Wat is LessonUp
Zoeken
Kanalen
Inloggen
Registreren
‹
Terug naar zoeken
Hoofdstuk 1 paragraaf 1.7 Grammatica
Grammatica 1.7
Vandaag starten we met werken in het werkboek.
Wie kan iets meer vertellen over grammatica? Verschil spelling en grammatica.
Open je werkboek op bladzijde 68 (kgt)
Samen opdracht 1 en 2 maken.
1 / 16
volgende
Slide 1:
Tekstslide
Nederlands
Middelbare school
vmbo b
Leerjaar 1
In deze les zitten
16 slides
, met
tekstslides
.
Start les
Bewaar
Deel
Printen
Onderdelen in deze les
Grammatica 1.7
Vandaag starten we met werken in het werkboek.
Wie kan iets meer vertellen over grammatica? Verschil spelling en grammatica.
Open je werkboek op bladzijde 68 (kgt)
Samen opdracht 1 en 2 maken.
Slide 1 - Tekstslide
Zin en zinsdelen
Een voorbeeld van een zinsdeel is de persoonsvorm of het onderwerp. Elk zinsdeel zet je tussen zinsdeelstrepen.
|Ik | lees | dit boek.|
Deze zin bestaat uit drie zinsdelen.
Slide 2 - Tekstslide
Persoonsvorm
De persoonsvorm (pv) is een belangrijk zinsdeel. In elke zin staat een pv.
De pv is altijd een werkwoord (doe-woord) en bestaat meestal uit één woord.
Slide 3 - Tekstslide
Persoonsvorm
Je vindt de pv door;
De tijd van een zin te veranderen
Van tegenwoordige tijd naar verleden tijd
Van verleden tijd naar tegenwoordige tijd
Slide 4 - Tekstslide
Grammatica 1.7
Zinnen kun je verdelen in zinsdelen.
Een zinsdeel bestaat uit één woord, of een paar woorden die bij elkaar horen.
Slide 5 - Tekstslide
Paragraaf 1.8/2.8
Hoe je de stam en de ik-vorm van een werkwoord spelt;
Hoe je de persoonsvorm in de tegenwoordige tijd spelt;
Hoe je het begin en eind van zinnen maakt;
De komma
Slide 6 - Tekstslide
Persoonsvorm tegenwoordige tijd (t.t.)
Een vorm van het werkwoord die zich aanpast aan het onderwerp van de zin
De persoonsvorm is een vorm van het werkwoord en is altijd één woord
Een zin heeft altijd een persoonsvorm (pv)
Wat is een werkwoord?
Slide 7 - Tekstslide
Stam/ik-vorm
De stam is het hele werkwoord zonder -en. De stam van het werkwoord
brengen
is
breng
en de stam van het werkwoord
koken
is
kok
.
Je zegt wel: ik
breng
, maar niet ik
kok
. Dus let op: bij de ik-vorm van sommige werkwoorden veranderen er letters:
Slide 8 - Tekstslide
Slide 9 - Tekstslide
In de tegenwoordige tijd heeft de persoonsvorm drie vormen:
- Eindigt de ik-vorm op -d ?
Dan schrijf je: ik vind – jij vindt – hij vindt – wij vinden.
- Eindigt de ik-vorm op -t ?
Dan schrijf je: ik zit – jij zit – hij zit – wij zitten.
Slide 10 - Tekstslide
Wat is de ik-vorm?
Lezen
Stoppen
Graven
Knopen
Durven
Geloven
Voetballen
Slide 11 - Tekstslide
De komma
Leestekens en hoofdletters helpen je bij het lezen van een tekst.
Deze leestekens ken je al: punt, vraagteken, uitroepteken. Ze staan aan het eind van een zin.
Slide 12 - Tekstslide
De komma is een leesteken dat in een zin staat. De komma is een korte pauze in een zin.
Je gebruikt een komma:
Slide 13 - Tekstslide
Begin en eind van zinnen
Hoofdletter
Punt
Vraagteken
Uitroepteken
hoe laat begint de les
zet 'm op
ik kom elke dag op de fiets
Slide 14 - Tekstslide
Slide 15 - Tekstslide
Slide 16 - Tekstslide
Meer lessen zoals deze
1.7/1.8 herhaling
November 2024
- Les met
33 slides
Nederlands
Middelbare school
vmbo k
Leerjaar 1
2Basis Herhalingsles so 1.7 1.8
Oktober 2023
- Les met
35 slides
Nederlands
Voortgezet speciaal onderwijs
Leerroute 2
1K Herhalingsles so 1.7 1.8
Oktober 2024
- Les met
39 slides
Nederlands
Middelbare school
vmbo k
Leerjaar 1
1.5/1.7/1.8 Woorden, spelling en grammatica
September 2023
- Les met
36 slides
Nederlands
Middelbare school
vmbo b, k
Leerjaar 1,2
1.7 1KGT Grammatica les 1
November 2024
- Les met
38 slides
Nederlands
Middelbare school
vmbo k, g
Leerjaar 1
1 k Herhalingsles toetsweek 1.3 1.7 1.8
Oktober 2024
- Les met
42 slides
Nederlands
Middelbare school
vmbo b
Leerjaar 1
1.7 Grammatica les 1
September 2024
- Les met
37 slides
Nederlands
Middelbare school
vmbo k, g
Leerjaar 1
1.7 1KGT Grammatica les 2
November 2024
- Les met
32 slides
Nederlands
Middelbare school
vmbo k, g
Leerjaar 1