: Je blijft doorgaan met het spoelen van een wond tot de terugvloeiende vloeistof helder is.
A
Deze stelling is correct
B
Deze stelling is niet correct

Slide 42 - Quizvraag

Huiswerk theorie
Lees studiemateriaal op www.datzaljeleren.nl en in je boek
MTH voor een doktersassistent:
  • Wondverzorging 
  • Wondspoelen 
  • Indeling van wonden
  • Rode en gele wond











Slide 43 - Tekstslide

Voorbereiden praktijkles
Alle demo's injecteren bekijken en protocol lezen. 

Slide 44 - Tekstslide

Opdracht teams 

Maak 2 toets vragen over alle leerstof van de toets 
hygiëne-instrumenten-wonden 
1 meerkeuzevraag 
1 open vraag  
 
Hiervan maak ik een proeftoets

Slide 45 - Tekstslide