Stil lezen + bwb + ng

Goedemorgen!
1 / 20
volgende
Slide 1: Tekstslide
NederlandsMiddelbare schoolhavo, vwoLeerjaar 1

In deze les zitten 20 slides, met interactieve quizzen en tekstslides.

time-iconLesduur is: 60 min

Onderdelen in deze les

Goedemorgen!

Slide 1 - Tekstslide

Wat gaan we doen?
  • Stil lezen
  • Toets grammatica inplannen
  • Paar zinnen op bord ontleden
  • Lesdoelen
  • Terugblik vorige les + huiswerk nakijken
  • Naamwoordelijk gezegde + oefenen
  • Les afsluiten + lesdoelencheck

Slide 2 - Tekstslide

Stil lezen
timer
10:00

Slide 3 - Tekstslide

Toets grammatica zinsdelen inplannen
  • Pak je Plenda!
  • Toets grammatica zinsdelen inplannen

Slide 4 - Tekstslide

Ontleed deze zinnen. Schrijf op: pv, ow, wg, lv, mv, bwb
1. Tijdens die hevige regenbui is mijn broertje vannacht zijn muts verloren.
2. De manager bleek de gasten een kamerupgrade te hebben gegeven na de klacht.

Slide 5 - Tekstslide

Lesdoelen
  • Je weet de kenmerken van een bijwoordelijke bepaling en kan deze benoemen in een zin.
  • Je kent het verschil tussen naamwoordelijk en werkwoordelijk gezegde.
  • Je kunt een naamwoordelijk gezegde benoemen in een zin.
  • Ik ken de 5 ZWoBBeLS

Slide 6 - Tekstslide

Terugblik vorige les

Slide 7 - Tekstslide

Welke vragen kun je stellen om een bijwoordelijke bepaling te vinden?

Slide 8 - Open vraag

Schrijf de bwb's op van onderstaande zin:
Morgen ga ik gezellig met mijn vrienden naar het zwembad.

Slide 9 - Open vraag

Huiswerk H6 grammatica zindelen (opdracht 1 t/m 5) nakijken met nakijkboekje.

Slide 10 - Tekstslide

Theorie over naamwoordelijk gezegde

Slide 11 - Tekstslide

Naamwoordelijk gezegde
Vergelijk onderstaande twee zinnen met elkaar. Wat is het verschil in betekenis?
1. De docent kijkt de proefwerken vanmiddag na.
2. De docent is heel erg blij vandaag.

Slide 12 - Tekstslide

Aantekening naamwoordelijk gezegde
Schrijf mee!

Slide 13 - Tekstslide

Wat is het ng?
Mijn neefje was gisteren ziek geworden.
A
was geworden
B
was ziek
C
was ziek geworden

Slide 14 - Quizvraag

Wat is het ng?
Ellen wil graag bioloog zijn.
A
wil graag
B
wil zijn
C
wil graag bioloog zijn
D
wil bioloog zijn

Slide 15 - Quizvraag

Noteer het ng.
Gisteren ben ik erg boos geworden.

Slide 16 - Open vraag

Aan de slag!
Maken: opdracht 1 t/m 4 van H4 grammatica zinsdelen.

Klaar? Ga lezen uit je leesboek.

Slide 17 - Tekstslide

Les afsluiten met lesdoelencheck

Slide 18 - Tekstslide

1. Ik weet wat een naamwoordelijk gezegde is en kan deze benoemen in een zin.
010

Slide 19 - Poll

Wat zijn de 5 ZWoBBeLS?

Slide 20 - Woordweb