2. NT 2

Doel:
Oefenen met verdelen van een woord in klankgroepen

Lange korte klankgroepen

Klinkers en medeklinkers
1 / 16
volgende
Slide 1: Tekstslide
NederlandsVoortgezet speciaal onderwijs

In deze les zitten 16 slides, met interactieve quizzen, tekstslides en 1 video.

time-iconLesduur is: 45 min

Onderdelen in deze les

Doel:
Oefenen met verdelen van een woord in klankgroepen

Lange korte klankgroepen

Klinkers en medeklinkers

Slide 1 - Tekstslide

Klinkers & medeklinkers

Slide 2 - Tekstslide

Om de korte en lang klank in een woord goed te spellen, moet je het woord in klankgroepen verdelen

Slide 3 - Tekstslide

Slide 4 - Video

Hoor je een lange klank aan het einde van een klankgroep dan schrijf je 1 klinker: MANEN 

Hoor je een korte klank aan het einde van een klankgroep dan schrijf je twee medeklinkers: MANNEN

Hoor je een lange klank, maar aan het einde een medeklinker, dan blijven de twee klinkers staan: MAANDEN
Hoor je een lange klank aan het einde van een klankgroep dan schrijf je 1 klinker: MANEN

 

Hoor je een korte klank aan het einde van een klankgroep dan schrijf je twee medeklinkers: MANNEN


Hoor je een lange klank, maar aan het einde een medeklinker, dan blijven de twee klinkers staan: MAANDEN

Slide 5 - Tekstslide

hak in klankgroepen: beleven

Slide 6 - Open vraag

be - le- ven
1e = kort
2e = lang, geen medeklinker dus 1 klinker (e)
3e = kort

Slide 7 - Tekstslide

hak in klankgroepen: hebbeding

Slide 8 - Open vraag

he -bbe-ding
1. kort en daarom dubbele medeklinker
2.  kort 
3.  kort, medeklinkers -ng

Slide 9 - Tekstslide

hak in klankgroepen: maanden

Slide 10 - Open vraag

maan-den
1. lange klank, op het eind een medeklinker. Dus 2 klinkers.
2. kort



Slide 11 - Tekstslide

hak in klankgroepen: manen

Slide 12 - Open vraag

ma-nen
1. lang, geen medeklinker dus 1 A
2. kort

Slide 13 - Tekstslide

hak in klankgroepen; mannen

Slide 14 - Open vraag

ma-nnen
1. kort, dus 1 A
2. kort, dubbele medeklinker. 
Anders staat er maaaaanen


Slide 15 - Tekstslide

Korte en lange klanken.
Vaak - lang
Vak - kort

Leeg- lang
Leg - kort

Slide 16 - Tekstslide