6.5 herleiden

Je weet nu wat gelijksoortige termen zijn en hoe je deze moet berekenen
Je leert hoe je gelijksoortige termen aftrekken
Je leert hoe je gelijksoortige termen moet samennemen
Theorie A
Theorie B 
Controle vragen 
wiskunde
Maak opdracht 66 t/m 80 
Opdracht 71, en 76 zijn niet verplicht.  
Wat heb je geleerd? 
Volgende keer: gemengde opgaven 
1 / 39
volgende
Slide 1: Tekstslide
WiskundeMiddelbare schoolhavo, vwoLeerjaar 1

In deze les zitten 39 slides, met interactieve quizzen, tekstslides en 1 video.

time-iconLesduur is: 90 min

Onderdelen in deze les

Je weet nu wat gelijksoortige termen zijn en hoe je deze moet berekenen
Je leert hoe je gelijksoortige termen aftrekken
Je leert hoe je gelijksoortige termen moet samennemen
Theorie A
Theorie B 
Controle vragen 
wiskunde
Maak opdracht 66 t/m 80 
Opdracht 71, en 76 zijn niet verplicht.  
Wat heb je geleerd? 
Volgende keer: gemengde opgaven 

Slide 1 - Tekstslide

Korte uitleg 
  • Deze les is een gecombineerde les van 3 lesuren

  • Je hoeft dus niet dit in 1 dag te maken (mag wel natuurlijk)

  • Verspreid deze les (uitleg en opgaven) over de week.

  • Op school doen we 45 minuten per dag. Probeer dat hier ook te doen. 

Slide 2 - Tekstslide

Terugblik

Slide 3 - Tekstslide

6.4 Rekenen met letters
 6 + 6 + 6 =  3 ⋅ 6 = 18
  x + x + x = 3x

Herleiden betekent makkelijker schrijven

Slide 4 - Tekstslide

Herleiden bij vermenigvuldigen
3a 7b = 21ab 

1. vermenigvuldig alle getallen
2. vermenigvuldig alle letters 

3 ⋅ 7 = 21
a ⋅ b = ab

Slide 5 - Tekstslide

5a ⋅ 11b = .... ?

Slide 6 - Open vraag

-3x ⋅ 100x = .... ?
A
300x²
B
-300x
C
-300x²
D
300x

Slide 7 - Quizvraag

Herleiden bij optellen
3a + 7a = 10a 

Alleen gelijksoortige termen kun je optellen
de getallen moeten dezelfde letters hebben
2x + 3x + 4y  = 5x + 4y
 

Slide 8 - Tekstslide

10ab + 6ab

Slide 9 - Open vraag


Herleiden bij optellen
6.4 Samenvatting 
Herleiden bij vermenigvuldigen
Herleiden bij optellen
-4n ⋅ 5m = -20mn

5a ⋅ 6b = 30ab

5x ⋅ 7x = 35x² 
5ab + 6ab = 11ab

5a + 6b = k.n. 

5x + 7x = 12x

Slide 10 - Tekstslide

Theorie A
blz 31

Lees goed de volgende sides

Slide 11 - Tekstslide

6.5A gelijksoortige termen aftrekken
7a - 2a = 

Slide 12 - Tekstslide

7a - 2a =

Slide 13 - Open vraag

6.5A gelijksoortige termen aftrekken
7a - 2a = 5a

Slide 14 - Tekstslide

6.5A gelijksoortige termen aftrekken
7a - 2a = 5a
7a - 2 =

Slide 15 - Tekstslide

7a - 2 =

Slide 16 - Open vraag

6.5A gelijksoortige termen aftrekken
7a - 2a = 5a
7a - 2 = kan niet verder

Slide 17 - Tekstslide

6.5A gelijksoortige termen aftrekken
7a - 2a = 5a
7a - 2 = kan niet verder
-3b - 8b = 

Slide 18 - Tekstslide

-3b - 8b =

Slide 19 - Open vraag

6.5A gelijksoortige termen aftrekken
7a - 2a = 5a
7a - 2 = kan niet verder
-3b - 8b = -11b
-3b - 2a =

Slide 20 - Tekstslide

6.5A gelijksoortige termen aftrekken
7a - 2a = 5a
7a - 2 = kan niet verder
-3b - 8b = -11b
-3b - 2a = kan niet verder

Slide 21 - Tekstslide

-3b - 2a =

Slide 22 - Open vraag

6.5A gelijksoortige termen aftrekken
7a - 2a = 5a
7a - 2 = kan niet verder
-3b - 8b = -11b
-3b - 2a = kan niet verder
-3b - 2a - 8b - 7a =

klik hier
Let op:  Je mag bij deze som de lettercombinaties bij elkaar zetten,  dus de a letters  naast elkaar en de b letters bij elkaar.

Kijk maar naar de volgende dia.

Slide 23 - Tekstslide

6.5A gelijksoortige termen aftrekken
7a - 2a = 5a
7a - 2 = kan niet verder
-3b - 8b = -11b
-3b - 2a = kan niet verder
-3b - 2a - 8b - 7a = -2a - 7a - 3b - 8b =

Slide 24 - Tekstslide

-3b - 2a - 8b - 7a = -2a - 7a - 3b - 8b =

Slide 25 - Open vraag

6.5A gelijksoortige termen aftrekken
7a - 2a = 5a
7a - 2 = kan niet verder
-3b - 8b = -11b
-3b - 2a = kan niet verder
-3b - 2a - 8b - 7a = -2a - 7a - 3b - 8b = -9a - 11b

Slide 26 - Tekstslide

Aan de slag
Maak nu opdrachten 66 t/m 71

Check na afloop ook de antwoorden op Google Classroom om te checken of je dit onderdeel goed hebt en begrijpt. 

Slide 27 - Tekstslide

Theorie B 
Kijk naar het filmpje,  let op:
tussen het filmpje door worden er vragen gesteld. 

Slide 28 - Tekstslide

5

Slide 29 - Video

01:13
Mag je in deze som de cijfers verplaatsen, maar de tekens laten staan?
A
ja
B
nee

Slide 30 - Quizvraag

02:40
Dus als je cijfers gaat verplaatsen, moet het verwerkingsteken (+ of -) ook mee verplaatsen.
A
ik snap het al een beetje
B
ik snap er (nog) niks van

Slide 31 - Quizvraag

03:49

x+3y6x+y=

Slide 32 - Open vraag

04:36

8ab56ab+5ab+3

Slide 33 - Open vraag

05:17

p+2qr3q=

Slide 34 - Open vraag

Aan de slag
Maak nu opdracht 72, 73, 74, 75, 77, 78, 79 en 80

Heb je nog steeds zin?  maak dan opdracht 76

Slide 35 - Tekstslide

Maak ff een selfie van hoe je dit vindt.
(haha)

Slide 36 - Open vraag

Alle opdrachten van 6.5 af?
Kijk de opgaven na via SOM. 

Slide 37 - Tekstslide

Wat heb je geleerd?

Slide 38 - Open vraag

Je weet nu wat gelijksoortige termen zijn en hoe je deze moet berekenen
Je leert hoe je gelijksoortige termen aftrekken
Je leert hoe je gelijksoortige termen moet samennemen
Theorie A
Theorie B 
Controle vragen 
wiskunde
Maak opdracht 66 t/m 80 
Opdracht 71, en 76 zijn niet verplicht.  
Wat heb je geleerd? 
Volgende keer: gemengde opgaven 

Slide 39 - Tekstslide