In deze les zitten 25 slides, met interactieve quizzen en tekstslides.
Lesduur is: 60 min
Onderdelen in deze les
Les 1 - leerjaar 1
Slide 1 - Tekstslide
Programma
AWR
Wat betekent SLB?
LOB
Semesters en periodes
Ijkmoment
Om en om lessen studievaardigheden en individuele gesprekken
Lijstje maken voor i-gesprekken
De ui van Hofstede
Slide 2 - Tekstslide
AWR
Slide 3 - Tekstslide
Wat betekent SLB?
Slide 4 - Open vraag
Wat betekent LOB
Slide 5 - Open vraag
Hoe lang duurt een semester?
A
6 weken
B
1 maand
C
10 weken
D
20 weken
Slide 6 - Quizvraag
Hoe lang duurt een periode?
A
1 maand
B
10 weken
C
2 weken
D
5 weken
Slide 7 - Quizvraag
Ijkmoment
Na 10 weken krijg je een ijkmoment. Dan wordt er met je besproken hoe je er tot nu toe voor staat met je studie. Hoe gaat het. Als je minderjarig bent dan moet er een ouder/verzorger bij aanwezig zijn. Ben je meerderjarig dan mag dit.
Slide 8 - Tekstslide
Slide 9 - Tekstslide
Slide 10 - Tekstslide
lessen SLB
- De lessen worden om en om gegeven.
- De ene week wordt er klassikaal les gegeven
- De andere week zijn er individuele gesprekken en dan werken de andere studenten zelfstandig in de klas.
Slide 11 - Tekstslide
Stand van zaken diploma's ( klas B)
Slide 12 - Tekstslide
Stand van zaken diploma's ( klas a)
Slide 13 - Tekstslide
Hoe staat het met jullie boeken?
Slide 14 - Tekstslide
Belangrijke informatie
Start stage in de week van 9 mei 2022
Waarschijnlijk twee dagen in de week. Welke dagen dat krijg je nog te horen
Stage zoek je op stagemarkt. Stage moet een erkenning hebben
www.stagemarkt.nl
Ga zelf alvast wat rondkijken op stagemarkt, volgende week meer info hierover
Slide 15 - Tekstslide
Huiswerk, waar kun je dit vinden?
Slide 16 - Tekstslide
Aan de slag met je opdrachten
Slide 17 - Tekstslide
De ui van Hofstede
Slide 18 - Tekstslide
Ui-model organisatiecultuur
Ui-model organisatiecultuur
Een organisatiecultuur bestaat uit verschillende lagen, het ui-model van Hofstede (1991) weet dit krachtig te verbeelden. Hoe dieper in de ui, hoe moeilijker het is deze laag te veranderen. Symbolen vormen de meest oppervlakkige laag en waarden zijn de diepste laag van een organisatiecultuur. Helden en rituelen zitten daar tussenin.
Slide 19 - Tekstslide
Symbolen
Dit zijn de meest oppervlakkige kenmerken van een organisatiecultuur. Het zijn woorden, afbeeldingen, gebaren of voorwerpen met een betekenis die alleen door de leden van de cultuur begrepen worden. Bijvoorbeeld vakjargon, kleding, vlaggen etc.
Slide 20 - Tekstslide
Helden
Dit zijn personen die over eigenschappen beschikken die in de cultuur erg belangrijk zijn en daarom fungeren als gedragsmodel. Het gaat hierbij niet altijd om levende personen. Bijvoorbeeld de prestaties van de oprichter blijven lange tijd leven door de anekdotes die rond gaan. Antihelden kunnen ook deze rol vervullen, verhalen over onoplettende collega’s laten zien hoe het niet moet.
Slide 21 - Tekstslide
Rituelen
Dit zijn collectieve activiteiten die overbodig zijn om het gewenste doel te bereiken, maar die als sociaal essentieel worden beschouwd binnen een cultuur. Voorbeelden van rituelen zijn: groeten, recepties, het zoenritueel etc.
Slide 22 - Tekstslide
Waarden
De waarden vormen de kern van een organisatiecultuur. Deze geven aan welk gedrag in de organisatie als goed of slecht, als normaal of abnormaal, als rationeel of irrationeel wordt beschouwd.