Les 6 - B2A - De waarde van geld

1 / 20
volgende
Slide 1: Tekstslide
EconomieMiddelbare schoolmavoLeerjaar 2

In deze les zitten 20 slides, met interactieve quizzen, tekstslides en 1 video.

time-iconLesduur is: 40 min

Onderdelen in deze les

Slide 1 - Tekstslide

Welkom bij Economie in B2
Les 6
De waarde van geld

Slide 2 - Tekstslide

Leerdoelen
Na deze les weet je 
- wat prioriteiten stellen is.
- wat schaarste in de economie is.
- hoe briefgeld wordt beveiligd tegen namaak.
- wat je kunt doen om geldcriminaliteit te voorkomen.

Slide 3 - Tekstslide

Wat heb je geleerd?

Slide 4 - Tekstslide


Primaire behoeften zijn ...
A
de noodzakelijke behoeften.
B
de luxe behoeften.

Slide 5 - Quizvraag


Het hebben van een fiets is een ...
A
primaire behoefte.
B
secundaire behoefte

Slide 6 - Quizvraag


Het hebben van een huis is een ...
A
primaire behoefte.
B
secundaire behoefte.

Slide 7 - Quizvraag


Wat is welvaart?
A
Hoeveel iemand kan kopen
B
In hoeverre je in je behoefte kunt voorzien
C
Hoe leuk je je leven vindt
D
Hoeveel je kunt bewegen

Slide 8 - Quizvraag


Hoe rijker hoe welvarender.
A
Juist
B
Onjuist

Slide 9 - Quizvraag


Een pak koekjes kost € 2,25.
Geld is een ........
A
rekenmiddel
B
ruilmiddel
C
spaarmiddel

Slide 10 - Quizvraag


Je hebt een nieuwe broek gekocht. Geld is een ...........
A
rekenmiddel
B
ruilmiddel
C
spaarmiddel

Slide 11 - Quizvraag

Je gaat naar de supermarkt en
koopt een frikandelbroodje.
Dit is ............
A
directe ruil
B
indirecte ruil

Slide 12 - Quizvraag

Anouk gaat naar de bioscoopbon
en koopt een kaartje.
Dit is ........
A
directe ruil
B
indirecte ruil

Slide 13 - Quizvraag

Fay betaalt met haar pinpas bij de bakker. Hierdoor neemt haar ......... geldhoeveelheid af.
A
girale
B
chartale

Slide 14 - Quizvraag

Prioriteiten
Je kunt niet in al je behoeften voorzien doordat middelen schaars zijn. Je moet keuzes maken.

Bepalen wat je het belangrijkste vindt, noem je prioriteiten stellen.

Slide 15 - Tekstslide

Schaarste

Slide 16 - Tekstslide

Schaarste
Om goederen te maken, gebruik je middelen. Dit noem je schaarste.

Schaars is in de economie dus niet hetzelfde als zeldzaam.

Slide 17 - Tekstslide

Kijk even mee op het bord
👀 herhaling 

Slide 18 - Tekstslide

Slide 19 - Video

Vragen?

Slide 20 - Tekstslide