- Tsaar was alleenheerser
- Daaronder stond de adel = grootgrondbezitters
- daaronder de middenklasse: ambtenaren, advocaten, doktoren,
- daaronder de boeren die als lijfeigenen (bijna slaaf) op het land werkten
- Groot deel van de boeren was analfabeet
- weinig steden, kleine middenklasse --> agrarische samenleving