Wat is LessonUp
Zoeken
Kanalen
Inloggen
Registreren
‹
Terug naar zoeken
PrOkrant_les 2
Fase 2
Taal, Prokrant_2
1 / 41
volgende
Slide 1:
Tekstslide
Nederlands
Praktijkonderwijs
Leerjaar 2
In deze les zitten
41 slides
, met
interactieve quizzen
en
tekstslides
.
Start les
Bewaar
Deel
Printen
Onderdelen in deze les
Fase 2
Taal, Prokrant_2
Slide 1 - Tekstslide
Lesdoel:
Ik kan de voor mij moeilijke woorden uit een tekst halen
Ik weet hoe ik achter de betekenis van een moeilijk woord kan komen
Ik gebruik verschillende manieren om achter de betekenis van een moeilijk woord te komen.
Slide 2 - Tekstslide
Tekst 1
'Weer een persconferentie'
Slide 3 - Tekstslide
Beschrijf in de je eigen woorden wat een persconferentie is.
Slide 4 - Open vraag
Zoek nu op wat het woord persconferentie precies betekent. Type dat letterlijk over.
Slide 5 - Open vraag
Waar/hoe heb je deze betekenis gevonden?
Slide 6 - Open vraag
Dit artikel gaat over de persconferentie over de corona-maatregelen.
Bekijk in de volgende dia de video over een terras dat openging
Slide 7 - Tekstslide
https:
Slide 8 - Link
Waar is het terras?
Slide 9 - Open vraag
Waarom deed de eigenaar zijn terras open?
Slide 10 - Open vraag
Wat kreeg de eigenaar van de politie?
Slide 11 - Open vraag
Wat vind jij van de actie van de eigenaar van het terras?
Slide 12 - Open vraag
Lees het artikel op de volgende dia rustig door.
Slide 13 - Tekstslide
Slide 14 - Tekstslide
Wat laat de foto zien?
Slide 15 - Open vraag
En dan nu de vragen
Slide 16 - Tekstslide
Je gaat zometeen per alinea (het stukje tekst tussen 2 regels wit) minstens 5
steekwoorden
opschrijven
Steekwoorden
zijn de belangrijkste woorden.
Met steekwoorden kun je bijvoorbeeld een tekst samenvatten.
Slide 17 - Tekstslide
Voorbeeld: alinea 1
Deze alinea heeft geen tussenkopje
Steekwoorden:
maandagavond-persconferentie-corona-maatregelen-nog steeds veel besmettingen
Slide 18 - Tekstslide
Wat is het eerste tussenkopje?
A
Terrassen
B
Nog niet open
C
Vrijheid
Slide 19 - Quizvraag
Type hieronder minimaal 5 steekwoorden (de belangrijkste woorden) uit de 2e alinea 'Nog niet open'.
Slide 20 - Open vraag
Type hieronder minimaal 5 steekwoorden (de belangrijkste woorden) uit de 3e alinea 'Terrassen'.
Slide 21 - Open vraag
Type hieronder minimaal 5 steekwoorden (de belangrijkste woorden) uit de 4e alinea
Slide 22 - Open vraag
Maak nu een samenvatting.
Gebruik hierbij je steekwoorden.
Maak er je eigen verhaal van!
Slide 23 - Open vraag
Lettergrepen
Woorden bestaan uit
lettergrepen.
Een lettergreep is een aantal letters dat bij elkaar hoort. Je spreekt de letters in één keer uit.
Bijvoorbeeld het woord 'corona' heeft 3 lettergrepen: co-ro-na
Slide 24 - Tekstslide
Het woord 'besmettingen' bestaat uit....... lettergrepen
A
3
B
1
C
4
D
7
Slide 25 - Quizvraag
Type hieronder het woordje avondklok.
Zet een streepje (-) tussen de lettergrepen.
Slide 26 - Open vraag
Het woord 'terrassen' heeft ...... lettergrepen.
A
3
B
2
C
4
Slide 27 - Quizvraag
Type hieronder het woord 'vaccinatiebewijs'.
Zet een streepje (-) tussen de lettergrepen.
Slide 28 - Open vraag
Lees de tekst op de volgende dia.
Slide 29 - Tekstslide
Slide 30 - Tekstslide
Waar gaat het tv-programma Gewoon Bloot over?
A
sociale media
B
blote mensen
C
het menselijk lichaam
Slide 31 - Quizvraag
Voor wie is het programma bedoeld?
A
volwassenen
B
kinderen uit groep 7 en 8 van de basisschool
C
jongeren uit het voortgezet onderwijs
Slide 32 - Quizvraag
Wat is het doel van het programma
A
kinderen leren hoe een normaal lijf er uit ziet
B
Jongeren laten zien dat je een perfect lijf hebt
C
volwassenen beter aan hun gezondheid te laten denken
Slide 33 - Quizvraag
Wat zijn de reacties op het tv-programma?
A
sommige mensen vinden dat het programma verboden moet worden
B
sommige mensen vinden het walgelijk, anderen juist leerzaam
C
de meeste mensen vinden het leuk om naar blote mensen te kijken
Slide 34 - Quizvraag
Vind jij het programma een goed idee?
A
ja
B
nee
Slide 35 - Quizvraag
Een zelfstandig naamwoord is een woord waar je de, het of een voor kunt zetten. Bijvoorbeeld: het tv-programma. Welk lidwoord hoort voor 'mening'?
A
de
B
het
Slide 36 - Quizvraag
Welk lidwoord hoort voor 'beeld'?
A
de
B
het
Slide 37 - Quizvraag
Welk lidwoord hoort voor 'lijf'?
A
de
B
het
Slide 38 - Quizvraag
Slide 39 - Tekstslide
Wanneer is Internationale Vrouwendag?
Slide 40 - Open vraag
Wie is voor jou het voorbeeld van een sterke vrouw? Waarom?
Slide 41 - Open vraag
Meer lessen zoals deze
PrOkrant_les 7
April 2021
- Les met
37 slides
Nederlands
Praktijkonderwijs
Leerjaar 2
PrOkrant_les 8
Mei 2021
- Les met
33 slides
Nederlands
Praktijkonderwijs
Leerjaar 2
Prenez le métro! Parijs 6
Juli 2018
- Les met
20 slides
door
Dé Schoolreisgids
Middelbare school
vmbo, mavo, havo, vwo
Leerjaar 1-6
Dé Schoolreisgids
Prenez le métro! Parijs 2
Juli 2018
- Les met
20 slides
door
Dé Schoolreisgids
Middelbare school
vmbo, mavo, havo, vwo
Leerjaar 1-6
Dé Schoolreisgids
Prenez le métro! Parijs 4
Juli 2018
- Les met
20 slides
door
Dé Schoolreisgids
Middelbare school
vmbo, mavo, havo, vwo
Leerjaar 1-6
Dé Schoolreisgids
3 havo voorbereiding leestoets (toetsweek)
Mei 2022
- Les met
13 slides
Other languages
Secondary Education
Tekstverbanden en signaalwoorden
November 2024
- Les met
11 slides
Nederlands
Secundair onderwijs
BESTUURSRECHT JM1
September 2021
- Les met
36 slides
Bestuursrecht
MBO
Studiejaar 1