WiNL_par2.1_DAA

Herhalingsles Wonen in Nederland H2
Bespreken en oefenen met H2
Oefenen met examenopdracht

Doel
Kennis H2 WIL activeren en kunnen toepassen
1 / 14
volgende
Slide 1: Tekstslide
AardrijkskundeMiddelbare schoolhavoLeerjaar 5

In deze les zitten 14 slides, met interactieve quizzen, tekstslides en 1 video.

Onderdelen in deze les

Herhalingsles Wonen in Nederland H2
Bespreken en oefenen met H2
Oefenen met examenopdracht

Doel
Kennis H2 WIL activeren en kunnen toepassen

Slide 1 - Tekstslide

Slide 2 - Tekstslide

0

Slide 3 - Video

Wat hoort allemaal bij het stroomgebied van een rivier?

Slide 4 - Open vraag

Stroomgebieden

Rijn
Maas
Schelde
Eems

Waterscheiding



Slide 5 - Tekstslide

Slide 6 - Tekstslide

Bron
Bendenloop
Bovenloop
Monding 
Middenloop

Slide 7 - Sleepvraag

Als het verval 600 meter is en de lengte van de rivier 450 kilometer is. Wat is dan de juiste berekening voor het verhang?
A
600 x 450
B
600-450
C
600 \ 450
D
600 + 450

Slide 8 - Quizvraag

Verval en verhang
  • verval = het aantal meters dat een rivier naar beneden 'valt' tussen twee bepaalde punten

  • Verhang = het verval / de totale lengte van de rivier tussen twee bepaalde punten
verhang=lengte(km)verval

Slide 9 - Tekstslide

Groot verhang
m.n. sedimentatie
m.n. erosie
klein verhang
Meanders
v-dal

Slide 10 - Sleepvraag

Weektaak
WiNL  Weektaak: 
 H2 inleiding vraag 1, 3 
H2 §1: vraag 1, 3, 4, 6 
H2 §2: vraag 1, 2, 4, 5, 6, 7, 10 

Slide 11 - Tekstslide

De grens tussen de stroomgebieden van twee rivieren heet
A
regiem
B
delta
C
waterscheiding
D
stroomstelsel

Slide 12 - Quizvraag

Welke van de volgende uitspraken over rivieren is/zijn juist? B
I Dicht bij de bron is het verval in het algemeen kleiner dan bij de monding.
II Dicht bij de bron is de rivier in het algemeen breder dan bij de monding.
A
Beide uitspraken zijn juist
B
Alleen uitspraak 1 is juist
C
Aleen uitspraak 2 is juist
D
Beide uitspraken zijn onjuist

Slide 13 - Quizvraag

Het geheel van hoofdstroom en zijtakken noem je het ........ van een rivier.
A
regiem
B
stroomgebied
C
verval
D
stroomstelsel

Slide 14 - Quizvraag