Les 7

Leg je spullen voor NL op tafel en start met stil lezen
1 / 10
volgende
Slide 1: Tekstslide

In deze les zitten 10 slides, met tekstslides.

Onderdelen in deze les

Leg je spullen voor NL op tafel en start met stil lezen

Slide 1 - Tekstslide

Vandaag
  • Huiswerk bespreken
  • Herhaling letterlijk en figuurlijk taal gebruik 
  • Introductie H9 
  • Theorie voornaamwoorden

  • Aan de slag/huiswerk

Slide 2 - Tekstslide

Huiswerk bespreken
H7.3 Formuleren
Opdracht 33 t/m 37 in je werkboek
7.4 Taalbewustzijn
Opdracht 38 en 39 in je werkboek

Online
De zelftoets online van H7.3 en verder oefenen 1 & 2



Slide 3 - Tekstslide

Letterlijk en figuurlijk taalgebruik
Letterlijk en figuurlijk taalgebruik

Slide 4 - Tekstslide

Persoonlijk/bezittelijk vnw

Slide 5 - Tekstslide

Vuistregel
Een persoonlijk voornaamwoord is een woord dat (meestal) verwijst naar een levend wezen (persoonlijk)

Slide 6 - Tekstslide

Vuistregel
Een bezittelijk voornaamwoord is een woord dat een relatie aangeeft tussen een zelfstandig naamwoord en een persoon, dier of instantie (bezittelijk).

Slide 7 - Tekstslide

Even oefenen
Welk voornaamwoord hoort in welke zin te staan?
a. Wil ..... (1) me even die kop suiker aangeven?
b. Ik vind dat Leo best mag weten dat dat ..... (2) verantwoordelijkheid is.

- jouw
- jou
- je

Slide 8 - Tekstslide

Verdeel de zinnen in zinsdelen en benoem de zinsdelen (pv, o, wwg, lv) 
Gerard heeft gisteren zijn proefwerk gemaakt.

Jolie bestuurt het elektrische autootje.

De dokter prikt een naald in mijn arm.

De kinderen maken een muurkrant over de tweede wereldoorlog.

Slide 9 - Tekstslide

Aan de slag/huiswerk
H9.1 Grammatica
Maak opdracht 1 t/m 11
Online
Maak de zelftoets online van H4.1 Grammatica!
*kijk goed in je werkboek A voor de theorie van H4.1
Klaar?
*Stil lezen in je nieuwe leesboek (12+/andere schrijver)

Slide 10 - Tekstslide