Chronische Nierschade

Chronische Nierschade
1 / 14
volgende
Slide 1: Tekstslide
GeneeskundeBeroepsopleiding

In deze les zitten 14 slides, met interactieve quizzen en tekstslides.

Onderdelen in deze les

Chronische Nierschade

Slide 1 - Tekstslide

Wat is de definitie van nierschade?

Slide 2 - Open vraag

Wat vraag je in je anamnese/waar let je op?

Slide 3 - Open vraag

Slide 4 - Tekstslide

Wat zijn niet nefrogene oorzaken van albuminurie?

Slide 5 - Open vraag

Aanvullend onderzoek
- Hernieuwde bepaling eGFR en/of albumine creatinine ratio in de 1e ochtendurine binnen 1 week (ter uitsluiting acute nierschade)
- Hernieuwde bepaling na 3 maanden ter bevestiging chronische nierschade
- Indicatie obv niet nefrogene oorzaak

Slide 6 - Tekstslide

Overig aanvullend onderzoek
  • Overweeg urinesediment op dysmorfe erytrocyten en of celcilinders bij 
- Patienten zonder hypertensie of DM
- Aanwijzingen voor specifieke nierziekte
  • Volledig CVRM toestand

Slide 7 - Tekstslide

Slide 8 - Tekstslide

Behandeling
  • Met name gericht op cardiovasculaire morbiditeit/mortaliteit (CVRM)
  • Bepaal het beleid aan de hand van leeftijd en comorbiditeit 
  • Strakkere controle bij dreigende dehydratie
  • Vermeiden van NSAIDs

Slide 9 - Tekstslide

Welke niet medicamenteuze adviezen geef je aan een patient met chronische nierschade altijd?
A
Gezond gewicht, beperkte zoutinname stoppen met roken
B
Gezond gewicht, stoppen met roken, beperkte zoutinname, eiwitbeperkt dieet
C
Stoppen met roken, beperkte zoutinname, eiwitbeperkt dieet
D
Gezond gewicht, stoppen met roken, regelmatig lichamelijke inspanning , beperkte zoutinname

Slide 10 - Quizvraag

Medicamenteuze behandeling
  • Let op bij het voorschrijven van medicatie die door de nier geklaard worden (dosisaanpassing)
  • Vermijd nefrotoxische medicatie
  • Bij eGFR<50, wettelijk verplicht dit door te geven aan apotheker 
  • Behandel volgens CVRM
  • Start bij matig/ernstig albuminurie (ACR>3mg/mmol) EN hypertensie
1. Start RAS remmer
2. Controleer eGFR na 1-2 weken (daling tot 20% is acceptabel)

Slide 11 - Tekstslide

Slide 12 - Tekstslide

Wat controleer je minimaal jaarlijks bij patienten met een sterk verhoogd risico of eindstadium nierfalen
A
Natrium, kalium en Hb en PTH
B
Natrium, kalium, calcium, Hb, vitamine D
C
Natrium, kalium, calcium, fosfaat, en hb
D
Natrium, kalium, calcium, fosfaat, hb, Vitamine D en PTH

Slide 13 - Quizvraag

Bottom Line
  • Verricht vaker albumine/creatinineratio bij bijvoorbeeld opname
  • Stem je beleid af op de patient (adhv levensverwachting)
  • CVRM!
  •  Prik minimaal jaarlijks ook calcium en fosfaat mee wegens metabole complicaties

Slide 14 - Tekstslide